Een Meisje van Honderd
Peter Breedveld
Illustratie: Heinrich Zille
Moemi, de hoofdpersoon van Marion Bloems nieuwe roman Een Meisje van Honderd, begint haar lange leven in 1906, het jaar dat de Nederlanders een massaslachting aanrichtten onder de Balinese adel en Bali onderwierpen. Die slachting maakt van Moemi een wees. Haar eerste levensjaren groeit ze op bij een inheemse vrouw, waarna ze in een Rooms-katholiek weeshuis terechtkomt en tenslotte wordt geadopteerd door een Indo-Europese weduwe die wel handel ziet in Moemi’s paranormale talenten.
Goena goena
Paranormale talenten, inderdaad, want we hebben het wel over een Indische roman. Geen Indische familie waar geen verhalen worden verteld over tovenaars, toekomstvoorspellers en goena goena, geen historisch keerpunt in de geschiedenis van Indonesië waar geen aura van bovennatuurlijkheid omheen hangt. Of het nou de Nederlandse overheersing is, de Japanse bezetting (de voorspelling van Jayabaya), de moord op een groep generaals door Putsch-pleger Suharto of het einde van de heerschappij van diezelfde Suharto (toen hij een keer struikelde, was er geen houden meer aan, het was iedereen duidelijk dat-ie uit de gunst van de goden was geraakt).
Zelf heb ik, toch extreem nuchter van aard, met tranen in mijn ogen wayangpoppen staan verbranden omdat iemand me ervan had overtuigd dat ze bad vibes stonden uit te stralen in mijn huis.
Het is, kortom, onontkoombaar.
Zo ook in Een Meisje van Honderd, dat bij mijn weten de eerste roman in de Nederlandse literatuur is waarin de moderne geschiedenis van Indonesië wordt verteld vanuit Indisch perspectief. Dus hier geen romantisch-nostalgisch gemijmer over het akkoord van Linggadjati van ‘O, was dat akkoord maar uitgevoerd, dan hadden we er iets moois van gemaakt’ en ook geen verontwaardigde zelfkastijding: ‘We hebben ons daar als beesten gedragen’, maar een verhaal over mensen die zich staande proberen te houden in de storm van de Indonesische geschiedenis, alsof die een onvermijdelijk natuurverschijnsel is.
Soap-achtige ingrediënten
Moemi, zo werd me tijdens het lezen duidelijk, is de verpersoonlijking van Indonesië. Verkracht door Nederland, verweesd, heen en weer geslingerd tussen de inheemse bevolking, de Indo’s en de Nederlanders, wier culturele indoctrinatie geen grip op haar krijgt.
Samen met Moemi maakt de lezer een reis door afgelopen honderd jaar van Indonesië, van de koloniale tijd door de Japanse bezetting naar de wording van een moderne staat. De repatriëring en de diaspora van de Indo’s volgen we aan de hand van de lotgevallen van Moemi’s Indo-Europese stiefzussen en hun kinderen en kleinkinderen.
Een Meisje van Honderd is dus – in een notendop – een complete geschiedenis van de Indo’s. Ik geloof niet dat Bloem iets is vergeten. Het bedrieglijke aan dit boek is dat het zo toegankelijk is geschreven. Bloem schuwt zelfs de soap-achtige ingrediënten niet en scheert soms gevaarlijk dicht langs de kitsch heen (en then again, wat is er mis met een goed, solide stuk kitsch?), maar dat betekent niet dat het boek niet vele diepere lagen heeft (laten we hier alsjeblieft de spekkoek-metafoor maar niet gebruiken) en dat haar personages niet rond en levensecht zijn.
Indisch gevoel
Zo zou je een Meisje van Honderd een mix kunnen noemen van Het Land van Herkomst, De Stille Kracht, Bumi manusia en Dynasty en eigenlijk ook weer niet want een Meisje van Honderd is vooral een erg uniek boek.
Eén van de dingen die het boek voor mij zo plezierig maken, zijn de beschrijvingen van de Indische familie. De tantes en de dochters en de aangetrouwde neven en de mensen die je altijd op Indische familiefeesten ziet en waarvan je maar niet begrijpt in welke zin ze nou precies familie zijn, al wordt het je drie keer uitgelegd. Bloem is goed in dialogen, zodat je de tantes hóórt ngobrollen en je je deel van de stieffamilie van Moemi waant.
Her en der las ik op Internet besprekingen van lezers die zeiden dat ze de personages gingen missen toen ze het boek uit hadden, en dat ze het daarom nóg een keer gingen lezen. Dus ik weet dat ik niet de enige ben die zich laafde aan dat Indische gevoel.
En iedereen die het geluk heeft in een Indische familie te zijn opgegroeid, begrijpt nu wat een warm bad Bloems boek is.
Steun Frontaal Naakt, het enige echte dissidente geluid in Nederland! Doneer via Paypal of met een storting op rekeningnummer 39 34 44 961 (Rabobank Rijswijk) o.v.v. ‘Frontaal Naakt’.
boeken, Peter Breedveld, 07.10.2012 @ 11:48
10 Reacties
op 07 10 2012 at 14:08 schreef MNb:
Guna guna.
Heb ik in Suriname ook mee te maken gehad.
Creepy. En dan doel ik niet op trivialiteiten als spoken op het kerkhof of bakroes en yorka’s.
Er zijn mensen bij betrokken die nog in de bloei van hun leven zijn, dus dat is een verhaal dat ik niet kan vertellen.
Maar inderdaad, mijn Westerse rationele atheïstische nuchterheid heeft gewankeld. Ik denk er niet graag aan terug.
Ik wil maar zeggen, enige gezonde huiver is niet verkeerd.
op 07 10 2012 at 14:49 schreef Yvonne:
@MNb
Kan je er niet iets over vertellen, MNb? Waar doel je dan op?
op 07 10 2012 at 14:55 schreef Yvonne:
@Peter
Mooie recensie, mooi geschreven.
op 07 10 2012 at 14:55 schreef vander F:
Ik ben nuchter genoeg om te weten dat we niet alles weten,
na wat volstrekt irrationele ervaringen maar geaccepteerd dat mijn atheistische opvatting ook zo z’n beperkingen heeft,
rationaliteit is een overschat gegeven.
En daarbij, wat heeft het leven voor zin zonder het vermogen te hopen, geloven, fantaseren, zonder dat zou er geen toekomst zijn.
(vrij naar Augustinus)
op 07 10 2012 at 16:50 schreef stroepmoes:
beschouw mijzelf als een nuchter mens wars van al wat met spirualiteit danwel occultisme te maken heeft.
Besef terdege dat dit een hele mond vol is doch mijn stelling is er zijn veel die zeggen te geloven doch dat er zijn maar weinig zijn die er naar leven.
Men komt gaarne bij elkaar in moskee of kerk om te getuigen van hun geloof.
Men straalt dan iets uit wat veelal gelijkt als massahysterie doch dit is blijkbaar devotie.
Van jongs af aan gehersenspoeld gaat men mee aan de leiband van hun herder.
Zelfs als die herder zich vergrepen heeft aan jonge kinderen.
Te zeggen dat het leven enkel zin heeft indien men gelooft is een boute stelling.
Wat door geen enkel wetenschappelijk feit onderbouwd kan worden.
Maakt u maar eens een these die dit alles wetenschappelijk kan onderbouwen.
Dat is pas een uitdaging.
Velies u zelf dus niet in iets wat niet aanwezig kan zijn of is.
op 07 10 2012 at 21:34 schreef MarcodB:
Dat klinkt als een ‘must-read.’ Dank Peter, ik ga het boek halen.
op 08 10 2012 at 01:27 schreef MNb:
Sorry, Yvonne. Ik moet rekening houden met de dorpsroddel. Andere mensen dan ik zouden er last mee kunnen krijgen.
Mijn houding is dezelfde als die van Stroepmoes. Ik geloof niet in guna guna. Maar ik vermoed dat ik ermee geconfronteerd ben geweest en weet dat ik me in die periode niet bepaald rationeel heb gedragen. Dat is achteraf ook wel weer uit te leggen, maar dat laat mijn conclusie onverlet dat enige gezonde huiver niet verkeerd is.
Sindsdien ben ik de roman Goena-goena van Daum meer gaan waarderen. Zoals met Den Ekster of Bronkhorst was het met mij gelukkig nooit gesteld, bij lange na niet.
http://www.scholieren.com/boekverslag/45754
op 08 10 2012 at 16:40 schreef Sam Pieter:
ebook is duurder dan paperback ..?
op 12 10 2012 at 22:43 schreef Boekrecensie: Een Meisje van Honderd «:
[…] in de storm van de Indonesische geschiedenis, alsof die een onvermijdelijk natuurverschijnsel is. Lees meer. Archieftopic1, archieftopic2 […]
op 04 02 2013 at 15:04 schreef Hendrik:
Van die enorme berg die ik vorig jaar gelezen heb is voor mij Een meisje van 100 het beste boek van 2012!