De cultus van de zielige witte man
Peter Breedveld
Bijna meteen na de opkomst van de woke-beweging, die aandacht vraagt voor de onderdrukking van minderheden, de doorwerking van het kolonialisme en de slavernij enzovoort, kwam ook de cultus rond de zielige witte man op. Veelal hoogopgeleide witte mannen als Wierd Duk, Ewald van Engelen en Josse de Voogd ageren tegen de “modieuze onzin” van diversiteitsbeleid en vragen aandacht voor het erbarmelijke lot van de laagopgeleide witte man die Trump bewondert en Wilders stemt.
Eind mei interviewde de Volkskrant socioloog Jeroen de Waal, hoogleraar aan de Erasmus-universiteit, die onderzoekt hoe het is te leven met een “lage status”. De Waal is geen Wierd Duk of Josse de Voogd, hij heeft het niet specifiek over witte mannen of Wilders-stemmers, maar hij houdt wel de populaire mythe overeind dat het de hoogopgeleide elite is die neerkijkt op laagopgeleiden, en die ontkracht hij onbedoeld zelf.
Laagopgeleiden “voelen” zich weggezet en “ervaren” dat politici op hen neerkijken, zegt De Waal. Meteen daarna vertelt hij dat die laagopgeleiden, of “mensen met een lage status”, allergisch reageren op elitaire politici, al is hun boodschap dezelfde als die van een volkse, populistische politicus. Hij staat aan het hoofd van een groep onderzoekers die met vragenlijsten mensen met lage status opzoeken en het café uitgejaagd worden omdat ze bijvoorbeeld een chino-broek dragen. “Een chino-broek is in veel lageropgeleide milieus volslagen ondenkbaar”, aldus De Waal (ik moet nog googelen wat een chino-broek is). Een andere veldonderzoeker werd ook met de nek aangekeken, totdat ze haar haar strak achterover in een staart kamde en een ander soort oorbellen indeed. Bepaalde boodschappen worden door laagopgeleiden niet geaccepteerd omdat ze “van een GroenLinkser zijn die me wil vertellen hoe ik moet leven” dus nu vraag ik u: wie wijzen nou precies wie af?
Neerbuigend klassisme
Over het neerkijken op mensen uit een laag sociaal milieu hoeft niemand me iets te vertellen. Ik kom zelf uit een zeer laag milieu, mijn vader was een banketbakker in loondienst, begon een eigen zaak toen ik vijftien was en werd toen welvarender. Veel van mijn vriendinnen kwamen uit een hoogopgeleid milieu en heel wat ouders heb ik naar me zien kijken alsof ik via de wc-pot uit het riool hun huis was binnengedrongen.
Het heeft twee jaar geduurd voordat ik op de universiteit door begon te krijgen wat je moet doen en hoe je je moet uitdrukken om een beetje serieus genomen te worden. Ik ben in de collegezaal vernederd door docenten: puur klassisme. De manier waarop er op Twitter en in de media over me geschreven wordt, over mijn “heftige taal” en “authentieke manier van uitdrukken”, druipt ook van het neerbuigende klassisme, trouwens. Ik schrijf gewoon zoals mensen praten, en dat is niet zoals NRC-redacteuren en hoogleraren schrijven.
Maar de meeste tegenwerking heb ik van het laagopgeleide thuisfront ervaren. Onbegrip bij mijn ouders dat ik me maar opleidingen bleef stapelen, rauwe agressie, als kind al, omdat ik een fanatieke lezer was. “De dominee” werd ik smalend genoemd. Vanwege mijn wat meisjesachtige uiterlijk dacht iedereen dat ik homo was en de homofobie was in elk geval toen niet te harden, zo verbeten. Als student kregen ik en vriendinnen die ook uit een laagopgeleid milieu kwamen constant te horen dat studeren nergens toe leidde en dat we gratis met de trein konden “van mijn belastinggeld”. “Jullie zijn gewoon profiteurs”. Over de trein gesproken, ik werd daar eens bijna in elkaar geslagen door twee troglodieten omdat ik Don Quixote zat te lezen en de trein “geen bibliotheek” was.
Intellectuele nieuwsgierigheid
De wereld van laagopgeleiden is een krabbenmand, het wordt niet getolereerd als je meer wilt dan met je handen voor een baas werken, dan voel je je beter dan de rest, heb je het hoog in de bol en ben je een kwartje dat denkt dat-ie een gulden kan worden. Of nu is dat dan een muntje van 20 cent die denkt dat-ie het tot euromunt kan schoppen.
Kijk, op de universiteit denken docenten ook “wat de fuck heb ik nou in mijn collegezaal zitten?”, maar zodra je laat zien dat je je studie serieus neemt, is er snel waardering, al moet er nog heel wat water door de zee voordat de overwegend witte, mannelijke (maar ook vrouwelijke) docent doorkrijgt dat hij zichzelf moet losweken uit zijn beperkte witte eurocentrische referentiekader, maar daarover een andere keer meer. Onder laagopgeleiden maak je nauwelijks vrienden met je intellectuele nieuwsgierigheid, integendeel.
In zijn oratie haalt De Waal Anil Ramdas aan die schreef: ‘Het zijn tokkies, het zijn families Flodder, met achterlijke ideeën en onbeschofte omgangsvormen. Wat kun je anders zeggen van de meeste Telegraaflezers, SBS-6- en RTL-kijkers en PVV-stemmers, dan dat ze boers, onbehouwen, ruw, plat, vulgair, ordinair en ongemanierd zijn?’ Dergelijke uitspraken worden vaak aangehaald om te bewijzen hoe erg er over laagopgeleiden gesproken wordt, maar het valt me op dat de armewittemannenadvocaten zich nooit afvragen waaróm zulke dingen gezegd worden. Hebben ze weleens iemand aangesproken die zich asociaal gedraagt, bijvoorbeeld door een leeg sigarettenpakje op straat te gooien? Ik wel: “Waar bemoei je je godverdomme mee, vuile kankerhond, tyfuslijer hou je kankermuil!”
Boers en onbehouwen
Ik vind ‘boers, onbehouwen, ruw, plat, vulgair, ordinair en ongemanierd’ best een accurate omschrijving van dergelijk gedrag, maar misschien was het mijn chino-broek. Ik schaam me er in elk geval niet voor dat ik er op neerkijk. Kijk op Twitter eens onder willekeurige nieuwsberichten van NU.nl over verkrachtingen, overvallen of de stijgende huren. Ga eens een dagje naar de Efteling: de laagopgeleide Nederlander in volle glorie. Maak eens een ritje met de trein. “Een cliché van de meute, angstaanjagend, dom en vijandig”, schreef Theo van Gogh eens.
Ja, natuurlijk zijn ze niet allemaal zo. En als ze alleen zijn, kun je ze ook best hebben. Maar zodra ze in groepen de straten en pleinen beginnen af te schuimen, kun je maar beter geen chino-broek aanhebben.
Is het Vrije Woord u écht lief? Help me dan met een financiële bijdrage. Doneer aan de enige dwarsdenkende, onafhankelijke (maar echt) site van Nederland. Rekeningnummer NL59 RABO 0393 4449 61 (N.P. Breedveld, Rabobank Rijswijk), SWIFT BIC RABONL2U. Lees hier waarom dat niet met PayPal kan, maar steunen via Patreon kan weer wel en sinds kort ook met een Tikkie. Wordt dat symbool van de Hollandse krenterigheid tenminste voor iets nuttigs ingezet. Adverteren? Mail mij.
Peter Breedveld, 16.07.2022 @ 12:07