De beste boeken die ik in 2019 las, en die van de jaren tien
Peter Breedveld
Eén boek dat ik het afgelopen decennium las heeft mijn manier van kijken naar steden, mensen en hun geschiedenis radicaal veranderd: ‘London, a biography’ (2000) van Peter Ackroyd. Ackroyd beschrijft de stad als levende entiteit, een organisme. De geschiedenis gaat er nog door en is overal nog zichtbaar en voelbaar. Ackroyd is één van die Britse schrijvers, Iain Sinclair en Alan Moore behoren ook tot die groep, wier werk wordt bepaald door de psychogeografie, het besef dat onze omgeving onze emoties en ons gedrag beïnvloeden en de realisatie dat het leven een onontwarbare kluwen wol is, geen letterdoos met keurige compartimenten.
Twee zeer belangrijke boeken die de afgelopen jaren verschenen zijn Remco Breukers ‘De B.V. Noord-Korea‘ en Hassnae Bouazza’s ‘Arabieren Kijken’. Kun je smalend over doen, want de ene auteur is één van mijn beste vrienden en de andere mijn geliefde, maar dat is gewoon dom. Deze twee mensen staan niet voor niks zo dicht naast me. Ik ben niet alleen met Hassnae omdat ze een lekker wijf is, maar ook omdat ze me intellectueel iets geeft dat me aanspreekt. Zelfde geldt voor Remco (geen lekker wijf, maar u begrijpt wat ik bedoel).
Witte man
Wat zowel Hassnae als Remco doen, is breken met een een bijna onvernietigbare neiging: die van westerse buitenlandcommentators om eerst en vooral zichzelf centraal te stellen in hun berichtgeving, reportages en analyses. De Nederlandse kwaliteitsredacties willen niet weten wat er in Noord-Korea gebeurt, of in het Midden-Oosten; ze willen zichzelf bevestigd zien, keer op keer op keer. Zie bijvoorbeeld die VPRO-serie over China van Ruben Terlou, die iedereen zo geweldig vindt. Het is tenenkrommende televisie waarin een witte man zijn eigen superioriteitscomplex projecteert op de ‘rare’ gewoonten van Chinezen. Exotisme, puur en simpel. In Tokidoki doet een witte vrouw hetzelfde in Japan en er is ook geen reportage over het Midden-Oosten waarin de maker zich niet vooral zorgen maakt over de gevolgen van de ellende, waarin het Westen de bevolkingen daar stort, voor de immigratie naar Nederland, de economie van Nederland, de verhoudingen in Nederland.
Remco en Hassnae pakken dat radicaal anders aan. Ze kijken naar respectievelijk de Noord-Koreaanse en de Arabische bevolking om iets te zeggen over Noord-Korea en de Arabische bevolking. Remco spreekt met mensen uit Noord-Korea, leest Noord-Koreaanse documenten van allerlei aard en Hassnae kijkt naar het leven van gewone Arabieren, zonder zich iets aan te trekken van wat witte mannen hier in Nederland graag zien: schreeuwende vlaggenverbranders, hysterische godsdienstfanaten en rabiate antisemieten. Die laatsten natuurlijk omdat Nederlanders daarmee hun eigen onsmakelijke aandeel in de Holocaust kunnen vergeten. Dat Euro- en Amerika-centrisme is er de oorzaak van dat het altijd overal, waar het Westen “intervenieert” uitloopt op chaos en hel. Niemand verdiept zich in het gevoelsleven, in de hoop en verwachtingen en angsten van gewone Arabieren of Aziaten of Afrikanen. En dat is nou juist zo cruciaal om in te kunnen schatten hoe je met een land moet omgaan, betoogt Remco ook in dit stuk, dat daarmee tevens het grote belang van de geesteswetenschappen aantoont.
Twee zéér belangrijke boeken dus voor een beter begrip van de wereld. Schaf ze vandaag nog aan.
Thomas Cromwell
Hilary Mantel heeft het afgelopen decennium met haar Thomas Cromwell-trilogie (aan het laatste deel werkt ze nog) eindelijk ook de hoofden en harten van Nederlandse lezers bereikt. Ik ben al vijftien jaar fan van haar boeken en heb haar, samen met Hassnae, zelfs een keer bezocht en geïnterviewd voor Vrij Nederland (een meer uitgebreide versie van het interview vindt u hier). Tot mijn eigen verrassing was ik de eerste Nederlander die ooit over haar schreef. Die Cromwell-boeken, Wolf Hall en Bring up the Bodies, zijn adembenemende en grondig gedocumenteerde, zeer meeslepende romans, maar lees vooral ook haar vroegere werk, met name Beyond Black, sardonische romans die sociaal-realisme paren aan psychologische horror.
2019
Ik heb het lang geleden opgegeven de nieuwste sensaties in de wereldliteratuur bij te houden. Ik ben oud genoeg om te weten dat die hysterisch geprezen boeken meestal al na enkele jaren in de vergetelheid zijn geraakt en meer een modegril bleken dan echt goede boeken. De meeste critici zijn sowieso meelopers. Er zijn nog zoveel klassiekers die ik niet gelezen heb (Il Decamerone, bijvoorbeeld, een voornemen voor het nieuwe jaar) en het is mijn ervaring dat als ik zo’n klassieker oppak, dat oneindig veel meer bevrediging geeft dan het zoveelste navelstaarderige ego-document van de zoveelste leeghoofdige hittepetit. Dit jaar heb ik echt doorgepakt, wat mijn literaire bucket-list betreft.
Necronomicon; the best weird tales of H.P. Lovecraft
Veertig jaar lang heb ik fantasy, science fiction en horror gelezen, gezien en gehoord die er niet waren geweest zonder de Amerikaanse antisemiet, racist, misogyn en ichthyofoob H.P. Lovecraft. Talloze keren heb ik zijn naam voorbij zien komen in essays en interviews. Iedereen zegt door hem te zijn beïnvloed, maar ik had nog nooit iets van hem gelezen. Daar heb ik begin dit jaar verandering in gebracht met dit boek, dat ik al jaren eerder van mijn oudste zoon cadeau kreeg, ook een fervent fan van surrealistische thrillers.
Wauw, ik wist niet dat H.P. Lovecrafts invloed zó verpletterend groot was. Het is alsof je voor het eerst de liedjes hoort die je alleen kent van de samples in hiphopmuziek. “Dus dáár komt dit vandaan!”; “Hier heeft hij het van!” “Maar ik heb die film gezien!”, enzovoort. Een feest van herkenning en heerlijke kost voor de koude, grauwe wintermaanden die voor ons liggen. Bizar en delirisch, paranoïde en met grenzeloze verbeelding. Eén van zijn verhalen, Shadow over Innsmouth, gebruikte ik ter inspiratie voor een stukje over Urk.
M.R. James: Collected Ghost Stories
Dit was een herlezing, eigenlijk. Of nee, ik was er in mijn studententijd aan begonnen maar heb het, hoewel ik meteen gegrepen werd door de nachtmerrie-achtige sfeer van James’ verhalen, nooit uitgelezen. Ik heb dat afgelopen jaar dus gedaan en ben opnieuw begonnen. De Britse M.R. James is wel het tegenovergestelde van de Amerikaan Lovecraft. Lovecraft is luid en bombastisch, James is verstild en onderkoeld. Maar juist in die verstildheid schuilt de horror. Het is het gif van de suggestie die hier zijn dodelijke uitwerking heeft. Supereng en prachtig geschreven.
Mark Z. Danielewski: House of Leaves
Door velen geafficheerd als horror, maar de schrijver zelf vindt het een liefdesverhaal en daar ben ik het wel mee eens. House of Leaves is een metafysische liefdesroman, zowel inhoudelijk als qua vorm, want Danielewski maakt er een driedimensionale beleving van met tekst en bladindeling, als een Appolinaire met superkrachten. De tekst buitelt door het boek dat je moet draaien om te blijven volgen, met doorkijkjes door de pagina’s heen, een soort trompe l’oeil maar dan met tekst, pagina’s lange voetnoten die zelf ook weer voetnoten hebben en lange filosofische terzijdes die de gebeurtenissen in het boek in cultuur-historische context plaatsen. Je wordt bijna letterlijk fysiek in het boek getrokken. Waanzinnig en meeslepend. Onweerstaanbaar.
Ronald Frazer: Blood of Spain
Ook een boek dat ik na jaren eindelijk weer heb opgepikt en nu uitgelezen. Geeft op basis van ooggetuigenverslagen van direct betrokkenen uit beide kampen een perspectief op de Spaanse burgeroorlog dat in elk geval voor mij een eye-opener is. Eén belangrijk inzicht dat ik tijdens het lezen heb verworven, is dat Links zijn prioriteiten niet op orde heeft, zelfs niet als het tegenover een enorme, destructieve en nietsontziende overmacht als het fascisme staat. Dan houdt het zich liever bezig met het bestrijden van dissidenten in eigen kring dan met het verslaan van het fascisme. Of met het uitroeien van religie. Verdomd als dat nu, hier in Nederland, niet precies zo gaat.
Jennifer Nansubuga Makumbi: Kintu
Ik dacht dat dit boek recenter was, maar het is alweer van 2014, ontdek ik net. Het is één van de betere ‘nieuwe’ romans die ik afgelopen jaar heb gelezen. Kintu is een magisch-realistische soort van familiekroniek aan de hand waarvan de geschiedenis van Uganda wordt verteld vanaf de achttiende eeuw. Nansubuga Makumbi vertelt haar verhaal aan de hand van tientallen verschillende personages en die soap-achtige structuur bevalt me heel goed. Aan het eind vind ik het wat inzakken, maar tot dat punt vind ik het een echte page-turner. Verfrissend vind ik de manier waarop Nansubuga Makumbi seks vanuit vrouwelijk perspectief beschrijft en waar het westerse feminisme iets van zou kunnen leren. De man is hier gelijkwaardig lustobject in plaats van De Vijand.
James Baldwin: Go Tell it to the Mountain
Mijn eerste Baldwin. Ik kende het belang van zijn werk, maar ik wist niet dat hij zo’n fenomenale schrijver was, dat hij van die pakkende zinnen schrijft, zinderend van betekenis, elk woord een meteorietinslag. In wezen is deze roman een melodrama, maar Baldwin weet universele urgentie te geven aan de persoonlijke ervaring. Wisselt ook makkelijk van stijl: van bare bones tot bijbels-sacraal. Voor dit jaar om is, heb ik de rest van zijn werk gelezen. Of nee, laat ik het uitsmeren over een paar jaar, en het plezier rekken.
Toni Morrison: Beloved
Ook van Toni Morrison had ik nog nooit iets gelezen. Op Twitter sprak iemand me bestraffend toe dat ik Beloved allang gelezen had moeten hebben. Eh, ik geef toe dat ik wat laat begonnen ben aan de grote zwarte schrijvers (heb wel Dumas gelezen maar weet pas sinds een paar jaar dat die zwart was) maar aan de andere kant: heb jij Custer Died for Your Sins gelezen? Of Leslie Marmon Silko? Dacht ik al.
Dit boek kostte me wat moeite. Morrison schrijft erg poetisch en sommige passages moest ik meerdere keren lezen voordat ik begreep wat er precies beschreven werd. Bij sommige passages heb ik het opgegeven, bij andere heb ik geraden. Uiteindelijk is Beloved een zeer bevredigend boek over onuitsprekelijke misdaden en extremistische daden van liefde. Snoeihard maar ook diep-menselijk.
Iain Sinclair: The Last London
Iain Sinclair is één van die Britse schrijvers die zijn omgeving beschrijft volgens de principes van de psychogeografie. The Last London is een soort In Memoriam van zijn stad, die volgens hem verloren is. Het is een wandeling door Londen die Sinclair vooral beschrijft door zich te verplaatsen in de verschoppelingen van de stad: de daklozen, de immigranten, de gewone Londenaars, allen slachtoffer van het fascistoïde corporatisme en bullebakkerige politici als Boris Johnson. Sinclair is dichter, dus ook dit boek kenmerkt zich door een hoge mate van ontoegankelijkheid die, eenmaal beslecht, ultiem bevredigt op emotioneel én intellectueel vlak.
Peter Ackroyd: Hawksmoor
Ackroyd is een maatje van Sinclair en schrijver van de Londen-biografie die ik hier helemaal bovenaan al noemde. In Hawksmoor, een occulte horror-detective, ontvouwt hij een theorie waarmee ik voor het eerst kennismaakte in Alan Moore en Eddie Campbells sublieme From Hell: Nicholas Hawksmoor was een 17e-eeuwse architect die, als rechterhand van Christopher Wren die de opdracht had de kerken in Londen te vervangen die waren verwoest door de grote brand van 1666, een zestal kerken ontwierp aan de hand van het deïstisch satanisme. Christelijke kerken dus, maar gewijd aan de duivel. Lees er hier alles over. Ackroyd plaatst alles in de context van een reeks raadselachtige moorden in het Londen van de jaren tachtig van de vorige eeuw. Het resultaat is een kruising tussen, zeg, Luther en De Slinger van Foucault. Een genot.
Is het Vrije Woord u écht lief? Help me dan met een financiële bijdrage. Deze website wordt elke dag bedreigd door de virtuele knokploegen van Domrechts, malafide Nederlandse journalisten en zelfs door de vicepremier. Eerder dit jaar moest ik voor de rechter verschijnen wegens belediging van een racistische troll! Steun Frontaal Naakt. Doneer aan de enige dwarsdenkende, onafhankelijke site van Nederland. Stort wat u missen kunt op rekeningnummer NL59 RABO 0393 4449 61 (N.P. Breedveld, Rabobank Rijswijk), SWIFT BIC RABONL2U o.v.v. ‘Frontaal Naakt’. Lees hier waarom dat niet met PayPal kan, maar steunen via Patreon kan weer wel. Nog liever heb ik dat u op Frontaal Naakt adverteert of mij inhuurt. Mail mij.
boeken, Lists, Literatuur, Peter Breedveld, 03.01.2020 @ 13:28