De man die de Verlichting inluidde
Jasper Mekkes
Bron: CONTAC
Blaise Pascal zei over Michel de Montaignes De Essays: ‘Wat een dwaas project om jezelf zo te schilderen!’ – waarop Voltaire reageerde met een liefdesverklaring aan dit werk: ‘Wat een leuk project, om op zo’n onbevangen manier jezelf te schilderen, want hij heeft de menselijke natuur geschilderd […] Een landedelman die in een tijd van verdwazing redelijk blijft denken te midden van de fanaten, en die onder zijn naam mijn dwaasheden en tekortkomingen optekent, van zo iemand blijf je toch altijd houden!’
Ook de vertaler Hans van Pinxteren recenseert De Essays, in zijn nawoord. Zo zegt hij bijvoorbeeld dat volgens Montaigne ‘De menselijke rede een ondeugdelijk instrument is om de betrouwbaarheid van de door ons gehanteerde normen en waarden te bepalen’. Wat natuurlijk een beetje vreemd zou zijn, want normen en waarden zijn altijd subjectief. Kennis van normen en waarden is iets anders dan wijsheid; die staat daar altijd boven.
Kennis beschrijft Montaigne in zijn boek dan ook als ondergeschikt aan de filosofie. Zo noemt hij op bladzijde 1148, naast afkomst, rijkdom en reputatie, ook kennis een ‘hoogst dubieuze factor’. En Montaigne heeft natuurlijk gelijk, want wat voor nut kan de kennis hebben van dingen waar we niets aan kunnen veranderen?1
Penis
Pikant wordt het als van Pinxteren, om antwoord te geven op de vraag of Montaigne al dan niet ‘deels’ een wijs man is, op basis van een tekst in ‘Over enige verzen van Vergilius’ (hoofdstuk III.5) concludeert dat Montaigne ‘de geringe afmeting van zijn penis’ ter sprake zou hebben gebracht. Waarmee Montaigne volgens van Pinxteren antwoord zou hebben gegeven op de vraag wat wijsheid is. Van Pinxteren vervolgt zijn onbezorgde escapade over de wijsheid en Montaigne als volgt: ‘Wie in zo’n periode van moreel verval zijn integriteit niet verliest, staat mijns inziens niet ver van de wijsheid af, althans van de menselijke, relatieve wijsheid.’
Je zou bijna benieuwd worden welke wijsheid er volgens van Pinxteren dan nog meer is – en of hij wellicht ook van plan is te gaan onderbouwen dat dìe niet relatief is.
Maakbaarheid
Het tweede nawoord bij De Essays, door ene Afshin Ellian, is verrassend goed geschreven, hoewel ook Ellian zonder enige onderbouwing conclusies trekt over Montaigne. Bijvoorbeeld als hij zegt dat we bij Montaigne geen spoor van maakbaarheid zouden kunnen aantreffen – wat mij meer een persoonlijke voorkeur van Ellian lijkt.
Het feit alleen al dat Montaigne zo’n openhartig zelfportret schreef in een tijd waarin dat zeer ongebruikelijk was, daarmee niet alleen zijn eigen tekortkomingen analyseerde, maar ook die van de samenleving – inclusief de heersende religie – om zowel zichzelf als die samenleving al schrijvende te kunnen verbeteren, lijkt me een mooi wapenfeit van die maakbaarheid van de samenleving.
Montaignes boek maakte zo namelijk niets minder dan de Verlichting mogelijk. De Verlichting, waardoor we nu mogen zeggen dat door de menselijke natuur, de rede, te koesteren, we de wijsheid en de vooruitgang kunnen bevorderen – en daarmee de mens en dus de wereld een beetje mooier kunnen maken.
Fanatiek geloof
Als Ellian in zijn nawoord vervolgens aan een zelfde soort hinein-interpretatie doet ten koste van Nietzsche (‘vrienden en vijanden bestaan niet’) dan zijn we weer bij de Ellian zoals we die kennen, een man die zijn eeuwige en enige open deur; dat we ‘verdraagzaamheid niet mogen verwarren met capitulatie’ en dat de islam gevaarlijk kan zijn in handen van fanatici, een beetje laat ondersneeuwen door het eigen fanatieke geloof in de noodzaak het slechte in de mens te conserveren.
Ondertussen beschrijft Montaigne in zijn boek vooral Montaigne – en hij analyseert zichzelf daarbij openhartig. De door Montaigne in De Essays gekozen opzet, het analyseren van zichzelf, doet een beetje denken aan Gedachten voor Mezelf van Marcus Aurelius, een andere klassieker van de filosofie.
En Montaignes boek is ook nu nog relevant; hèt kenmerk van iedere klassieker. Zo beschrijft hij bijvoorbeeld zijn gezonde afkeer van (bepaalde) dokters. Nu was de medische wetenschap in zijn tijd natuurlijk wat minder ver ontwikkeld dan nu, maar ook nu nog is het van belang goed voor ogen te houden wie je vrienden en wie je vijanden zijn – en op basis van een grondige analyse te kiezen voor een arts die de kunst van zijn vak verstaat.
Recensies van anderen
Al met al is de Essays een klassieker voor iedereen die net als Montaigne zichzelf wil leren kennen. En om Montaigne te leren kennen, volstaat het niet om recensies van anderen te lezen. Je zult toch even zelf de ruim 1400 pagina’s door moeten. Gelukkig niet meer in het oud-Frans, maar dankzij Polak & van Gennep gewoon in het Nederlands.
1. [Seneca, Brieven aan Lucilius, 88, 298]↩.
Jasper Mekkes is ingenieur en vooruitgangsfilosoof en heeft net een boek gepubliceerd: Wil tot Waarheid; een materialistische ontologie van de mens en zijn natuur.
boeken, Jasper Mekkes, 02.06.2021 @ 10:29