De misplaatste morele verontwaardiging van de Israël-lobby
Jan Tervoort
Illustratie: Gerda Wegener.
In 2008 bezocht ik voor het eerst het Israëlische Holocaustinstituut in Jerusalem Yad Vashem. Naast de vele indrukwekkende herinneringsmonumenten van de Nazi-genocide op de Europese Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog, vertelt het museum chronologisch het verhaal hoe deze genocide tot stand kwam. De uitsluiting van Joden uit het maatschappelijke leven in Nazi-Duitsland, de racistische Neurenbergerwetten, de Kristallnacht, de invoering van de Jodenster in bezet Europa, in aanloop naar het gruwelijke einde van vernietiging. Beduusd loop je daarna door het park met monumenten in de Westelijke heuvels van Jerusalem.
Diezelfde namiddag in 2008 besloten de Israëlische vriend, bij wie ik op bezoek was, en ik naar Bethlehem te gaan. Bethlehem is een van de Palestijnse gebieden op de door Israël al 55 jaar militair bezette en illegaal gekoloniseerde Westoever. Om er te komen, moeten we door een checkpoint van de zogenaamde ‘beveiligingsmuur’ die Israël heeft gebouwd om Palestijnen van de Westoever buiten Israël te houden. Het checkpoint dat we nemen, is alleen voor voetgangers en wordt dagelijks gebruikt door duizenden Palestijnen die het geluk hebben om in Israël te mogen werken. We lopen met een stroom Palestijnse bouwvakkers mee die terugkomen van hun werk.
Israëlische soldaten
Achter de ingang door de muur ligt een gigantische hal met een door steen en staal afgerasterd parcours waar de Palestijnen als vee doorgeleid worden onder het toeziend oog van zwaarbewapende grenspolitie en soldaten. Het bedrukte geroezemoes in de hal wordt af en toe doorbroken door een schelle luidspreker met Hebreeuws gesnauw van jonge, zichtbaar verveelde Israëlische soldaten die in bomvrije cabines de elektronische identificatie van de Palestijnen controleren. De vernedering is voelbaar.
We worden na een tijdje opgemerkt door een soldaat die ons uit de stroom Palestijnen haalt. Via een aparte sluis met stalen draaideuren worden we in een aparte ruimte naast de cabines ondervraagd en onze paspoorten worden gecontroleerd. Mijn vriend heeft zijn Franse paspoort mee omdat Israël het Israëliërs verbiedt de Palestijnse gebieden te bezoeken. Wij mogen door, de stroom Palestijnen achter ons latend, richting het licht in een verre uithoek van de hal. Ongemak.
Ontmenselijking van Palestijnen
Het is onmogelijk om geen associaties te krijgen tussen wat je ziet in Yad Vashem en wat je ziet op de door Israël militair bezette en gekoloniseerde Westoever. Nee, in de Palestijnse gebieden op de Westoever zijn geen concentratiekampen met gaskamers, of massa-executieplaatsen met massagraven. Maar geconfronteerd met de door Israël opgelegde racistische apartheid, de dagelijkse militaire onderdrukking en vernedering van miljoenen Palestijnen om de illegale Joodse kolonisatie van hun gebied mogelijk te maken, is het onmogelijk om geen associaties te krijgen met de aanloop naar de uiteindelijke genocide van de Holocaust. De door Israël georganiseerde ontmenselijking van Palestijnen om de militaire bezetting van miljoenen voort te kunnen zetten, is dagelijks waar te nemen op de Westoever. Of te lezen in de Israëlische media.
Ook een delegatie van de Nederlandse Raad van Kerken die in november 2022 christelijke Palestijnen op de Westoever en afsluitend Yad Vashem bezocht, werd geconfronteerd met deze menselijke manier van associëren. Dominee De Reuver, scriba van PKN, pende de worsteling met deze associatie neer in een persoonlijk reisverslag voor de Raad van kerken:
‘Het bezoek aan Yad Vashem raakt ons ook nog op een andere manier. Wat wij de afgelopen weken van Palestijnse christenen gehoord hebben evenals de muren, hekken en checkpoints die we gezien hebben, dragen we met ons mee. Yad Vashem toont het onvergelijkbare kwaad en leed van de Holocaust. Wij zijn ons dit heel goed bewust. En toch – tegen wil en dank – roepen de beelden van scheiding en ‘Verboden voor Joden’ associaties op met wat we de afgelopen dagen hebben gezien. De oproep van Palestijnse christenen echoot na in onze oren: vertel wat je hebt gezien!’
Gewelddadige terreur
Drie maanden later, op 26 februari 2023, trokken honderden illegale Joodse kolonisten, als wraak op een Palestijnse moordaanslag op twee mede-kolonisten, brandstichtend en vernielend door het Palestijnse stadje Huwara. Tijdens deze pogrom gingen tientallen huizen en auto’s in vlammen op met tientallen gewonden tot gevolg. Een Palestijnse ambulance medewerker werd in koelen bloede vermoord. Het Israëlische leger dat verantwoordelijk is voor de veiligheid in Huwara liet dit gebeuren. Zelfs de Israëlische media die regelmatig berichten over de structurele gewelddadige terreur van illegale Joodse kolonisten tegen Palestijnen op de Westoever zijn geschokt.
Vijf dagen later, op 1 maart, roept de Israëlische Minister van Financiën Bezalel Smotrich – een kolonist die zichzelf openlijk en trots als een fascistische homofoob afficheert – op om Huwara totaal te vernietigen. Niet door kolonisten die het recht in eigen hand nemen, maar de regering van Israël zou volgens Smotrich zelf het stadje met de grond gelijk moeten maken.
Misplaatste vergelijking
Op dezelfde dag is er verontwaardiging bij de Israël-lobby in Nederland. Niet vanwege de oproep tot vernietiging van Huwara door de Israëlische Minister van Financiën. Nee, de Israëlische ambassade bericht dat zij – drie maanden later – geschokt en teleurgesteld is door ‘de bagatellisering van de verschrikkingen van de Holocaust door een afvaardiging van de Raad van Kerken’.
Zonder dat de onschuldige en menselijke passage van dominee De Reuver uit zijn persoonlijke reisverslag wordt weergegeven, ontvouwt zich vervolgens in de (sociale) media de gebruikelijk hetze van de Israël-lobby tegen de Raad van Kerken. Nederlands officiële Israël-lobbyclub CIDI reageert, gecoördineerd vlak na het uitkomen van het persbericht van de ambassade, verontwaardigd over de ‘totaal misplaatste vergelijking‘. Ook de zelfbenoemde woordvoerder van ‘Joods Nederland’, het Centraal Joods Overleg, is ‘meer dan ontsteld’.
Treife voetstappen
De echte kwaadaardigheid moet dan nog komen. Want twee dagen later verschijnt het Nieuw Israëlitisch Weekblad onder hoofdredactie van de rancuneuze Israël-lobbyist Esther Voet en haar lasterlijke adjunct Bart Schut. In haar wekelijkse hoofdredactionele commentaar kapittelt Voet de Raad van Kerken met haar gebruikelijke lasterlijke verdachtmakingen en whataboutisms om uiteindelijk de Christenunie onder druk te zetten. Ze eindigt met de oproep aan de Raad om ‘niet meer met hun treife (onreine) voetstappen de heilige grond van Yad Vashem te bedoezelen!’
De Nederlandse opperrabbijn Binyomin Jacobs laat in zijn column voor dezelfde editie van het NIW weten diep geschokt te zijn. Om zijn ‘intense verdriet’ over die ene passage in het reisverslag van de Raad van Kerken in te leiden, haalt hij de dubbele pijn van slachtoffers van seksueel misbruik aan. Niet alleen het misbruik zelf doet pijn maar ook de vaak langzame afwikkeling door politie en justitie na aangifte doet pijn omdat het slachtoffer daardoor een gebrek aan erkenning voelt. Jacobs vergelijkt dit gebrek aan erkenning blijkbaar met het gebrek aan erkenning van de Raad van Kerken voor de pijn van zijn ‘Holocaustwond’.
Kindermisbruik
Nu moet u weten dat Opperrabbijn Jacobs als vicevoorzitter van de orthodox Joodse school Cheider in Amsterdam een zeer kwalijke rol speelde in de kindermisbruikzaak daar die in 2012 aan het licht kwam. Jacobs wilde in 2012 de vuile was niet buiten hangen en hoopte via bemiddeling tussen ouders en school en ‘de Joodse wet’ de zaak intern op te lossen. Pas na druk van de Minister van Onderwijs deed het Cheider pas aangifte.
Ondertussen zette Opperrabbijn Jacobs de ouders van verschillende slachtoffers (tussen de 6 en 13 jaar) onder druk om geen aangifte te doen, omdat zij anders uit de orthodoxe gemeenschap verstoten zouden worden. De van misbruik verdachte leraar kon ondertussen naar Israël vluchten, waardoor de rechtszaak tegen hem pas in 2016 van start kon gaan. Hoe durft deze Opperrabbijn een column over zijn geveinsde slachtofferschap zo te beginnen? Heeft deze man een geweten?
Holocaustvergelijking
Geweten of niet, Jacobs houdt zich bewust van de domme om in de onschuldige passage van De Reuver een Holocaustvergelijking te zien. Natuurlijk weet Jacobs het verschil tussen een associatie en een vergelijking. Een associatie krijg je. Een beeld dringt zich op bij het zien van een ander beeld. Een vergelijking maak je. Bewust, om verschillen en overeenkomsten duidelijk te krijgen. En dan nog. Hoewel De Reuver duidelijk aangeeft geen vergelijking te willen maken, betreffen de associaties tegen wil en dank niet de massamoord op de Europese Joden maar de beelden van uitsluiting en discriminatie. En ja, die zijn volop te zien op de Palestijnse Westoever.
Waar Opperrabbijn Jacobs bewust wel weinig van weet, is het christendom en de geschiedenis van christelijk anti-judaïsme. Christenen zijn voor hem slechts een instrument in de onvoorwaardelijke strijd voor Israël en tegen antisemitisme voor wie hij niet de minste inhoudelijke interesse heeft. Vandaar dat hij in zijn misplaatste morele chantage de Raad van Kerken zelfs de kruistochten en de inquisitie nog voor de voeten werpt.
Jacobs zou toch wel weten dat de verschillende Calvinistisch Protestantse denominaties die in de 17e eeuw vorm kregen, waar de Raad van Kerken uit voort komt, wat anders zijn dan de Katholieke kerk? Het is ontegenzeggelijk zo dat de leer van het christendom in zijn algemeenheid grote invloed heeft gehad op premoderne Europese Jodenhaat en in mindere mate op modern antisemitisme, maar de calvinistische Raad van Kerken in verband brengen met ‘honderden pogroms’ om op het schuldgevoel in te werken? Om de officieel gemaakte excuses van de protestantse kerken aan de Nederlandse Joodse gemeenschap in 2020 in twijfel te trekken vanwege de hierboven aangehaalde passage uit De Reuvers reisverslag?
Grootste slachtoffer
Om wat De Reuver zorgvuldig omschreef op te blazen tot een associatie van Israël ‘met de gaskamers van Sobibor, waar mijn familie vermoord is’ zoals Jacobs doet, is bewust kwaadaardig, met een zuiver politiek doel. Jacobs eigen vergelijking met de slachtoffers van seksueel misbruik is, gezien Jacobs verleden op dit vlak, gewoonweg ziek. Hij zou zich moeten schamen en op moeten stappen, maar net als bij de misbruikzaak in 2012 zal hij zich van geen kwaad bewust zijn.
Jacobs ziet zichzelf a priori als het grootste slachtoffer. Zijn pijn is erger dan de pijn van de familie van de door illegale kolonisten vermoorde Palestijnse ambulancemedewerker. Zijn pijn is erger dan die van alle – ook christelijke – Palestijnen die al 55 jaar onder Israëlische bezetting en apartheid leven op de Westoever.
Jan Tervoort is een tamelijk bekende stadsgids voor toeristen in Amsterdam, gelauwerd vanwege zijn historische kennis. Hij is ook een zeer actief criticus van het Israëlische Palestijnenbeleid. Eerder dit jaar was hij zelf mikpunt van een mediahetze door de Israëllobby, waarna hij zijn vaste column op de site The Rights Forum kwijtraakte.
Jan Tervoort, 17.03.2023 @ 12:14