Saigon
Peter Breedveld
Illustratie: Vu Ha Nam
Op de Ben Thanh markt zag ik een vrouw levende kikkers doormidden knippen. Ze gooide ze in een bak, waar ze bleven ronddraaien, daarbij met hun klauwtjes knijpend, waardoor ik eerst dacht dat het krabben waren. Het was afschuwelijk om te zien, en deed me denken aan een nachtmerrie die ik regelmatig heb, waarbij een dier, meestal een vis of een konijn, gevild en gebakken op mijn bord ligt en het uitgilt van pijn en ellende.
Vis wordt op de markt veelal levend verkocht en gepresenteerd in een platte bak, waarop de vissen naar adem liggen te happen. Af en toe overgiet de verkoper ze met water. Ik wilde een foto maken, maar dat mocht niet van hem – misschien beducht voor de Dion Grauzen van Saigon, waar ik vandaag tientallen afschuwelijk misvormde en verminkte bedelaars heb gezien, maar toch vooral het beeld van die doorgeknipte kikkers, die maar niet doodgingen, niet uit mijn hoofd kon krijgen.
Saigon, of Ho Chi Minh City, zoals de Zuid-Vietnamese stad tegenwoordig heet, is heel, heel erg druk en het is er heel, heel erg heet. Het is nu regenseizoen, waardoor het helemaal als een sauna voelt, op straat. Daar raast het verkeer, voornamelijk bestaand uit brommers en taxi’s, en dat zich niet laat afremmen door een sukkel op een zebrapad. Het lijkt wonderwel meestal goed te gaan: oversteken doe je door zen te worden, je angst voor het aanstormende verkeer te overwinnen en met kalme pas de straat op te lopen. Het is alsof je tijdens een regenbui besluit om tussen de druppels door te lopen om droog thuis te kunnen komen – en dat dat dan nog werkt, ook, op de één of andere manier.
O ja, en ik ben hier miljonair – één miljoen Vietnamese đồng is namelijk ongeveer veertig euro waard.
Na de markt hebben we het Ho Chi Minh City Museum bezocht, gevestigd in een koloniaal gebouw uit de Franse tijd. Ik geloof dat daar de knulligst gepresenteerde collectie staat die ik ooit heb gezien. Beneden gebruiksvoorwerpen uit de jaren zestig en zeventig – transistorradio’s, typemachines, oude camera’s en dat soort dingen, op de tweede verdieping wordt de bezoeker aan de hand van onbeholpen muurschilderingen en diorama’s door de geschiedenis van de Vietnamese revolutie wordt geleid. Waarbij het hem nadrukkelijk wordt ingepeperd dat de revolutionairen ‘helden’ waren die de Franse en Amerikaanse ‘vijand’ weerstonden.
De dodelijke ernst van deze propaganda werkt in combinatie met de kinderlijke knulligheid en de trieste vervallenheid van het eens zo grandioze museumgebouw op de lachspieren, al kan ik het me ook voorstellen als mensen hier heel erg neerslachtig van worden.
Toen we weer buiten het museum waren, begon het heel hard te regenen en namen we de taxi naar het Chinatown van Saigon, Cholon. Heel, heel erg druk en heel, heel erg vies. Het was lunchtijd, en we zagen een mevrouw die midden tussen de drukte en het vuil een heel proper eethoekje had ingericht waar mensen, gezeten op een laag krukje, haar smakelijk ogende saté, loempia’s en noedels aten. Ik had er veel zin in, maar werd bevangen door verlegenheid en daarom hebben we gegeten in een populair Chinees restaurant – lekker, maar ik heb spijt dat ik het eten van die mevrouw niet heb geprobeerd.
Het eten van karretjes kenden we al uit Singapore, Java en Bali, maar in Vietnam doen ze het nog minimalistischer: hier verkopen mensen een maaltijd vanaf hun fiets, waarbij ze de ingrediënten scheppen uit een bak die aan het stuur hangt, één die op de bagagedrager staat en twee bakken die aan weerszijden van de fiets hangen. Een andere reden dat we terughoudend zijn van deze verkopers te eten, is dat het vaak niet duidelijk is of er varkensvlees inzit, vanwege de taalbarrière.
We hebben ook een pagode bezocht. Bij de ingang kocht ik een zak goudvisjes en een schildpad, die ik een vijver heb gekieperd ‘for good luck’. Binnen heb ik vooral genoten van de knappe Chinese meisjes, die er wierook offerden aan goden waar ik nog nooit van heb gehoord. Ik dacht altijd dat Chinezen heel areligieus waren, maar ik weet eigenlijk nauwelijks iets van ze, behalve dat ze katten en honden eten en SARS verspreiden.*
*) Telegraafjournalisten, spekkoekcomplotters en roze hoofdredacteuren: dat was een absurdistisch, zelfdepreciërend grapje.
Peter Breedveld, Reizen, 13.07.2011 @ 18:54
25 Reacties
op 13 07 2011 at 19:07 schreef Rob:
De Vietnamese revolutionairen waren natuurlijk ook helden. Een zwaar onderontwikkeld volkje dat zowel de Jappen, de Fransen, de Amerikanen als de Chinezen van het lijf weet te houden om gewoon onafhankelijk te worden, met veel geduld, vanaf 1940 tot 1975, ik moet het de Hollanders nog zien doen.
Ik ben geen communist maar dat heeft Ome Ho toch goed voor elkaar gebokst.
op 13 07 2011 at 19:11 schreef Peter:
Maar als je dat expliciet meent te moeten melden aan je publiek, spreekt daar toch een groot gebrek aan vertrouwen uit.
op 13 07 2011 at 19:19 schreef Hans Langbroek:
Tof beeldend verslag. Waarom dragen zoveel brommerbestuurders eigenlijk een mondkapje? Is de lucht daar zo vervuild?
op 13 07 2011 at 19:21 schreef Rob:
Ja. De glorie van het communisme drijft op die heldenmythe en dat moet je natuurlijk zo lang mogelijk in stand proberen te houden, roeiend tegen de stroom van de tijd in.
Maar zo te zien is er geen handel verstikkend staatscommunisme ontstaan. Dat is positief.
op 13 07 2011 at 19:43 schreef rena:
Niks meer dus over van jaren ’30 sfeer? Ik denk nog niet meteen wow daar wil ik ook heen. Maar ben wel benieuwd naar de rest van jullie reis!
Veel plezier.
op 13 07 2011 at 19:44 schreef target:
@peter, dat noem je trots. Mocht je nog in Saigon zijn dan kan ik je ook het National warmuseum aanraden om een en ander beter te kunnen plaatsen.
En mocht je straks in Hoi An zijn dan raad ik je overigens aan om naar de overkant van het oude centrum te gaan en bij de Sleepy Gecko bar meteen een biketrip bij je Bloody Mary te bestellen. Dat zal een vrij unieke ervaring zijn namelijk.
op 13 07 2011 at 20:40 schreef TFWC:
*noteert: nooit naar Saigon. Nooit naar Saigon. Nooit naar Saigon*
op 13 07 2011 at 21:32 schreef Frans Weerts:
Je hebt goddomme de gelegenheid voorbij laten gaan, om die loempia van dat vrouwtje culinair te recenseren. Wat een gemiste kans…snif.
op 13 07 2011 at 22:40 schreef You On A Gin:
Kicken verslag!!
Die nachtmerrie doet me trouwens denken aan één van mezelf, waarin ik mijn (inmiddels overleden) katten levend opeet.
op 13 07 2011 at 22:59 schreef Tycho:
Hier heb je toch ook talloze verzetsmusea?
op 14 07 2011 at 02:16 schreef MNb:
Ja? Hoeveel westerse toeristen weten hoe de Vietnamezen de slag om Dien Bien Phu hebben gewonnen?
op 14 07 2011 at 03:27 schreef Peter:
Jawel, Rena, er is nog heel veel over van de koloniale sfeer. Ons hotel bijvoorbeeld, het Majestic, stamt uit die tijd en staat in een wijk vol oude, koloniale gebouwen. En we hebben gedineerd in een restaurant, Hoa Tuc, dat is gevestigd in een mooi koloniaal gebouw in een stijl die erg doet denken aan de Nederlandse Stijl.
op 14 07 2011 at 05:40 schreef Peter Dijkema:
“Saigon” is Pools jargon voor rommel.
“Saigonki” zijn goedkope Vietnamese loempiaatjes:
´Saigon´ uit goedkope eetkioskjes op straat.
op 14 07 2011 at 08:34 schreef Sandro:
Je eerste verslag maakt me nog meer benieuwd naar Vietnam Peter.
Ik kijk uit naar het vervolg!
op 14 07 2011 at 10:15 schreef Bigpete:
Ik wens jullie een prettig verblijf. Ik heb wel een paar vragen. Waarom kies je er voor om tijdens de warmste en natste tijd naar Vietnam te gaan? Ik ben er ooit geweest in de winter, met voor mijn begrippen nog steeds hoogzomerse temperaturen maar tenminste wel droog.
Dat je wederhelft denkt dat ze geen varkensvlees mag, tja je weet hoe ik daar over denk, maar dat hoeft jou er toch niet van te weerhouden om dingen te proeven als het je lekker lijkt? Of eet jij tegenwoordig ook geen varkensvlees meer?
Als het je allemaal even te druk wordt ga dan naar café Trang chủ, bestel een ijskoude fles Saigon bier en laat alles even aan je voorbij gaan. Cổ vũ !
op 14 07 2011 at 14:02 schreef Demodokos:
Rob:”ik moet het de Hollanders nog zien doen.” Door wie wordt onze nationale onafhankelijkheid dan belaagd?
op 14 07 2011 at 15:21 schreef Mas Rob:
Bezoek je ook Hanoi, Peter? Ik heb daar begin jaren negentig een tijd gewerkt. Ik vond Hanoi met name een Franse sfeer uitstralen.
op 14 07 2011 at 15:57 schreef Procentje20:
Die verlegenheid bij zo’n mevrouw met heerlijk eetkraampje herken ik wel. Het geurt heerlijk, en ziet er goed uit. Maar erop afstappen is moeilijk. De drempel te hoog.
Geniet er maar van :)
op 14 07 2011 at 17:41 schreef Peter:
@BigPete: Simpel, ik ben als loonslaaf én vader afhankelijk van landelijk geregelde (school)vakantieperioden.
Ik ontzeg mezelf geen varkensvlees, maar als je met z’n tweeën bent, ga je niet in je eentje ergens zitten eten, terwijl de ander toekijkt, toch?
Vandaag wel heerlijke inktvis gegeten, gevuld met perfect gekruid varkensvlees. In Hoi An, overigens, waar we nu zijn. Hassnae had witte tonijn met mango-koriandersalade.
@Mas Rob: overmorgen vertrekken we naar Hanoi.
@Procentje20: Ik heb er nog steeds spijt van. Soms zie je gewoon wanneer iets echt goed is en dit was echt goed. Dit gebeurt me geen tweede keer.
Allen groeten uit nóg warmer Hoi An.
op 14 07 2011 at 18:28 schreef Bigpete:
@PB
Uitgebreid in je eentje eten nee natuurlijk niet, maar een bakje dat je lopend opeet, waarom niet. Mijn vrouw eet als we in China of een ander Aziatisch land zijn ook regelmatig dingen die ik niet blief, maar daarom hoeft zij nog niet zichzelf die lekkernijen te ontzeggen.
Anyway: zweet ze…
op 14 07 2011 at 19:00 schreef Hans Langbroek:
Niet dat ik me er mee wil bemoeien, maar volgens mij moet iedereen zelf weten wat-ie wel en niet eet en waarom Bigpete.
Nou niet bepaald iets om over door te gaan.
op 14 07 2011 at 20:07 schreef Eva:
Wat Hans zegt.
Toch een tip.
Mijn man eet ook geen varkensvlees, dus wat we vaak doen is een hele stapel gerechtjes bestellen en dan proef ik even voor. Dan delen we de rest mooi op. Hoef je ook nooit te denken: “Hm, wat zit daar in?” om er maar weer voor te vallen om een officieel etablissement binnen te lopen waar men Engels spreekt.
Hij heeft ook een plastic kaartje met een varken erop en een streep erdoorheen. Dat kan hij dan laten zien.
Overigens eet hij tegenwoordig wel varkensvlees: we waren bij een storm eens terechtgekomen bij een immens lieve maar behoorlijk arme Siciliaanse familie. Die hadden een soort soep met spek. Normaal zou hij dat niet eten, maar wat zeg je tegen zo’n lieve moeke die je een bord vol voorzet?
Hij at het op met smaak.
Vroeg nog een bord.
At het ook op met smaak.
Ik moest lachen, en hij zei: “Wat kan het Allah nou schelen wat ik eet? Het kan hem schelen dat ik deze mensen die het niet breed hebben bedank na afloop en hun gift in alle oprechtheid aanvaard.”
Twee maanden na het vlees kwam overigens ook het bier.
op 14 07 2011 at 20:46 schreef You On A Gin:
Vandaag wel heerlijke inktvis gegeten, gevuld met perfect gekruid varkensvlees.
Sommige keukens blijven me verbazen. Veel te vroeg vegetariër geworden. :-)
op 15 07 2011 at 08:40 schreef ralf:
In Israel heet varkensvlees ‘wit lamsvlees’, zo kan het toch ook? Zo’n god moet je gewoon een beetje om de tuin leiden.
op 15 07 2011 at 16:11 schreef Arjan:
Japanners kunnen er ook wat van, vriendelijk met dieren omgaan. Levende vis uit het aquarium halen, van één kant een filet eraf snijden en de nog levende vis weer het aquarium inflikkeren. Blijft de andere kant tenminste nog vers. Werd overigens wel goed bereid.