Home » Archief » Eens maar nooit weer


[22.08.2024]

Eens maar nooit weer

Peter Breedveld

Ik heb teveel van mijn leestijd besteed aan literatuur van witte mannen, dus sinds een aantal jaren probeer ik vooral vrouwen en mensen van kleur te lezen, al zal ik een nieuwe roman van Nathan Englander, Peter Ackroyd of Don DeLillo niet overslaan.

Maar mijn zoon Tom gaf me een bundel essays van David Foster Wallace met de vrij sublieme titel A Supposedly Fun Thing I’ll Never Do Again (in het Nederlands vertaald als ‘Superleuk, maar voortaan zonder mij’, wat Tom een nog betere titel vindt, maar ik had er denk ik ‘Eens maar nooit weer’ van gemaakt) en in het vliegtuig naar Japan zat ik dus toch weer een witte dude te lezen.

Het eerste essay beviel me ook nog eens matig, het gaat over Foster Wallaces tennisavonturen in de Amerikaanse staat Illinois, waar hij opgroeide. Illinois is kennelijk extreem winderig maar juist op de slecht onderhouden tennisbanen waar Foster Wallace speelde, waar de wind nogal eens spelbederver was, vierde hij triomfen door zich aan die omstandigheden aan te passen. Het ging fout toen hij op hoger niveau begon te spelen en op professionele banen terecht kwam, afgeschermd tegen die wind. Ik vond het stuk niet oninteressant, maar wel druipen van zelfgenoegzaamheid en Wallace kokketteert ook met zijn kennis van wiskunde, die hij toepast om de bewegingen van tornado’s en de banen van zijn tennisballen te beschrijven. Ik snap niks van wiskunde, een bron van enorme frustratie, dus dat.

Anti-rebellen

Maar het tweede essay, E Unibus Pluram, is een klapper. Dat gaat over ironie en satire en hoe televisie, een door intellectuele snobs versmaad medium, satire overbodig heeft gemaakt door zichzelf constant te satiriseren. Satire is daardoor gepopulariseerd waardoor iedereen zichzelf ironiseert en subversiviteit, anti-burgerlijkheid, eigenlijk overbodig is geworden. ‘De nieuwe lichting literaire rebellen’, schrijft Foster Wallace, ‘zou heel goed een vreemde kliek van anti-rebellen kunnen zijn’, ‘Echte rebellen lokken afkeuring uit. De nieuwe rebellen zouden dus kunstenaars kunnen zijn die gaan voor de geeuw en het verwijt van sentimentaliteit en melodrama, wie zal het zeggen.’

En verdomd, wat Wallace daar in 1993 schreef, is echt uitgekomen. De rebellen van nu bepleiten een terugkeer naar ouderwetse waarden: heteroseks alleen binnen het huwelijk, vrouwen weer achter het aanrecht met een dikke buik. Tradwives zijn de nieuwe punkers.

Ik doe het essay tekort, het is een zeer complete beschouwing van wat televisie is, en wat het met ons doet, met onze psyche en ons zelfbeeld. Foster Wallace is kritisch, maar is dat als een hartstochtelijke liefhebber van het medium. Hij kijkt er niet op neer.

Hij voorspelt in het essay ook het internet, waar vrijwel niemand zich in 1993 mee bezighield. Althans, futuroloog George Gilder doet dat, met het vooruitzicht dat de TV van de toekomst interactief zal zijn, waardoor de kijker meer keuzevrijheid krijgt. Wallace wijst erop dat zulke interactieve televisie nog altijd zal worden aangeboden door commerciële partijen die de gebruikers aan de hand van een zeer beperkt palet aan keuzes zal blijven sturen.

En voilá, de vloek van de sociale media, treffend geanalyseerd in 1993.

Tennis

Het hoogtepunt van deze bundel, wat mij betreft. Er staat verder nog een beschouwing in over de oude discussie rond “vorm en vent” in de literatuur en een lang stuk over tennis, een uitgebreide beschouwing van de manier waarop professionele tennissers weten door te dringen tot de grote toernooien (of niet) aan de hand van een Amerikaanse tennisser (geen zin om zijn naam op te zoeken, maar ik heb ‘m gegoogeld en hij is nu tenniscoach) die in die tijd bezig was door te breken. Vrij oninteressant en als het over tennis gaat, is Foster Wallace altijd aan het snoeven. Zo van: “Ik was niet goed genoeg maar ik ben altijd nog veel beter dan u, lieve lezer, die misschien ooit de beste van uw middelbare school was”.

Toevallig zag ik laatst de film The Challengers, met de mijns inziens nogal overschatte Zendaya en twee mannelijke acteurs waarvan ik er één herkende uit de veel betere film La Chimera. The Challengers is veelbesproken vanwege een seksscène met een trio die ik belachelijk preuts vind, maar je ziet er wel piemels in en dat vind ik zeer belangrijk. Er moeten meer piemels in films. Maar The Challengers gaat over tennis en hoe jonge mensen proberen door te breken tot Wimbledon en zo en over rivaliteit. Mij boeit het geen ruk, maar ik ben dan ook nadrukkelijk niet geïnteresseerd in sport, en ik denk hierom.

Agressief wit

Hoe dan ook. Er staan nog drie hoogtepunten in: een essay over het werk van David Lynch, waardoor ik me voorgenomen heb zijn werk in chronologische volgorde te herkijken, en twee journalistieke verslagen. Het eerst over de State Fair (een soort jaarbeurs in de open lucht) in Illinois, die Foster Wallace in opdracht van Harper’s Bazaar bezocht, het tweede over een luxe cruise die hij maakte op verzoek van hetzelfde blad.

Daaruit blijkt dat Foster Wallace niet voor journalistiek in de wieg was gelegd, want hij begaat een keur aan journalistieke doodszonden. Zo trekt hij zich nogal eens terug bij groepsactiviteiten, vanwege zijn “lichte agorafobie” (het essay over David Lynch schreef hij ook op basis van zijn aanwezigheid op de set van de film Lost Highway, waarbij hij Lynch niet één keer heeft gesproken). In andere gevallen maakt hij zichzelf juist teveel deel van het verhaal, waardoor hij het verloop van gebeurtenissen actief beïnvloedt. Maar het is verdomd boeiende leesstof, waarbij hij niet alleen anderen, maar ook zichzelf onder de loep neemt. Het zijn antropologische onderzoeken in de vorm van ik-verhalen, maar nu ik dat zo schrijf, realiseer ik me dat dat voor alle antropologische onderzoeken geldt

Het fijne aan Foster Wallace is dat hij weliswaar ontegenzeggelijk een intellectuele snob is, maar dat hij op die State Fair niet de grotestadsjongen is die terugkeert naar de boerenkinkels in de “fly-over state” waar hij zijn jeugd doorbracht. Hij heeft een zeker respect, al is hij wel kritisch, maar altijd met een warm-menselijke blik. Zo observeert hij dat de cultuur, of aspecten daarvan, van bepaalde mensen, die elders in de VS als red-necks bekendstaan, niet zozeer racistisch is als “agressief wit”. Ik weet niet zeker of hij daar nu veel bijval voor zou krijgen, maar het is een nuance die misschien van pas komt in het huidige multiculturele debat.

Obsessie met haaien

Foster Wallace is zeer geestig, en dat is het best te zien in zijn essay over de cruise, waar dit boek zijn titel aan heeft te danken. Het is met name een interessant stuk omdat hij er zijn eigen idiosyncrasieën tot in details in beschrijft. Zijn obsessie met haaien en met de vrouw die zijn hut schoonhoudt, altijd als hij net even weg is en die hij met allerlei doorwrochte listen probeert te betrappen bij het schoonmaken, wat hem nooit lukt. Zijn vete met één van de officieren. Hoe het hem niet lukt zich aan te passen, nooit in de juiste kleding aan de dinertafel verschijnt, met een andere passagier samenzweert tegen een al te egocentrische vrouw. De beschrijvingen van zijn medepassagiers zijn sardonisch en soms snoeihard, maar ook hier weer niet gespeend van mensenliefde.

Eén van de grappigste passages is die waarin het reusachtige hagelwitte, superdeluxe schip waarop hij zich bevindt, een cruiseschip passeert dat nóg reusachtiger, hagelwitter en superdeluxer is. Hij betrapt zichzelf erop afgunst te voelen vanwege het mooiere zwembad, de badhanddoeken die nog zachter lijken dan die op zijn schip, de privébalkons die alle passagiers op het andere schip hebben. Daarbij vergeleken zijn hij en zijn medepassagiers sloebers op een budget-cruise.

 

 

 

Is het Vrije Woord u écht lief? Steun me dan met een financiële bijdrage. Doneer aan de enige dwarsdenkende, onafhankelijke (maar echt) site van Nederland. Rekeningnummer NL24 ASNB 8832 6749 39 (N.P. Breedveld, ASBN Rijswijk), BIC ASNB NL21.

boeken, Peter Breedveld, 22.08.2024 @ 11:16

[Home]
 

1 Reactie

op 22 08 2024 at 11:18 schreef Peter:

Reageren? Leesfrontaalnaakt@gmail.com.

 


Home

Archief

 

STEUN FRONTAAL NAAKT MET EEN TIKKIE!

 

 

OF VIA PATREON!

 

 

CONTACT
Stuur uw loftuitingen en steunbetuigingen naar Frontaal Naakt.

NIEUWSBRIEF
Ontvang gratis de Frontaal Naakt nieuwsbrief.

 

pbgif (88k image)
 

Let op: Toelating van reacties en publicatie van opiniestukken van anderen dan de hoofdredacteur zelf betekenen geenszins dat hij het met de inhoud ervan eens is.

 

pbgif (88k image)
 

MEEST GELEZEN IN OKTOBER

O Het grote anti-Joodse haatcomplot

O De Blitzkrieg tegen de critici van Jan van de Beek

O De mondsnoerende feiten van Hein de Haas

O De hoogopgeleiden hebben het weer gedaan

O De Charlatan regeert

O Wilders bedreigt een burgemeester

O Goede Joden, slechte Joden

O Chris Kuch en de Wetenschapper

O Swingen is het nieuwe Tupperware

O Regeerprogramma über Alles

 

MEEST GELEZEN EVER

O Caroline van der Plas, dwangmatige leugenmachine

O Caroline van der Plas is de Nederlandse Donald Trump

O YouPorn

O Iedereen haat Sander Schimmelpenninck omdat hij écht onafhankelijk is

O Wierd Duk de pro-Russische complotdenker

O Domme Lul

O Frans Timmermans kan het einde van de domrechtse ijstijd zijn

O Wierd Duk en Jan Dijkgraaf, hoeders van het fatsoen

O De koning van het uittrekken van de damesslip

O Haatoma

 

pbgif (88k image)
 

BLURBS
“How does it feel to be famous, Peter?” (David Bowie)

“Tegenover de enorme hoeveelheid onnozelaars in de Nederlandse journalistiek, die zelfs overduidelijke schertsfiguren als Sywert, Baudet en Duk pas ver in blessuretijd op waarde wisten te schatten, staat een klein groepje van ondergewaardeerde woestijnroepers. Met Peter op 1.” (Sander Schimmelpenninck)

“Frontaal Naakt dient een publiek belang” (mr. P.L.C.M. Ficq, politierechter)

“Peter schrijft hartstochtelijk, natuurlijk beargumenteerd, maar zijn stijl volgt het ritme van zijn hart.” (Hafid Bouazza).

“Ik vind dat je beter schrijft dan Hitler” (Ionica Smeets)

“Peter is soms een beetje intens en zo maar hij kan wél echt goed schrijven.” (Özcan Akyol)

“Jij levert toch wel het bewijs dat prachtige columns ook op weblogs (en niet alleen in de oude media) verschijnen.” (Femke Halsema)

“Literaire Spartacus” (André Holterman)

“Wie verlost me van die vieze vuile tiefuslul?” (Lodewijk Asscher cs)

“Pijnlijk treffend” (Sylvana Simons)

네덜란드 매체 프론탈 나크트(Frontaal Naakt)에 따르면, 네덜란드 라 (MT News)

“Echt intelligente mensen zoals Peter Breedveld.” (Candy Dulfer)

“De Kanye West van de Nederlandse journalistiek.” (Aicha Qandisha)

“Vieze gore domme shit” (Tofik Dibi)

“Ik denk dat de geschiedenis zal uitmaken dat Peter Breedveld de Multatuli van deze tijd is.” (Esther Gasseling)

“Nu weet ik het zeker. Jij bent de antichrist.” (Sylvia Witteman)

“Ik ben dol op Peter. Peter moet blijven.” (Sheila Sitalsing)

“Ik vind hem vaak te heftig” (Hans Laroes)

“Schrijver bij wie iedereen verbleekt, weergaloos, dodelijk eerlijk. Om in je broek te piesen, zo grappig. Perfecte billen.” (Hassnae Bouazza)

“Scherpe confrontatie, zelfs als die soms over grenzen van smaak heen gaat, is een essentieel onderdeel van een gezonde democratie.” (Lousewies van der Laan)

“Ik moet enorm lachen om alles wat Peter Breedveld roept.” (Naeeda Aurangzeb)

“We kunnen niet zonder jouw geluid in dit land” (Petra Stienen)

“De scherpste online columnist van Nederland” (Francisco van Jole)

“Elk woord van jou is gemeen, dat hoort bij de provocateur en de polemist, nietsontziendheid is een vak” (Nausicaa Marbe)

“Als Peter Breedveld zich kwaad maakt, dan wordt het internet weer een stukje mooier. Wat kan die gast schrijven.” (Hollandse Hufters)

“De kritische en vlijmscherpe blogger Peter Breedveld” (Joop.nl)

“Frontaal Naakt, waar het verzet tegen moslimhaat bijna altijd in libertijnse vorm wordt gegoten.” (Hans Beerekamp – NRC Handelsblad)

“De grootste lul van Nederland” (GeenStijl)

“Verder vermaak ik mij prima bij Peter Breedveld. Een groot schrijver.” (Bert Brussen)

“Landverrader” (Ehsan Jami)

“You are an icon!” (Dunya Henya)

“De mooie stukken van Peter Breedveld, die op Frontaal Naakt tegen de maatschappelijke stroom in zwemt.” (Sargasso)

‘De website Frontaal Naakt is een toonbeeld van smaak en intellect.’ (Elsevier weekblad)

“Frontaal Gestoord ben je!” (Frits ‘bonnetje’ Huffnagel)

“Jouw blogs maken hongerig Peter. Leeshonger, eethonger, sekshonger, geweldhonger, ik heb het allemaal gekregen na het lezen van Frontaal Naakt.” (Joyce Brekelmans)

‘Fucking goed geschreven en met de vinger op de zere plek van het multicultidebat.’ (jury Dutch Bloggies 2009)

Frontaal Naakt is een buitengewoon intelligent en kunstig geschreven, even confronterend als origineel weblog waar ook de reacties en discussies er vaak toe doen.’ (jury Dutch Bloggies 2008)

‘Intellectuele stukken die mooi zijn geschreven; confronterend, fel en scherp.’ (Revu)

‘Extreem-rechtse website’ (NRC Handelsblad)

‘De meeste Nederlanders zijn van buitengewoon beschaafde huize, uitzonderingen als Peter Breedveld daargelaten.’ (Anil Ramdas)

‘Peter Breedveld verrast!’ (Nederlandse Moslim Omroep)

‘Breedveld is voor de duvel nog niet bang’ (Jeroen Mirck)

‘Nog een geluk dat er iemand bestaat als Peter Breedveld.’ (Max J. Molovich)

‘Godskolere, ik heb me toch over je gedróómd! Schandalig gewoon.’ (Laurence Blik)

 

pbgif (88k image)
 

LINKS

 

 


 

(Advertentie)
 

 

 

RSS RSS