De lekkende maagd
Peter Breedveld
In de tweede helft van de veertiende eeuw zag een Vlaamse priester in een visioen een vrouw, geflankeerd door twee engelen. Eén van de engelen vertelde hem dat de vrouw een Begijn was, een lid van een min of meer vrije kloosterorde, dat ze Geertruyt heette en in Delft woonde. De priester schrok, dacht dat de vrouw zijn zuster was en dat ze in levensgevaar was. Maar in Delft trof hij haar gezond en wel aan. Verward reisde de priester weer terug naar Vlaanderen.
Vele jaren eerder kreeg een boer, die net buiten Delft woonde, een goddelijke ingeving. Hij voelde de onstuitbare drang om met een stuk brood en wat kaas naar de Begijnhof in Delft te gaan. Hij had geen idee wat hij daar met dat brood en die kaas moest doen, maar hij ging. In het Begijnhof trof hij Geertruyt van Oosten, die juist vreselijke trek had in brood en kaas, want ze had net een hele tijd gevast. Ze nam het voedsel van de boer aan en dankte God.
Geertruyt van Oosten, op sommige katholieke heiligenkalenders staat ze nog, op 6 januari, Driekoningen. Op die dag stierf ze, in 1358, rond de 38 jaar oud. In de ‘Generale Legende der Heylighen‘ uit 1619 staat ze vermeld als een ‘heylighe maghet’, maar ze is nooit heilig verklaard. Geertruyt is zelfs relatief onbekend gebleven.
Toch is het levensverhaal van Geertruyt een aaneenschakeling van de meest verbijsterende voorvallen. Toen deze Begijn bijvoorbeeld in de kersttijd eens aan het mediteren was en zich daarbij volkomen concentreerde op de geboorte van Christus, werden ‘haer Maechdelike Borsten swellende’ en begonnen melk te geven. Meer dan een jaar later, rond Pasen, vertoonde ze ‘stigmata’, wonden zoals Christus die aan het kruis had gehad, aan handen, voeten en in haar zij.
Daarnaast had Geertruyt voorspellende gaven en zo voorzag ze de gewelddadige dood van een priester, Dirck van Renen, die korte tijd later inderdaad zodanig werd toegetakeld, dat men de stucken sijns lichaems’ in een mand moest verzamelen om naar zijn huis te kunnen brengen. Een vrouw, Lijsbet, die al te zeer genoot van de wereldlijke genoegens des levens, werd door Geertruyt gewaarschuwd dat de wereld voor haar een ‘kruis’ zou zijn. Die Lijsbet heeft de laatste jaren van haar leven in ondraaglijke pijn doorgebracht. Geplaagd door jicht moest ze zich voortbewegen op krukken.
Geertruyt bezat ook de bijzonder nuttige gave om de schommelingen op de huizenmarkt te voorspellen. Haar biechtvader raadde ze eens aan om nog even te wachten met de aankoop van een huis, want God had haar ingefluisterd dat de huizenprijzen sterk zouden dalen en ziedaar, het ging precies zoals Geertruyt had gezegd.
Geertruyt werd rond 1320 geboren in Voorburg, in het buurtschap Oostbuyrt, op de plek waar nu de St. Martinuskerk aan het Oosteinde staat. Aan de naam ‘Oostbuyrt’ zou ze haar achternaam te danken kunnen hebben, al vermeldt de Catholic Encyclopedia (1908) dat Geertruyt haar naam kreeg omdat ze altijd een populair middeleeuws lied, ‘Het daghet in den Oosten’ placht te zingen. Ze zou zelf de schrijver zijn van het lied.
Geertruyt is relatief onbekend gebleven. Het is niet eens bekend waar ze is begraven. Misschien heeft dat te maken met haar nederige Voorburgse afkomst. Wellicht ook speelt het feit, dat ze bij de orde der Begijnen hoorde, een rol. Dat was geen officiële, door de kerk erkende orde. Integendeel, de persoonlijke geloofsbeleving van de Begijnen was in strijd met de officiële kerkleer en her en der werden de Begijnen als ketters vervolgd. Behalve in Nederland, waar de orde werd gedoogd. Dat ging goed zolang de Begijnen niet al te veel de aandacht trokken. Het zou dus kunnen dat Geertruyts gaven daarom niet aan de grote klok werden gehangen.
Eerder gepubliceerd in De Haagsche Courant. Bronnen: Legende der Heylighen (1619), door Petrus Ribedineira en Heribert Rosweyde; Catholic Encyclopedia; Historisch Voorburg, tijdschrift van de Historische Vereniging Voorburg, jaargang 7 (2001), nummer 1.
Peter Breedveld, 24.12.2009 @ 08:48
10 Reacties
op 24 12 2009 at 14:30 schreef leo schmit:
De Katholieke Encyclopaedia (redactie Titus Brandsma, uitgave Joost van den Vondel, 1935, deel 11/24, p. 678) duidt Gertrudis als ‘eerbiedwaardige’, geboren ca. 1300 te Voorburg, overleden 6 januari 1358: ‘Ontleende haar naam aan het middeleeuwse lied “Het daghet in het oosten”, dat zij bij voorkeur zong. Teleurgesteld in aardsche liefde, gaf zij zich geheel aan Christus ‘referendo carmen ad dilectuum suum Jesum Christus”. Ze werd begijn te Delft, bezat een hoog gebedsleven, afgestemd op de liturgie, en beoefende daarbij op heldhaftige wijze de naastenliefde. Treffend is vooral de bijstand die ze aan haar ontrouwen minnaar en diens vrouw verleende. Ze kreeg de stigmata en de gave der voorzegging. Haar levensbeschrijving is naar den tekst van Rosweyde S.J. opnieuw uitgegeven en daarbij romantisch bewerkt door J.A. Alberdingk Thijm: “Verspreide verhalen in proza” (Amsterdam 1879, blz. 25-60″
op 24 12 2009 at 14:32 schreef leo schmit:
Met dank voor de link naar newadvent.org/cathen van 1906.
op 24 12 2009 at 17:37 schreef vetklep:
Hoewel dit verhaal voor zich spreekt en ieder zelfstandig denkend mens het al wist, voel ik me tot mijn verveling verplicht te roepen dat ook het grrrrristendom enorm debiliseert.
Overigens vind ik de titel wel titeliserend gekozen.
op 25 12 2009 at 01:08 schreef André Richard:
Wacht even, realitcheck vanuit Dublin (in Vigiliam Nativitate Domini, enzo):
– teleurgesteld in de aardsche liefde
– ontrouwe minnaar
– maagd?
Het kan natuurlijk, maar verklaart dat wellicht het feit dat ze nooit gecanoniseerd is? Ze moet tenminste de schijn tegen gehad hebben…
op 25 12 2009 at 01:45 schreef Daan:
Ik vind dat lekkende tieten verhaal strangely arousing :)
op 25 12 2009 at 11:53 schreef Jur:
Has en Peter, fijne feestdagen en een gezond en verrasend 2010 vol inspiratie!
op 25 12 2009 at 13:51 schreef hassnae:
Dank je, Jur! Jij ook hele fijne en warme dagen en de beste wensen krijg je volgende week als het echt zover is!
op 28 12 2009 at 00:59 schreef Mephisto:
Als ge eens wist hoeveel begijnhoven wij nog hebben, hier in België, dan zoudt ge weten dat die Begijnen helemaal niet zo hard zijn nagejaagd…
Mooi wonen trouwens; geen auto’s, stil, ommuurd, natuur, dat soort dingen. En enkel huizen te koop voor pacht van 66 of 99 jaar (volgens mij 66). Daarna vervalt het eigendomsrecht.
op 28 12 2009 at 03:20 schreef MNb:
Niet eens 666 jaar?
op 28 12 2009 at 10:06 schreef babs:
Bij mij worden de heiligen gelukkig nog om de hoek geboren. Van een onlangs heilig-verklaarde is het kruis dat ze altijd droeg in bezit van mijn schoonfamilie (echt waar). Toen een nichtje afgelopen najaar met veel pijn in het ziekenhuis lag heeft ze een nacht geslapen met het kruis van de heilige op haar buik, de volgende dag was alles over en kon ze naar huis.
Niks wonder natuurlijk, maar ik vind het zo mooi dat ze echt met zo’n kruis in bed gaan slapen. Mijn oma beloofde Clara altijd een worst voordat ze een feestje gaf. Altijd mooi weer. De ene keer dat het regende was ze vergeten Clara een worst te beloven. In Spanje geven ze Clara eieren overigens en jawel hoor: altijd mooi weer. Hoe in de gebruiken de eieren in worst vertaald zijn (of vv) laat zich raden.