Home » Archief » Hoe oud is het jodendom?


[12.01.2024]

Hoe oud is het jodendom?

Jan Tervoort


Illustratie: Shinsui Itō (1898 – 1972)

Tot voor kort behoorde het tot de geschiedwetenschappelijke consensus dat het jodendom als religie ontstond in de vijfde eeuw voor Christus, in de Perzische tijd. Een revolutionaire nieuwe studie wijst op een veel latere periode, namelijk de laat Hellenistische tweede helft van de tweede eeuw en eerste eeuw voor Christus.

Weinig takken van de geschiedwetenschap zijn nog zo omgeven door mythes als die van de Joodse geschiedenis. De reden laat zich raden, daar het Jodendom als moederreligie van het christendom en de islam en daarmee haar basisschrift de Thora of Pentateuch (de eerste vijf boeken van de bijbel) voor miljoenen gelovigen nog het letterlijke woord van God zijn. In de joods-religieuze traditie begint het jodendom als religie dan ook op het moment dat Mozes ergens in de 14e of 13e eeuw voor Christus op de berg Sinaï van Jahweh de Thora zou hebben ontvangen. De 613 mitzvot (ge- en verboden) in de Thora die Mozes daarna zelf op schrift gesteld zou hebben, vormen het verbond tussen Jahweh en zijn uitverkoren volk, het volk Israël. Dat volk zelf gaat in de joodse traditie naast de Thora nog verder terug tot de Aartsvader Abraham.

Maar ook in seculiere (Joodse) mainstream-cultuur wordt de mythische geschiedenis van het Bijbelse volk Israël vaak nog steeds voor echte geschiedenis aangenomen. Onder invloed van de seculiere nationale Joodse emancipatiebeweging, het zionisme, werden vanaf eind 19e eeuw de verschillende transnationale Joodse gemeenschappen voor het eerst voorgesteld als ‘volk’ in nationale zin, met als doel een staat op te richten in Palestina, het oude Bijbelse Israël.

Ter legitimatie van dit Joodse nationalisme en de stichting van de staat Israël in 1948 werd de Hebreeuwse bijbel voortaan niet religieus maar als geschiedenisboek geïnterpreteerd. Vertegenwoordigers van de staat Israël in de Verenigde Naties staan soms letterlijk met de bijbel te zwaaien om hun aanspraak op de Westoever in hun conflict met het Palestijnse volk kracht bij te zetten.

Ontstaan van de Thora

Wat is de huidige wetenschappelijke stand van zaken over het ontstaan van het jodendom als religie en Joden als historisch te onderscheiden ethisch-religieuze groep? Al in de loop van de 19e eeuw, met het ontstaan van geschiedenis als wetenschap en wetenschappelijke bijbelanalyse, kwam vast te staan dat de Thora of Pentateuch in Babylon tijdens of vlak na de Babylonische ballingschap op schrift werd gesteld.

Na de vernietiging van de zogenaamde eerste ‘joodse’ Tempel in Jeruzalem door Nebukadnezar, in 587 voor Christus, gingen het hof en de elite van de kleine vazalstaat Judea in ballingschap naar Babylon. Een kleine groep van anonieme priesterlijke geletterden rond het afgezette Judese hof in Babylon redigeerde hier het amalgaam van oude legenden en nieuwe wetsvoorschriften – die laatste, zo lijkt het, vooral om de boel in ballingschap bij elkaar te houden – tot één document in een mythische verhaallijn: de Thora.

Hoewel het basisdocument van het Jodendom, met de 613 wetsvoorschriften die deze religie en ‘Joodse levenswijze’ zouden bepalen, dus tussen 587 voor Christus en vlak na het einde van de ballingschap, in 537 voor Christus, op schrift werd gesteld, betekende dat uiteraard niet dat er gelijk een religie ontstond rondom de Thora. De anonieme priesterlijke auteurs en redacteuren van de Thora waren een kleine elitegroep in een periode waarin geletterdheid zeer zeldzaam was en de gewone bevolking in het verre Judea of de meeste Judese ballingen in Babylon niet konden lezen of schrijven.

Joodse levenswijze

Thora‘ in het Hebreeuws betekent ‘leer’ of ‘instructie’, dus wanneer werden gewone Judeeërs in Babylon en Judea dan geïnstrueerd in de 613 wetsvoorschriften die de Joodse religieuze levenswijze bepalen?

Tot ver in de 20e eeuw volgde de wetenschap, bij gebrek aan nieuwe methoden, nog steeds het narratief van de Hebreeuwse Bijbel zelf, namelijk het door meerdere anonieme auteurs geschreven Bijbelboek Ezra-Nehemia, dat later werd geredigeerd. Onder de Perzische koning Cyrus, die van 559 voor Christus tot 530 voor Christus het hele Babylonische rijk en Egypte veroverde, mochten de Judese ballingen terug naar Judea en een nieuwe tweede aan Jahweh gewijde tempel bouwen. De priester Ezra en de door de Perzische koning Artaxerxes I aangestelde gouverneur van Judea, Nehemia, arriveren volgens het verhaal van dit Bijbelboek rond 450 voor Christus vanuit respectievelijk Babylon en de Perzische hoofdstad Susa in Jerusalem, om het volk in ’de wetten van Mozes’ te instrueren.

De vorig jaar verschenen studie van de Israëlische archeoloog Yonatan Adler, The origins of Judaism; An Archeological-Historical Reapraisal, werpt echter een geheel nieuw licht op het ontstaan van het jodendom.

Archeologisch onderzoek

In tegenstelling tot ‘ideeëngeschiedenis’, wat gebruikelijker is in dit vakgebied, richt Adler zich namelijk op ‘sociale geschiedenis’. Hij stelt de vragen wanneer het overgrote deel van de bevolking van Judea en de Judeeërs/Joden in de Diaspora gingen leven volgens de wetten van de Thora en of zij als zodanig te onderscheiden waren als etnisch-religieuze groep?

Deze Joodse levenswijze had met zijn vele ge -en verboden namelijk zijn weerslag op de materiële overblijfselen en de hoeveelheid daarvan die Joodse gemeenschappen hebben achtergelaten. Behalve door middel van historisch bronnenonderzoek kan die levenswijze dus ook worden bestudeerd met archeologisch onderzoek.

Adler begint in de eerste eeuw na Christus, wanneer onder het Romeinse Rijk het jodendom en de Joden als etnisch-religieuze groep zijn te identificeren in Judea, maar ook in de rest van het oostelijke Middellandse zeegebied. Vervolgens gaat hij aan de hand van zes typisch ‘joodse’ ver- of geboden en daarmee gerelateerde archeologische vondsten op zoek naar de vroegste bewijzen hiervoor. Dat zijn de spijswetten (varkensbotten en schaaldieren in beerputten), rituele reinheid (rituele baden en speciaal aardewerk), figuratieve kunst (verbod op afbeeldingen van mens en dier), het gebruik van gebedsriemen en Mezuzot, een aantal onderscheidende religieuze gebruiken, zoals de Sabbat en de besnijdenis. Ten slotte kijkt hij naar het ontstaan van synagogen.

Hoewel in de eerste eeuw na Christus deze joodse gebruiken in zowel joodse als niet-joodse bronnen en in de archeologie overal terug te vinden zijn, houdt het spoor van bewijzen voor alle zes gebruiken op rond de helft van de tweede eeuw voor Christus. Dat is in de laat-Hellenistische periode, waarin de priesterlijke familie van de Hasmoneeën aan de macht zijn gekomen in de tempelstaat Judea.

Van Judeeër naar Jood

De conclusie dat het jodendom als religie en als levenswijze volgens de wetten van de Thora voor de algemene Judese bevolking en in de diaspora pas in deze periode ontstond, sluit aan bij een eerdere baanbrekende studie uit 1999 van Shaye J.D. Cohen: The Beginnings of Jewishness; Bounderies, Varieties, Uncertainties.

Daarin betoogt Cohen dat in dezelfde periode het Griekse woord ‘Ioudasios’ van betekenis verandert. Namelijk van het etnisch-geografische ‘Judeeër’ naar het etnisch-religieuze ‘Jood’, zoals dat woord nog steeds gebruikt wordt.

Het is dus in deze periode dat de denkbeeldige grenzen van de etnisch-religieuze groep ‘Joden’ of ‘het Jodendom’ op basis van de wetten uit de Thora worden bepaald en ontstaat. Er ontstaat een draagbare religieuze identiteit die niet gebonden is aan de geografische locatie van de Tempelstaat Judea, maar aan de wetten van de Thora. Met andere woorden, het Jodendom ontstaat, ironische genoeg, op het moment dat het voor niet-Judeeërs mogelijk wordt om Joods te worden. En de priesterlijke familie, de Hasmoneeën, speelde hier een sleutelrol in. Wie waren dat ook alweer?

De Makkabeeën

Het Perzische rijk van Alexander de Grote viel na zijn dood in 323 voor Christus uiteen in de Hellenistische koninkrijken. De priesterlijke Tempelstaat Judea werd daarmee een vazalstaat van eerst het Ptolemeische rijk in Egypte en daarna het Seleucidische rijk in Syrië.

De Hasmoneeën, ook wel Makkabeeën genoemd, vormen de priesterlijk familie onder leiding van Mattathias de Makkabeeër. Hij en zijn zoons komen in 167 voor Christus in opstand tegen de Seleucidische koning Antochius IV, die de tempel van Yahweh in Jeruzalem onteerd heeft en de ‘Joodse’ levenswijze probeert te verbieden. De twee deuterocanonieke Bijbelboeken Makkabeeën 1 en 2 vertellen hoe Mattathias en zijn zoons de Griekse overheersers verslaan, Jeruzalem veroveren in 165 voor Christus, de tempel herinwijden, het hogepriesterschap op zich nemen en het leven naar ‘de oude wet van Mozes’ herstellen in een inmiddels onafhankelijke staat.

Nu zijn Makkabeeën 1 en 2 vanuit historisch perspectief werken die minstens een generatie na de gebeurtenissen die ze beschrijven zijn ontstaan. Ze zijn vooral bedoeld om de Hasmoneese dynastie te legitimeren. De Hasmoneeën stamden namelijk niet af van de priester Zadok, de hogepriester uit het mythische koninkrijk van David, wiens nakomelingen volgens de traditie alleen het hogepriesterschap in de Jahweh tempel van Jerusalem mochten vervullen.

Niet alleen hadden de Hasmoneeën volgens concurrerende priesterlijke families het hogepriesterschap onterecht gekaapt, de kleinzoon van Mattathias, Johannes Hyrkanes (134-104 voor Christus) mat zichzelf koninklijke status aan, terwijl hij ook het hogepriesterschap vervulde.

Het leven naar de wetten van de Thora raakt dus pas wijd verbreid onder de Judese bevolking in de periode dat de Hasmoneeën zich in oppositie tot andere priesterlijke families in Jeruzalem lijken te moeten legitimeren.

Veroveringsoorlogen

Daarbij wordt de Thora, die vooralsnog slechts bekend is bij de geletterde elite rond de tempelcultus van Jahweh in Jeruzalem, en mogelijk ook bij de diaspora in Babylon en Alexandrië, ingezet voor een terugkeer naar de oude wetten van Mozes. Hiermee verzetten de Hasmoneeën zich duidelijk tegen de voormalige Hellenistische overheerser, het Hellenisme en de concurrerende gehelleniseerde priesterlijke families.

Nu waren de Hasmoneeën, net als andere elites in de Hellenistische rijken, zelf ook verregaand gehelleniseerd. Maar toen zij aan de macht kwamen in Judea, wist het kleine tempelstaatje, vanwege het tijdelijke machtsvacuüm in de Levant, een zelfstandige priesterstaat en koninkrijk te worden. Bovendien begon het Hasmoneese priesterstaatje rond Jeruzalem zich uit te breiden. Onder Johannes Hyrcanes werden naburige volken onderworpen en hun gebied werd ingelijfd. In 110 voor Christus werden de Edomieten ten zuiden van Judea onderworpen en voor het eerst gedwongen zich ‘te bekeren tot het Jodendom’, om zo onderdanen te worden van het Hasmoneese koninkrijk.

De Thora en haar wetsvoorschriften werden dus door de Hasmoneeën voor het eerst ingezet als wetboek van hun rijk. Ook van niet-Judeeërs als de Edomieten, Nabateeërs en Samaritanen, die door de militaire expansie van de Hasmoneeën bij hun koninkrijk werden ingelijfd, werd verwacht dat zij gingen leven naar de wetten van de Thora.

Nieuw religieus collectief

Hoewel vanuit een politieke achtergrond ontstaan, zorgden de verspreiding van de Thora en het feit dat een brede sociale groep van niet alleen Judeeërs haar wetten gingen volgen, ervoor dat ook de grenzen ontstonden van een nieuw religieus collectief. Als niet-Judeeër kon men ook vrijwillig tot dit collectief toetreden door te gaan leven volgens de wetten van de Thora.

De vertaling van de Thora naar het Grieks (de hele Hebreeuwse bijbel werd in Alexandrië ongeveer van 250 tot 130 voor Christus in het Grieks vertaald, de Septuagint), en later het Aramees, speelde een belangrijke rol.

Hoewel een officiële bekeringsceremonie (Gioer) tot het Jodendom pas ontstond bij het samenstellen van de Babylonische Talmud in de vijfde eeuw na Christus, ontstond er dus vanaf de tweede eeuw voor Christus in het oostelijk Middellandse zeegebied langzaam een etnisch-religieuze groep die zichzelf als Joden omschreven en die aan hun levenswijze voor niet-Joden als zodanig herkenbaar zijn. Met als belangrijkste kenmerken het monotheïsme, de besnijdenis van mannen, een wekelijkse rustdag, de Sabbat, naast de vele andere wetsvoorschriften die in synagogen – die dus ook in deze periode ontstaan – communaal onderwezen werden.

Farizeeën

Een indirect bewijs dat Joden -in tegenstelling tot Judeeërs- als groep en jodendom als religie in de Hamoneese periode ontstonden, is dat in deze periode de etnisch-religieuze groep rond de Jahweh-tempel in Jeruzalem diversifieert in verschillende stromingen, op basis van de ‘juiste’ interpretatie van de joodse wetten.

Zo ontstonden de sadduceeën, farizeeën, essenen en later de christenen als joodse sektes, waarvan de farizeeën, na de vernietiging van de tempel in Jeruzalem door de Romeinen in 70 na Christus, tot in de vijfde eeuw na Christus met de Talmoed vorm zouden geven aan het Rabbinale Jodendom. Dat vormt nog steeds de basis van het huidige orthodoxe Jodendom, waar vanaf de vroegmoderne periode door nieuwe interpretaties van de Thora weer allerlei nieuwe Joodse religieuze stromingen uit voort zouden komen.

Verschillende cultussen

Wanneer we aannemen dat het jodendom en de Joden als etnisch-religieuze groep tijdens de laat-Hellenistische periode ontstonden, hoe omschrijven we in dit opzicht dan de periode ervoor, van de Babylonische ballingschap tot de opkomst van de Hasmoneeën?

Er is in de Perzische periode feitelijk sprake van verschillende Jahwistische cultussen. De belangrijkste bevonden zich in Jeruzalem, maar ook ten noorden van Judea, in Samaria, was een tempel op de berg Gerizim aan Jahweh gewijd. Die werd tijdens de verovering van Samaria door de al eerder genoemde Johannes Hyrcanes vernietigd in 112 voor Christus.

Ook het door de Perzen ingeschakelde Judese huurlingenleger op het zuid-Egyptische Nijl-eiland Elephantine had in de vijfde eeuw voor Christus een aan Jahweh gewijde tempel, waar in tegenstelling tot het belangrijkste gebod van de Thora ook nog andere goden vereerd werden.

De situatie onder de gewone Judese bevolking in Judea zal vergelijkbaar zijn geweest. Naast Jahweh als belangrijkste god, vanwege de tempel in Jeruzalem, zullen ook nog andere lokale goden of die van buurvolken aanbeden zijn. De Thora en haar 613 mizvot die later de joodse religieuze levenswijze zouden bepalen en aan de tempelcultus van Jahweh in Jeruzalem verbonden werd, was in de Perzische en vroeg-Hellenistische periode slechts bekend bij de geletterde priesterlijke elite in Jeruzalem, Babylon en later Alexandrië.

Draagbare cultuur

De paradox van het ontstaan van het jodendom dat dit in het mythische narratief (of beter: de Hasmoneese propaganda van Makkabeeën 1 en 2) duidelijk een verzet tegen het Hellenisme was, terwijl het ontstaan van het jodendom in deze periode juist wijst op de belangrijke rol die het Hellenisme speelde in de overgang van sekte/cultus naar religie en van Judeeërs naar Joden.

Een normatieve wet voor een politieke eenheid die onder het Hasmoneese rijk middels de Thora vorm kreeg, is een typische Griekse uitvinding die rond de zevende eeuw voor Christus in verschillende stad-staten ontstond. Ook de niet aan een geografische plaats gebonden, draagbare cultuur die vanaf de laat-Hellenistische periode het Jodendom zou vormen, was, zoals het Hellenisme zelf, typisch Grieks.

Het feit dat de joodse mythische literatuur in het Middellandse zeegebied vooral bekendheid kreeg door de Griekse vertalingen ervan en joodse geschriften vanaf deze tijd vaak in het Grieks geschreven werden, spreekt wat dat betreft boekdelen.

Het is dan ook vanaf deze tijd dat allerlei niet-Judeeërs buiten Judea zich om allerlei redenen tot de joodse levenswijze volgens de Thora bekeerden, met andere woorden: tot het Jodendom. Kort gezegd: zonder ‘Grieksheid’ geen ‘joodsheid’.

Jan Tervoort is een tamelijk bekende stadsgids voor toeristen in Amsterdam, gelauwerd vanwege zijn historische kennis. Hij is ook een zeer actief criticus van het Israëlische Palestijnenbeleid. Eerder dit jaar was hij zelf mikpunt van een mediahetze door de Israëllobby, waarna hij zijn vaste column op de site The Rights Forum kwijtraakte.

boeken, Jan Tervoort, 12.01.2024 @ 12:50

[Home]
 

1 Reactie

op 12 01 2024 at 12:50 schreef Peter:

Reageren? Leesfrontaalnaakt@gmail.com.

 


Home

Archief

 

STEUN FRONTAAL NAAKT MET EEN TIKKIE!

 

 

OF VIA PATREON!

 

 

CONTACT
Stuur uw loftuitingen en steunbetuigingen naar Frontaal Naakt.

NIEUWSBRIEF
Ontvang gratis de Frontaal Naakt nieuwsbrief.

 

pbgif (88k image)
 

Let op: Toelating van reacties en publicatie van opiniestukken van anderen dan de hoofdredacteur zelf betekenen geenszins dat hij het met de inhoud ervan eens is.

 

pbgif (88k image)
 

MEEST GELEZEN IN NOVEMBER

O De lange arm van Tel Aviv

O Mjoenik

O Wierd Duk stuurt een vriendje om bij mijn baas te klagen

O Jij, racist, jíj bent het integratieprobleem

O Nederland gaat op moslimjacht

O Op de bres voor de domme lul

O De onwaardige discipelen van Theo van Gogh

O Maarten Wolterink

O Mag geen nazi zeggen

O Poepen doen we allemaal

 

MEEST GELEZEN EVER

O Caroline van der Plas, dwangmatige leugenmachine

O Caroline van der Plas is de Nederlandse Donald Trump

O YouPorn

O Iedereen haat Sander Schimmelpenninck omdat hij écht onafhankelijk is

O Wierd Duk de pro-Russische complotdenker

O Domme Lul

O Frans Timmermans kan het einde van de domrechtse ijstijd zijn

O Wierd Duk en Jan Dijkgraaf, hoeders van het fatsoen

O De koning van het uittrekken van de damesslip

O Haatoma

 

pbgif (88k image)
 

BLURBS
“How does it feel to be famous, Peter?” (David Bowie)

“Tegenover de enorme hoeveelheid onnozelaars in de Nederlandse journalistiek, die zelfs overduidelijke schertsfiguren als Sywert, Baudet en Duk pas ver in blessuretijd op waarde wisten te schatten, staat een klein groepje van ondergewaardeerde woestijnroepers. Met Peter op 1.” (Sander Schimmelpenninck)

“Frontaal Naakt dient een publiek belang” (mr. P.L.C.M. Ficq, politierechter)

“Peter schrijft hartstochtelijk, natuurlijk beargumenteerd, maar zijn stijl volgt het ritme van zijn hart.” (Hafid Bouazza).

“Ik vind dat je beter schrijft dan Hitler” (Ionica Smeets)

“Peter is soms een beetje intens en zo maar hij kan wél echt goed schrijven.” (Özcan Akyol)

“Jij levert toch wel het bewijs dat prachtige columns ook op weblogs (en niet alleen in de oude media) verschijnen.” (Femke Halsema)

“Literaire Spartacus” (André Holterman)

“Wie verlost me van die vieze vuile tiefuslul?” (Lodewijk Asscher cs)

“Pijnlijk treffend” (Sylvana Simons)

네덜란드 매체 프론탈 나크트(Frontaal Naakt)에 따르면, 네덜란드 라 (MT News)

“Echt intelligente mensen zoals Peter Breedveld.” (Candy Dulfer)

“De Kanye West van de Nederlandse journalistiek.” (Aicha Qandisha)

“Vieze gore domme shit” (Tofik Dibi)

“Ik denk dat de geschiedenis zal uitmaken dat Peter Breedveld de Multatuli van deze tijd is.” (Esther Gasseling)

“Nu weet ik het zeker. Jij bent de antichrist.” (Sylvia Witteman)

“Ik ben dol op Peter. Peter moet blijven.” (Sheila Sitalsing)

“Ik vind hem vaak te heftig” (Hans Laroes)

“Schrijver bij wie iedereen verbleekt, weergaloos, dodelijk eerlijk. Om in je broek te piesen, zo grappig. Perfecte billen.” (Hassnae Bouazza)

“Scherpe confrontatie, zelfs als die soms over grenzen van smaak heen gaat, is een essentieel onderdeel van een gezonde democratie.” (Lousewies van der Laan)

“Ik moet enorm lachen om alles wat Peter Breedveld roept.” (Naeeda Aurangzeb)

“We kunnen niet zonder jouw geluid in dit land” (Petra Stienen)

“De scherpste online columnist van Nederland” (Francisco van Jole)

“Elk woord van jou is gemeen, dat hoort bij de provocateur en de polemist, nietsontziendheid is een vak” (Nausicaa Marbe)

“Als Peter Breedveld zich kwaad maakt, dan wordt het internet weer een stukje mooier. Wat kan die gast schrijven.” (Hollandse Hufters)

“De kritische en vlijmscherpe blogger Peter Breedveld” (Joop.nl)

“Frontaal Naakt, waar het verzet tegen moslimhaat bijna altijd in libertijnse vorm wordt gegoten.” (Hans Beerekamp – NRC Handelsblad)

“De grootste lul van Nederland” (GeenStijl)

“Verder vermaak ik mij prima bij Peter Breedveld. Een groot schrijver.” (Bert Brussen)

“Landverrader” (Ehsan Jami)

“You are an icon!” (Dunya Henya)

“De mooie stukken van Peter Breedveld, die op Frontaal Naakt tegen de maatschappelijke stroom in zwemt.” (Sargasso)

‘De website Frontaal Naakt is een toonbeeld van smaak en intellect.’ (Elsevier weekblad)

“Frontaal Gestoord ben je!” (Frits ‘bonnetje’ Huffnagel)

“Jouw blogs maken hongerig Peter. Leeshonger, eethonger, sekshonger, geweldhonger, ik heb het allemaal gekregen na het lezen van Frontaal Naakt.” (Joyce Brekelmans)

‘Fucking goed geschreven en met de vinger op de zere plek van het multicultidebat.’ (jury Dutch Bloggies 2009)

Frontaal Naakt is een buitengewoon intelligent en kunstig geschreven, even confronterend als origineel weblog waar ook de reacties en discussies er vaak toe doen.’ (jury Dutch Bloggies 2008)

‘Intellectuele stukken die mooi zijn geschreven; confronterend, fel en scherp.’ (Revu)

‘Extreem-rechtse website’ (NRC Handelsblad)

‘De meeste Nederlanders zijn van buitengewoon beschaafde huize, uitzonderingen als Peter Breedveld daargelaten.’ (Anil Ramdas)

‘Peter Breedveld verrast!’ (Nederlandse Moslim Omroep)

‘Breedveld is voor de duvel nog niet bang’ (Jeroen Mirck)

‘Nog een geluk dat er iemand bestaat als Peter Breedveld.’ (Max J. Molovich)

‘Godskolere, ik heb me toch over je gedróómd! Schandalig gewoon.’ (Laurence Blik)

 

pbgif (88k image)
 

LINKS

 

 


 

(Advertentie)
 

 

 

RSS RSS