Life in Tokyo
Peter Breedveld
Gisteravond laat liepen we door de sjieke Tokyose winkelwijk Ginza, toen uit een donker portiek opeens een kromgebogen besje tevoorschijn kwam. We schrokken ons een hoedje, ik dacht met een onibaba van doen te hebben, een mensenetende demon die het uiterlijk van een lief oud vrouwtje aanneemt, maar het was een stokoude dakloze.
We kwamen net van een veel te duur restaurant, waar we veel teveel geld hadden uitgegeven, voelden ons beschaamd en gaven het vrouwtje wat geld om ons schuldgevoel af te kopen. Ze bleef ons diep buigend bedanken, terwijl we verder liepen, op weg naar ons luxe hotel.
Even verderop werd er aan de weg gewerkt. Er werd een gat gegraven, de boel was afgezet met hekken en daar stonden mannen in gele vesten met flikkerlichten erop met lichtgevende stokken te zwaaien, opdat geen automobilist per ongeluk op de fel verlichte plek zou inrijden. Ook het trottoir naast het gat werd bewaakt door twee van die mannen, eentje vooraan en een achteraan, die passerende voetgangers helemaal langs het gat leidden, waar dus al een hek omheen stond.
En dat vind ik nou typisch Japan. Iedereen wordt er als een kind behandeld, geen stap kun je er zetten zonder uitgebreid aanwijzingen te krijgen. Om te voorkomen dat mensen de straat oversteken op plekken die daar niet speciaal voor zijn ingericht, staan er hekken tussen het trottoir en het autorijgedeelte. Overal, in elke winkel, op elke straathoek, staan oude mannen in lichtblauwe uniformen de burger te behoeden voor misstappen.
Maar zo’n oud vrouwtje mag in een portiek slapen. Zonder eten.
Maar hé, tegen de tijd dat we in ons hotel aankwamen, was ik het besje alweer vergeten. Plakkend van het zweet heb ik al mijn kleren uitgetrokken, nam ik een regendouche en liet ik het bad vollopen, terwijl Hassnae een pot groene thee voor me maakte. ‘Life can be cruel, life in Tokyo‘, zingt David Sylvian, maar ik zou het niet weten. Mij ontbreekt het hier aan niets.
Nou moet ik daar ook weer mee oppassen, want ik las tot mijn schrik dat ik zo goed als failliet ben en dat is niet leuk om te horen, als je net de minibar van het Conrad in Tokyo hebt leeggeplunderd, en de dagen vretend in sterrenrestaurants en buitenissige souvenirs kopend doorbrengt.
In Tokyo dus, dat aanzienlijk duurder is geworden sinds de laatste keer dat we er waren. Toen moesten we duizend yen door 160 delen om de prijs in euro’s te berekenen, nu door honderd. Alles is dus meer dan anderhalf keer duurder en aan wie hebben we dat te danken? Juist ja, aan de bankiers, die vieze vuile psychopathische en onverzadigbare subsidiesponzen, die ons in een crisis hebben gestort.
Maar goed. We hebben onze Tokyose vakantie ingeluid met een etentje in het restaurant Hantei, gevestigd in een antiek, houten gebouw dat als één van de weinige gebouwen de grote aardbeving van 1922 en de Amerikaanse bombardementen heeft overleefd. Je eet er, gezeten op tatamimatten, gefrituurde hapjes van een stokje, maar daar heb ik hier al over geschreven. Daar staat ook een impressie van ons fantastische hotel.
De volgende dag hebben we gewinkeld in Ginza, onder andere in de grote warenhuizen, die ongekend zijn. Vooral de delicattessenafdeling in de kelderverdiepingen zijn spec-ta-cu-lair. Hassnae heeft ontzettend foute schoenen gekocht en een dodelijk sexy jurk. Ik heb mijn zinnen gezet op een pak in de winkel van Jean-Paul Gaultier.
Het was een feestdag in Japan, Umi no Hi, ‘Oceaan-dag’. Ik had er eerlijk gezegd nog nooit van gehoord. Op feestdagen wordt de belangrijkste weg in Ginza altijd afgesloten voor verkeer, wat een surrealistische sfeer geeft, met mensen die midden op de brede autoweg lopen, en er zelfs aan terrastafeltjes zitten. Het was een zonnige en smoorhete dag. Wie niet naar het strand was, liep met grote zonnehoeden op, onder parasols. In Ginza zijn de meeste Japanners keurig gekleed, zodat er een lekker ouderwetse, zonnige zondagssfeer heerste.
We hebben geluncht in Tsukiji Tama-sushi, een sushibar in de kelder van het Ginza Core Building. Ook een oude bekende. Je bestelt er sushi tot je genoeg hebt gehad. Ik bestel in Japan niet de soorten die je ook in Nederland kunt krijgen, zoals zalm en tonijn enzo, maar vissoorten waarvan ik nog nooit heb gehoord. Verrukkelijk. Mijn favoriet is een sushi met tonijntartaar en een klein, rauw ei, ik vermoed een kwartelei, erop. In Japan maak ik me niet druk om salmonella en dat soort toestanden. Japanners zijn zelfs geobsedeerder door hygiëne dan ik, en that’s sayin’ something. De prijs viel mee: nog geen zestig euro met z’n tweeën, en daar zaten de drankjes bij, onder andere een klein flesje excellente saké.
Veel duurder waren we ’s avonds uit, toen we in Nobu dineerden. Hadden we de vorige keer heerlijk gegeten, voor een faire prijs, maar in het Londense filiaal waren we er vreselijk op de koffie gekomen. Gisteravond was het eten zeker niet slecht – best goed zelfs, maar zeventig euro voor een kreeftsalade, vorige keer onze favoriet, vind ik een beetje aan de hysterische kant. Een tientje voor een glas saké is eveneens nogal overdreven. Volgens mij ben ik de enige niet die dat vindt, want het was aanzienlijk minder druk in het restaurant dan de vorige keer.
De volgende dag, vandaag, hebben we geluncht in het Tokyose driesterrenrestaurant van de Franse topchef Joël Robuchon. Gevestigd in een replica van een Frans kasteel in Ebisu, een nogal burgerlijk buurtje waar de Japanse versie van de Libelle-vrouw zich loopt te vervelen. Prachtige ambiance, met muren badend in geel licht en zwarte, in plaats van witte, tafellakens. Robuchon kan een lekker potje koken en voor dit Japanse restaurant heeft hij de Franse keuken verrijkt met een paar interessante Japanse en Aziatische accenten. Denk aan dorade met een erg lekkere saus van citroengras en coquilles met een Japans gekruide bouillon.
Subtiel, lekker eten, het klopt allemaal, maar ik snap die drie sterren eerlijk gezegd niet. Ook al omdat de bediening geen kut verstand heeft van wijn. De wijnkaart was nota bene een afgeragde iPad waarop een lijst met wijnen werd aangeklikt. De maître wees een wijn aan en zei dat die uit de VS kwam, wat ik inderdaad zelf ook kon lezen. En een andere wijn, die kwam uit Australië. Meer wist hij niet te vertellen. Ik koos voor mijn favoriete wijn, Meursault. En nu gaan mensen weer flippen: die kostte 45 euro per glas. Dat is zelfs voor Meurault behoorlijk pittig.
Maar het was een aangename lunch, met een correcte bediening. Een welkome onderbreking van het jachtige toeristenbestaan in de broeierige hitte van Tokyo.
Daarvoor waren we met de metro naar het Edo-Tokyo-museum gereisd, maar dat bleek gesloten. “Gisteren, maandag, was een feestdag”, legde de man achter het loket uit (waarom er een man achter het loket van een gesloten museum zit, is ook mij een raadsel). Maar vandaag is het dinsdag, zeiden we verbaasd, en geen feestdag, toch? “Nee”, zei de man, “maar ziet u, omdat we gisteren dicht waren, zijn we dat vandaag ook.”
Dat klonk volkomen logisch, dus we dropen af. Dat is trouwens ook iets, die feestdagen in Japan. Het land heeft, geloof ik, de meeste vrije dagen ter wereld, wat een beetje in tegenspraak is met de hardnekkige westerse mythe van de zich het schompes werkende Japanner. Zo hard werken Japanners niet. Dat zal iedereen, die er een paar dagen rondloopt, moeten beamen. Je ziet ze vooral zitten en staan achter loketten en toonbanken, bij deuren en onderaan roltrappen (om erop toe te zien dat iedereen op gepaste manier de roltrap afdaalt, I guess). De bediening in ons hotel, hoe correct en vriendelijk ook, behoort tot de inefficiëntste bediening die ik ooit aan het werk zag, waardoor je rustig een halfuur in de rij staat voor het ontbijt, terwijl je overal in de zaal lege tafels ziet.
Als Japanners niet werken, zie je ze vreten en drinken en spelen en kopen. Of manga’s lezen of slapen in de metro. Nergens is zoveel vermaak en in de aanbieding als in Japan, nergens kun je zoveel lekkernijen kopen. Japan is het rijk van de échte Bourgondiërs.
Na Robuchon zijn we naar de wijk Harajuku gegaan. Hier zie je jongeren in alternatieve kleding, van punk tot gothic en lollipop-lolita of hoe dat ook heten mag, maar het is allemaal gelikt en commerciëel, in tegenstelling tot wat je op het eerste gezicht zou denken. Al die gekke kleren en bizarre accessoires (handtasjes in de vorm van kinderboekkonijntjes enzo) kosten een lieve duit, meer dan alternatieve jongeren in Europa te besteden hebben. Desalniettemin is het leuk om er te lopen en er is één winkel, Daiso, waar alles 105 yen kost, een euro en vijf cent. Hier koop je gekke Japanse dingetjes, zoals een paar ‘instant boobs‘ en een zak gedroogde octopusjes, en verder elk mogelijk gebruiksvoorwerp dat je nodig kunt hebben in de keuken, de tuin of je slaapkamer.
Na hier een poos te hebben rondgedwaald, pakten we de trein en de metro (voor vijftien euro reis je met het openbaar vervoer de hele dag door gans Tokyo) naar ons hotel, waar ik me heb laten trakteren op room-service: een bento-box met traditionele Japanse lekkernijen erin (Hassnae had knoedels). En eerlijk gezegd is dat het lekkerste dat ik hier tot nu toe heb gegeten.
Morgen gaan we een Japanse sterrenchef interviewen. Ben alweer vergeten wie, Hassnae heeft dat geregeld. We eten ook bij hem, uiteraard. Life can be cruel, life in Tokyo.
Help Uw Hoofdredacteur de rekeningen in Tokyo betalen! Laat uw waardering voor deze site (en daarmee voor de strijd voor de vrije meningsuiting) blijken met een kleine donatie (of een grote!) via Paypal of met een storting op rekeningnummer 39 34 44 961 (Rabobank Rijswijk) o.v.v. ‘Frontaal Naakt’.
Japan, Peter Breedveld, Reizen, 17.07.2012 @ 17:00
17 Reacties
op 17 07 2012 at 17:12 schreef Cargawar:
Je vat onze plaagstoot sportief op Peter, eerlijk is eerlijk.
op 17 07 2012 at 17:40 schreef Ivo:
Leuk dat ze ondanks alles toch nog “Oceaan dag” vieren. Het ziet er trouwens te gek uit daar in Tokyo zeg!
op 17 07 2012 at 18:22 schreef rooierakker:
Dit stuk doet me denken aan de film spirited away.
op 17 07 2012 at 19:41 schreef Steven:
Wanneer ik je reisverslagen lees raak ik altijd verscheurd tussen gezonde maar diepe jaloezie en levenslust.
Ik heb nu in ieder geval heel veel zin om in het eerste de beste vliegtuig naar Tokyo te stappen.
op 17 07 2012 at 21:06 schreef gronk:
OLO@minibar leeggevreten (en de rest daaromheen)! ;-)
op 18 07 2012 at 06:48 schreef Hennekam:
Zo hoort dat. En jullie kunnen dat! Apês nous la deluge. Wat het voedsel paradijs betreft, dank ik overigens dat Penang van Tokio wint. Zeker prijs/kwaliteit . Veel plezier nog.
op 18 07 2012 at 13:05 schreef wouter:
Op de dag van de zee waren meer dan 100 duizend inwoners van Tokyo verzameld in Yoyogi om tegen kernenergie te demonstreren. Andere koek dan decadent eten, pal staan voor idealen heet zoiets :-)
op 18 07 2012 at 13:27 schreef Bigpete:
Diezelfde inwoners van Tokyo die wel stroom willen hebben voor hun mega TV en airco….
op 18 07 2012 at 14:11 schreef Sasha Berkman:
BigPete: ben je vergeten wat daar recentelijk gebeurd is? Hoe kortzichtig kun je zijn….
op 18 07 2012 at 14:53 schreef Bigpete:
De Japanners zijn kortzichtig. Velen willen – begrijpelijk- geen kernenergie maar er is in feite geen alternatief. Japan heeft zelf te weinig gas olie of steenkool om in de eigen behoefte te voorzien. De kerncentrales zijn niet gisteren gebouwd… Kennelijk waren ze hard nodig.
op 18 07 2012 at 15:28 schreef rooierakker:
De kernramp in japan heeft voor geen enkele dode gezorgd, toch is hier een massahysterie rond onstaan.
Aan de kust wonen is veel gevaarlijker dan naast een kerncentrale wonen, dat heeft de tsunami wel duidelijk gemaakt. Toch zie je hier geen beweging tegen.
Mensen zijn bang voor het onbekende en dat is straling. Water is niet eng maar vertrouwd, straling is onzichtbaar en kan gevaarlijk zijn.
Er is een verband tussen xenofobie en kernfobie, het komt allebei voort uit primitieve oerangstdriften.
op 18 07 2012 at 18:02 schreef Peter:
Meesmuilen dat de kernramp geen enkele dode heeft veroorzaakt, terwijl er tot in Tokyo een hoger mate van radioactieve besmetting is gemeten, dát noem ik nou domrechts.
Die doden komen nog, in de jaren hierna. En dat de situatie met de smeltende reactoren gevaarlijk was, daar zijn zelfs de voorstanders van kernenergie het over eens.
Wat een totaalimbeciel moet je wel niet zijn, om dat te bagatelliseren?
op 18 07 2012 at 19:24 schreef rooierakker:
En in de alpen is het stralingsniveau 5x zo hoog als in Nederland. Maakt dat het gevaarlijk? Nee.
De stralingsniveau’s in Japan zijn dan ook helemaal niet gevaarlijk. De luchtvervuiling in Japan is gevaarlijker dan het stralingsniveau, vreemd genoeg wordt daar niet tegen gedemonstreerd.
Jezelf aan de Japanse kust begeven is ook veel gevaarlijker, zijn alle mensen die daar wonen nu ook domrechts?
De Franse socialisten hebben dit een stuk beter door dan reactionair foplinks (groenen)
op 19 07 2012 at 02:42 schreef Peter:
Zegt de naam Chernobyl je iets, RooieRakker? Dat was Japan bijna geworden, een tweeede Chernobyl. Dat is onder andere voorkomen dankzij de zelfopoffering van dappere Japanners, die zich willens en wetens aan gigantische dodes straling hebben blootgesteld om Japan te behoeden voor een kernramp.
Jij zou dat dus graag nog een keertje zien, gewoon omdat je nu eenmaal voor kernenergie hoort te zijn als je domrechts bent.
op 19 07 2012 at 09:41 schreef babs:
BigPete,
Het alternatief is invoer van kolen en olie, gecombineerd met zonnepanelen en hout. Nadeel: meer afhankelijkheid van het buitenland (al moet ook de Uranium voor de kerncentrales uit het buitenland komen voor zover ik weet), voordeel: veel goedkoper.
Wat precies milieuvervuilender is en gevaarlijker, kolen of kernenergie, is lastig te meten. In een aardbevings- en tsunamizone is de keuze voor kolen te begrijpen. Kolen en hout zijn op een schone manier tot elektriciteit te verwerken, CO2 even buiten beschouwing gelaten.
Overigens zou ik graag ooit nog een jaartje of wat in Azië wonen. Liefst in Hong Kong of Tokyo.
op 20 07 2012 at 04:16 schreef Peter:
‘Rooie Rakker’ zond een onbeschofte reactie in, dat is dus exit Rooie Rakker. door anonieme schijtluizen wens ik met alle egards te worden behandeld.
Overigens bracht ie verder geen nieuwe argumenten in. Dat chernobyl een ander soort kerncentrale was. Maar daar gaat het niet om. Het ging fout en dat had rampzalige gevolgen. In fukushima ging het ook fout, en het scheelde niet veel of dat was dezelfde ramp geworden, of nog erger.
De gevolgen van een smeltende reactor zijn desastreus. Bovendien weten we nog steeds geen goede manier om het radioactieve kernafval van centrales te verwerken.
Alle argumenten daartegen zijn pet. ‘Kolen zijn ook ongezond’. Nou ja, gelukkig is er wind en water en zonlicht en de voortschrijdende wetenschap. Het gedram van domrechts over kernenergie doet denken aan dat van een middeleeuwer die er niet aan wil dat de aarde om de zon draait.
op 21 07 2012 at 18:33 schreef Berend:
The Japanese, they are just too rad.