Sheila Heti’s Pure Colour: Erg raar, wel goed geschreven
Peter Breedveld
Iemand die ik serieus neem, ik vergeet wie, schreef dat Sheila Heti de beste schrijver van dit moment is. Dus ik kocht haar recentste roman, Pure Colour (2022), die me sterk doet denken aan het apocalyptische gezwam van een seksueel gefrustreerde godsdienstwaanzinnige en ook een beetje aan een film van Miranda July, ‘Me And You And Everyone We Know’. Er staat een aanbeveling van July op de achterkant van Heti’s boek, maar ik zweer dat ik die pas zag nadat ik tijdens het lezen aan ‘Me And You And Everyone We Know’ moest denken.
Het boek heeft me geïrriteerd. Er staan veel rare dingen in, die ik ervan verdenk raar te zijn om het raar zijn, en bepaalde episodes gaan veel te lang door. Bijvoorbeeld als de hoofdpersoon, Mira, een vrouw die rouwt om haar overleden vader, samen met hem de wereld gadeslaat vanuit een boomblad, waarin ze tientallen pagina’s lang gevangen zit en waaruit ze bevrijd wordt door de vrouw op wie ze verliefd is, of tot wie ze zich in elk geval sterk voelt aangetrokken, Annie.
Ze denkt dat God een artiest is die deze wereld heeft geschapen maar nooit verder is gekomen dan een ruwe opzet, die hij van een afstand aan het bekijken is. Hij is er ontevreden over, bereidt de ondergang van wereld voor (vandaar de klimaatopwarming) en zal een betere opzet maken, voor een wereld waarin mogelijk niet de mensen maar planten de kroon der schepping zullen zijn. Maar om te bepalen hoe of wat en wat er precies beter kan en wat er in deze eerste opzet slecht gaat of best goed en wat er beter kan, bekijkt God zijn schepselen door de ogen van medeschepselen die hij op een gegeven moment ook weer verlaat, waarna de relatie tussen deze schepselen er niet langer toe doet.
Of zoiets.
Spirituele ejaculatie
Mira voelt zich schuldig dat ze niet meer tijd bij haar vader heeft doorgebracht, zoals hij graag wilde, en als zij naast zijn bed staat op het moment dat hij zijn laatste adem uitblaast, wordt zijn geest door het universum in haar geëjaculeerd, dat is het woord dat Heti gebruikt, waarbij hij door haar lichaam stroomt en al haar armzalige holtes en spirituele leegtes vult. Ze wordt dan bevangen door een gevoel van gelukzaligheid dat ze daarna steeds weer opzoekt, uiteraard vergeefs. Ze probeert voldoening te vinden bij Annie, maar moet uiteindelijk concluderen dat de twee vrouwen niet bij elkaar passen.
Het verhaal is rijkelijk gelardeerd met filosofieën over van alles en nog wat: familie, ouders en kinderen, sociaal werkers, kunst en kunstkritiek die soms wel interessant zijn, maar me meestal koud lieten. Dat familiebanden het belangrijkst van alles zijn en sociaal werkers en psychologen en dergelijke, “fixers” worden ze in het boek genoemd, een gevaar vormen voor die familiebanden, dat dochters op een gegeven moment hun eigen weg moeten gaan, niet de weg die hun ouders wensen, omdat dat nou eenmaal moet, dat de mensheid in drie typen is in te delen: vogels, die de wereld van bovenaf bekijken, als critici van Gods schepping, vissen, die vooral oog hebben voor het gemeenschappelijke belang en beren, voor wie familie en persoonlijk geluk boven alles gaan.
Influencers
Het is allemaal te zweverig en buitenissig naar mijn smaak, maar ik kan niet ontkennen dat Heti goed kan schrijven. Er staan juweeltjes van zinnen in Pure Colour. Bijvoorbeeld als ze zich met haar studiegenoten in een verlichte kamer bevindt, “where the windows just reflected their sorry faces, while on the outside was the watery night.”
Ze studeren aan de American Academy of American Critics en voelen zich heel wat. “They knew they had to develop a style of writing and thinking that could survive down through the ages, and at the same time penetrate their own generation so incisively.” Maar dit is de tijd van voor de sociale media en de influencers. “They just didn’t consider the fact that one day they would be walking around with phones in the future, out of which people with far more charisma than they did would let flow an endless stream of images and words. They just had no idea that the world would become so big, and the competition so stiff.”
Scrotum
Op een dag ziet ze een mannelijke studiegenoot naakt. “He was tall, big, and his penis was hanging low, his scrotum was red, and he was hairy all over.” Dit soort sardonische observaties, die vergelding in dat laatste citaat van de male gaze in zoveel kunst en literatuur, vind ik vermakelijk en de religieus-filosofische beschouwingen konden me aanvankelijk ook nog wel bekoren, maar ergens na de helft van het boek vond ik het welletjes en wilde ik naar het einde. Ik heb het volgehouden en was blij toen ik het uit had.
Ik zal niet zeggen dat ik het een slecht boek vind, misschien is het wel een goed boek. Ik heb er in elk geval respect voor. Het zit goed in elkaar, het is goed geschreven, staat vol mooie zinnen, maar ik denk niet dat Heti voor mij is.
Is het Vrije Woord u écht lief? Steun me dan met een financiële bijdrage. Doneer aan de enige dwarsdenkende, onafhankelijke (maar echt) site van Nederland.
boeken, Peter Breedveld, 15.08.2023 @ 07:49