Verdere avonturen van Joris en de slimme paraplu
Johan de Vries
Scène uit The Handmaiden (2016) van Park Chan-Wook.
Het was donderdagochtend en Joris zette zijn afval buiten buiten. De slimme paraplu stak uit de deksel van de afvalcontainer. Joris deed dat expres omdat er misschien een liefhebber voor was, bijvoorbeeld voor de gereformeerde dakloze die sinds jaar en dag de vuilniscontainers inspecteerde op voor hem bruikbare spulletjes. Dat de dakloze gereformeerd was deerde Joris niet: “Iedere gek zijn gebrek nietwaar?”
Toen de dakloze zijn wekelijkse ronde langs de afvalcontainers maakte en de slimme paraplu zag, nam hij meteen een kijkje zoals een gereformeerde dat doet: ‘stiekem en achterbaks.’ “Op een of andere manier weten gereformeerden zich onzichtbaar te maken,” bedacht Joris en keek toe hoe de dakloze zo ongemerkt mogelijk de slimme paraplu uit de afvalbak haalde. De gereformeerde dakloze wist om de donder wel dat zodra het afval langs de kant van de weg stond, het eigendom van de gemeente was. Maar het is zoals een oud gereformeerd spreekwoord zegt: “Wat de gemeente niet ziet, God niet verbiedt.” Een spreuk die ook van pas kwam bij: ‘politie, regering, belasting en zo verder.’ De dakloze was bijzonder in zijn nopjes met zijn nieuwe paraplu. “Het rare is, als een gereformeerde zou zien dat iemand iets uit een afvalbak haalde, hij meteen de politie zou bellen,” mompelde Joris, “Rare snuiters die gereformeerden.”
De slimme paraplu was hulpeloos zonder zijn batterijen, lampjes, wifi en sirene en kon geen alarm slaan. Zijn baasje moest het voortaan zonder hem doen.
Gereformeerde agent
Er viel wat regen en de dakloze stak de slimme paraplu op. De druppels kletterden op het canvas van de paraplu. De dakloze bleef droog terwijl hij de rest van de afvalbakken in de buurt inspecteerde. In de gereformeerde buurten zou dat onmogelijk zijn, want dan had ie zo een gewaarschuwde, gereformeerde agent op zijn dak. En die spaart de christenroede niet.
De slimme paraplu baalde natuurlijk maar had nu wel wat te doen. Hij besefte dat hij, nu hij geen herrie meer kon maken en geen contact had met weerman Hiemstra opeens veel nuttiger was. Dat hij in zekere zin onderdak bood aan een dakloze. Een gereformeerde dakloze nog wel, hoe tolerant ben je dan als slimme paraplu die voor grotere en betere dingen in de wieg was gelegd dan dit?
De volgende dag kreeg Joris een telefoontje van zijn buurvrouw: “Of Joris wist dat een dakloze er met zijn paraplu vandoor was gegaan.” Joris verzekerde buurvrouw ervan dat alles goed en wel was en dat de dakloze wat hem betreft de paraplu mocht houden omdat hij de paraplu in de afvalcontainer had gekieperd.
Gereformeerde gevoelens
“Maar wat aan de weg staat, is van de gemeente!”, wierp buurvrouw tegen. “Hij die zonder zonde is werpe de eerste steen,” antwoordde Joris wijs. “Misschien moet ik weer eens naar de gereformeerde kerk,” mompelde buurvrouw, “ik heb last van spanningen en zo en als ik dan zie hoe een dakloze…” – “Het is weer zondag voor u het weet,” zei Joris, “ik weet zeker dat u zich dan weer een stuk beter voelt. Tot dan raad ik u aan uw gereformeerde gevoelens te beheersen en misschien moet u in de toekomst wat vaker naar de gereformeerde kerk gaan. Want als u de politie gaat bellen om trivialiteiten waar gereformeerden niet mee kunnen omgaan, weet ik niet of het verstandig is om in onze buurt te blijven wonen.”
Buurvrouw huilde een beetje maar Joris wist dat hij streng moest zijn en dat tolerantie van beide kanten moet komen: “Misschien kunt u zich beter inschrijven voor een huurhuisje in een van de gereformeerde straten. Daar wordt sociale controle beter op prijs gesteld.”
Lieve vrede
Buurvrouw huilde iets harder om de harde woorden van Joris: “Kom je me zondag nog zoetjes brengen?”, vroeg ze voorzichtig. “Natuurlijk kom ik zoetjes brengen,” zei Joris, “zolang u zich weet te beheersen is er niets aan de hand.”
En zo werd die dag een mooie dag. De gereformeerde dakloze had een fijne paraplu, buurvrouw had de politie niet gebeld en Joris kwam buurvrouw die zondag zoetjes brengen zoals het een goede buur betaamt. Joris had de lieve vrede in zijn buurt weten te bewaren, maar het is zoals men wel eens zegt:
‘Zachte heelmeesters maken stinkende wonden.’
Johan de Vries, beter bekend als De Frysk, pensionado op MAVO-niveau, komt uit Friesland, geboren in Rinsumageest, getogen in Wergea. Was ooit werkzaam in de zuivel en wist van melk yoghurt te maken, pap van gort en kent het recept van watergruwel. Woont nu in Barrie, Canada, waar hij geniet van zijn welverdiende rust.
Johan de Vries, 18.09.2020 @ 09:23