Home » Archief » Japanse duivels en een orgie van geweld


[03.04.2020]

Japanse duivels en een orgie van geweld

Remco Breuker

Een film van Ryoo Seung-wan (van Veteran, bijvoorbeeld, of het onweerstaanbaar grappige Arahan), dus die moet worden gezien. Deze keer is het een historische film over dwangarbeid en seksslavernij onder de Japanse heerschappij in de Tweede Wereldoorlog. De film speelt in de onderzeese kolenmijnen op het onwaarschijnlijke eiland Hashima, bijgenaamd Battleship Island vanwege de minieme omvang en de vorm van het ommuurde eiland. De hoofdrolspeler uit Veteran, Hwang Jeong-min, neemt ook nu weer de honneurs waar, ditmaal als vrouwenversierende dansbandleider die met zijn hele band en zijn jonge dochter van een jaar of tien als dwangarbeider op Battleship Island terechtkomt.

De film begint indrukwekkend grimmig. Koreaanse dwangarbeiders, sommigen nog jochies van een jaar of twaalf, worden door knuppelende landgenoten mijngangen ingejaagd waarvan we langzaam gaan begrijpen dat deze zich onder het zeebed bevinden. De kijker is getuige van de claustrofobie verwekkende werkomstandigheden in de mijn en de afschrikwekkende dingen die daar met een menselijk lichaam kunnen gebeuren. De sfeer, de kleuren, de cameravoering, de muziek, de fysieke manier van acteren: alles werkt samen om een indringend beeld te geven van wat dwangarbeid in Japan in WOII precies betekende. Het leven als Koreaan op Battleship Island was gewelddadig, wreed en soms ook erg kort.

Gedwongen prostitutie

Deze historische gegevens worden verlucht door het fictieve verhaal van Yi Kwangok, Don Juan en bandleider in Keijō (het hedendaagse Seoul), de hoofdstad van koloniaal Korea. Door een verhouding met de verkeerde vrouw te beginnen, belandt hij met zijn band en zijn jonge dochter op Battleship Island. Daar worden de mannen van de vrouwen gescheiden – met het nodige geweld. De mannen gaan de mijnen in, de vrouwen worden gedwongen de Japanse soldaten als prostituées aan hun gerief te laten komen. Ook de piepjonge dochter van Yi Kwangok wordt in een zeer ongemakkelijke scène opgemaakt als een Japanse geisha en in een kamer vol dronken Japanners gezet. Die scène eindigt niet zo gruwelijk als had gekund, maar Ryoo maakt hier heel duidelijk wat dwangarbeid en gedwongen prostitutie zijn, wat ze met een mens doen, en hoe daders er keer op keer voor kiezen om dader te zijn.

 

 

Het verhaal is eigenlijk ondergeschikt aan de boodschap van de film (die tijdens de aftiteling weinig subtiel nog eens aan de kijker wordt meegegeven). Het is ook een heel Koreaans verhaal, waarin alle Koreaanse sociale klassen zo’n beetje zijn vertegenwoordigd op The Battleship Island. De flierefluitende artiest, de gangster met de harde knuisten en het goede hart, de aristocratische leider van het landelijke verzet, de jonge, getalenteerde en door de Amerikanen getrainde guerrilla en geheim agent, de vrouw van lage komaf maar met intelligentie en lef, de collaborateur, de lijdende, ploeterende meerderheid die zich altijd door onbetrouwbare leiders laat besturen. En zoals pleegt te gebeuren in dat soort verhalen, iedereen probeert zijn gewin te halen ten koste van de ander. Onze held is hier in zijn element, want naast muzikaal begaafd, blijkt hij ook een prima zwartemarktsjacheraar te zijn.

Orgie van geweld

Het dagelijks leven in het kamp is kundig verfilmd, al schijnen de clichés af en toe wel erg door het dunne verhaal heen. Maar goed, de pogingen van het verzet om een van hun leiders weg te halen uit Battleship Island zijn spannend opgezet. Maar dit zou geen Ryoo Seung-wan film zijn als alles niet zou uitmonden in een orgie van geweld. Niet het bijna grappige geweld uit zijn gangsterfilms: dit is Saving Private Ryan-geweld. Kogels uit het niets die een jong kind doden of degene met wie je staat te praten in een explosie van bloed, schedel en hersenen omverschieten.

 

 

Het einde van de film is bloedig, maar ook vakkundig in elkaar gezet, zij het zonder de lichte touch die Ryoo’s vechtscènes normaal de moeite waard maken. Ryoo is een van mijn favoriete regisseurs, maar je ziet nu wel dat hij geen Bong Joon-ho is. Anders dan Bong overwint hij de (nationalistische) bathos niet, waar Bong dat wel doet en deze zelfs weet te mobiliseren om zijn verhaal kracht bij te zetten. In Battleship Island heeft het nationalistische narratief nu juist Ryoo gemobiliseerd om het eigen verhaal kracht bij te zetten.

Japanse duivels

Dit is een tweeslachtige film, gruwelijk aan de ene kant omdat de kijker het willekeurig lijkende lijden van de Koreanen niet gespaard wordt – slechts de scènes van het dagelijks leven van de troostmeisjes -verkrachting na verkrachting- blijven de kijker gespaard. Ik vermoed dat dat iets te maken heeft met de masculiene aard van Zuid-Koreaans nationalisme, waarin gemarteld worden voor de goede zaak het soort littekens oplevert die een man met trots kan laten zien, maar waarin verkracht worden door dezelfde Japanse duivels (de representatie van de Japanse schurken in deze film is helaas wel een minpuntje – plat en voorspelbaar) iets is waar je in beschaafd gezelschap niet aan kunt refereren.

 

 

Al moet het ook gezegd worden dat Ryoo in de manier waarop hij Lee Jung-hyun, een net ontsnapt troostmeisje dat weer gevangen is genomen, afbeeldt, de film juist weer wat kracht geeft: zij is sterk, zeer goed van de tongriem gesneden, een overlever, die in een onmenselijke situatie op menselijke wijze haar waardigheid weet te behouden. Vergeleken met de heilige maar hulpeloze slachtofferrol die deze vrouwen normaal wordt opgedrongen in films is dat een vooruitgang. Haar directe tegenspeler, gangster-met-het-gouden-hart Choi Chil-sung, heeft die diepgang niet: hij blijft een ruwe-bolster-blanke-pit tot aan het bittere einde.

Nationalistisch pathos

Tweeslachtig is de film ook qua aanzet: de dynamiek en dialogen tussen de Koreanen zijn af en toe van weergaloze kwaliteit, maar de begeleidende symboliek is soms plat, zoals wanneer Yi Kwangok een grote Japanse vlag in tweeën rijt om er iets mee op te tillen. Het onthoofden van een Japanse kwelgeest in het heetst van de strijd als de man al functioneel dood is is ook over-the-top à la Mel Gibson in The Patriot. De muziek in deze scènes helpt ook niet, want de enige emotie die de componist heeft willen aanspreken is die van nationalistische pathos. Aan de andere kant zijn de actiescènes, zoals we van Ryoo mochten verwachten, als vanouds uitstekend en raar genoeg vaak de luchtigste momenten van de film.

 

 

Dit is een goede film die weergaloos had kunnen zijn met deze acteurs, deze regisseur en dit budget. The Battleship Island laat ook zien hoe sterk de nationalistische zelfcensuur in Zuid-Korea kan zijn, zelfs bij een vrijgevochten filmmaker als Ryoo. De dialogen laten aanzetten zien tot een andere kijk op zaken, maar daar blijft het bij.

De grote winnaar in deze film is het juichnationalisme – zelfs de atoombom die de film beëindigt, bevestigt uiteindelijk slechts de dichotomie tussen goed en slecht, Koreaans en Japans, die maar af en toe wordt uitgedaagd in deze film. De gepijnigde monoloog van Lee Jung-hyun, waarin ze haar ruwe-bolster-blanke-pit-gangster toebijt hoe het altijd Koreaanse mannen zijn geweest die haar hebben gevangen, verkocht, verraden en toegetakeld, had meer verdiend. Een ander soort tweeslachtigheid – namelijk morele – had deze film hoog boven de massa uit kunnen tillen.

 

 

Remco Breuker is hoogleraar Koreastudies aan de Universiteit Leiden en te volgen op Twitter via @koryoinleiden.

Film Reviews, Remco Breuker, 03.04.2020 @ 13:28

[Home]
 

1 Reactie

op 03 04 2020 at 13:28 schreef Peter:

Reageren? Leesfrontaalnaakt@gmail.com.

 


Home

Archief

 

STEUN FRONTAAL NAAKT MET EEN TIKKIE!

 

 

OF VIA PATREON!

 

 

CONTACT
Stuur uw loftuitingen en steunbetuigingen naar Frontaal Naakt.

NIEUWSBRIEF
Ontvang gratis de Frontaal Naakt nieuwsbrief.

 

pbgif (88k image)
 

Let op: Toelating van reacties en publicatie van opiniestukken van anderen dan de hoofdredacteur zelf betekenen geenszins dat hij het met de inhoud ervan eens is.

 

pbgif (88k image)
 

MEEST GELEZEN IN NOVEMBER

O De lange arm van Tel Aviv

O Mjoenik

O Wierd Duk stuurt een vriendje om bij mijn baas te klagen

O Jij, racist, jíj bent het integratieprobleem

O Nederland gaat op moslimjacht

O Op de bres voor de domme lul

O De onwaardige discipelen van Theo van Gogh

O Maarten Wolterink

O Mag geen nazi zeggen

O Poepen doen we allemaal

 

MEEST GELEZEN EVER

O Caroline van der Plas, dwangmatige leugenmachine

O Caroline van der Plas is de Nederlandse Donald Trump

O YouPorn

O Iedereen haat Sander Schimmelpenninck omdat hij écht onafhankelijk is

O Wierd Duk de pro-Russische complotdenker

O Domme Lul

O Frans Timmermans kan het einde van de domrechtse ijstijd zijn

O Wierd Duk en Jan Dijkgraaf, hoeders van het fatsoen

O De koning van het uittrekken van de damesslip

O Haatoma

 

pbgif (88k image)
 

BLURBS
“How does it feel to be famous, Peter?” (David Bowie)

“Tegenover de enorme hoeveelheid onnozelaars in de Nederlandse journalistiek, die zelfs overduidelijke schertsfiguren als Sywert, Baudet en Duk pas ver in blessuretijd op waarde wisten te schatten, staat een klein groepje van ondergewaardeerde woestijnroepers. Met Peter op 1.” (Sander Schimmelpenninck)

“Frontaal Naakt dient een publiek belang” (mr. P.L.C.M. Ficq, politierechter)

“Peter schrijft hartstochtelijk, natuurlijk beargumenteerd, maar zijn stijl volgt het ritme van zijn hart.” (Hafid Bouazza).

“Ik vind dat je beter schrijft dan Hitler” (Ionica Smeets)

“Peter is soms een beetje intens en zo maar hij kan wél echt goed schrijven.” (Özcan Akyol)

“Jij levert toch wel het bewijs dat prachtige columns ook op weblogs (en niet alleen in de oude media) verschijnen.” (Femke Halsema)

“Literaire Spartacus” (André Holterman)

“Wie verlost me van die vieze vuile tiefuslul?” (Lodewijk Asscher cs)

“Pijnlijk treffend” (Sylvana Simons)

네덜란드 매체 프론탈 나크트(Frontaal Naakt)에 따르면, 네덜란드 라 (MT News)

“Echt intelligente mensen zoals Peter Breedveld.” (Candy Dulfer)

“De Kanye West van de Nederlandse journalistiek.” (Aicha Qandisha)

“Vieze gore domme shit” (Tofik Dibi)

“Ik denk dat de geschiedenis zal uitmaken dat Peter Breedveld de Multatuli van deze tijd is.” (Esther Gasseling)

“Nu weet ik het zeker. Jij bent de antichrist.” (Sylvia Witteman)

“Ik ben dol op Peter. Peter moet blijven.” (Sheila Sitalsing)

“Ik vind hem vaak te heftig” (Hans Laroes)

“Schrijver bij wie iedereen verbleekt, weergaloos, dodelijk eerlijk. Om in je broek te piesen, zo grappig. Perfecte billen.” (Hassnae Bouazza)

“Scherpe confrontatie, zelfs als die soms over grenzen van smaak heen gaat, is een essentieel onderdeel van een gezonde democratie.” (Lousewies van der Laan)

“Ik moet enorm lachen om alles wat Peter Breedveld roept.” (Naeeda Aurangzeb)

“We kunnen niet zonder jouw geluid in dit land” (Petra Stienen)

“De scherpste online columnist van Nederland” (Francisco van Jole)

“Elk woord van jou is gemeen, dat hoort bij de provocateur en de polemist, nietsontziendheid is een vak” (Nausicaa Marbe)

“Als Peter Breedveld zich kwaad maakt, dan wordt het internet weer een stukje mooier. Wat kan die gast schrijven.” (Hollandse Hufters)

“De kritische en vlijmscherpe blogger Peter Breedveld” (Joop.nl)

“Frontaal Naakt, waar het verzet tegen moslimhaat bijna altijd in libertijnse vorm wordt gegoten.” (Hans Beerekamp – NRC Handelsblad)

“De grootste lul van Nederland” (GeenStijl)

“Verder vermaak ik mij prima bij Peter Breedveld. Een groot schrijver.” (Bert Brussen)

“Landverrader” (Ehsan Jami)

“You are an icon!” (Dunya Henya)

“De mooie stukken van Peter Breedveld, die op Frontaal Naakt tegen de maatschappelijke stroom in zwemt.” (Sargasso)

‘De website Frontaal Naakt is een toonbeeld van smaak en intellect.’ (Elsevier weekblad)

“Frontaal Gestoord ben je!” (Frits ‘bonnetje’ Huffnagel)

“Jouw blogs maken hongerig Peter. Leeshonger, eethonger, sekshonger, geweldhonger, ik heb het allemaal gekregen na het lezen van Frontaal Naakt.” (Joyce Brekelmans)

‘Fucking goed geschreven en met de vinger op de zere plek van het multicultidebat.’ (jury Dutch Bloggies 2009)

Frontaal Naakt is een buitengewoon intelligent en kunstig geschreven, even confronterend als origineel weblog waar ook de reacties en discussies er vaak toe doen.’ (jury Dutch Bloggies 2008)

‘Intellectuele stukken die mooi zijn geschreven; confronterend, fel en scherp.’ (Revu)

‘Extreem-rechtse website’ (NRC Handelsblad)

‘De meeste Nederlanders zijn van buitengewoon beschaafde huize, uitzonderingen als Peter Breedveld daargelaten.’ (Anil Ramdas)

‘Peter Breedveld verrast!’ (Nederlandse Moslim Omroep)

‘Breedveld is voor de duvel nog niet bang’ (Jeroen Mirck)

‘Nog een geluk dat er iemand bestaat als Peter Breedveld.’ (Max J. Molovich)

‘Godskolere, ik heb me toch over je gedróómd! Schandalig gewoon.’ (Laurence Blik)

 

pbgif (88k image)
 

LINKS

 

 


 

(Advertentie)
 

 

 

RSS RSS