Dante, Noa en Peter ontmoeten Hemingway
Peter Breedveld
Vorige week zijn we naar Pamplona geweest. Drieënhalf uur rijden vanaf La Jenny, maar ik dacht als we vroeg vertrekken en om een uur of negen weer teruggaan, kunnen we een hele dag genieten.
Eenmaal over de Frans-Spaanse grens begaven we ons weer in de Pyreneeën, waar de regen van de voorgaande nacht als een dikke mist tussen de bomen uitsteeg, wat een sfeervol maar enigzins sinister schouwspel opleverde. Ik ben niet gestopt om een foto te maken. Daar heb ik nu spijt van.
Pamplona is bekend van die vechtstieren die ze door de smalle straten jagen, waar dan mensen in witte T-shirts en rode halsdoeken voor uit gaan rennen. Vaak raakt daar dan een dronken Amerikaan ernstig bij gewond. Dat feest is jaarlijks van 7 tot en met 14 juli en daarna gaat Pamplona blijkbaar dicht. Mijn favoriete tapasbars waren in elk geval gesloten wegens vakantie en de stad deed nogal doods aan, behalve in het oude centrum, rond de Plaza del Castillo.
Hele knappe man
Daar staat een oud café, waaraan naar verluidt sinds de voorlaatste eeuwwisseling nauwelijks iets is veranderd, Café Iruña. Hemingway schijnt daar veel te hebben gechilld met zijn maten. Je ziet de beeltenis van de schrijver, rode doek om zijn hals, overal in de stad. Mijn dochter zei dat ze zich bij Hemingway een hele knappe man had voorgesteld en was teleurgesteld.
In café Iruña bestelden we horchata’s, een soort amandelmelk die ik de kinderen wilde laten proeven. Ik heb heel lekkere horchata’s gedronken in Valencia, waar de horchata vandaan komt, en in de bijzondere stad Teruel, in lange glazen met schuim en kaneel erop.
Hier kregen we een soort gesteriliseerde melk met een smaakje uit een pak. Uitermate teleurstellend. Als ik de uitbater van dat café Iruña was geweest, had ik drankjes en hapjes op de kaart staan die het stijlvolle interieur en de rijke historie van het café recht deden. Dit is best wel een blamage.
Bij de Pamplonese VVV, vlakbij het prachtige gemeentehuis, hebben we een stadskaart gehaald. Op een straathoek kwamen we dit affiche tegen:
Ah, een socialistische Baskische heilstaat, helemaal zelfvoorzienend, zijn eigen monumenten en infrastructuur onderhoudend, trots op zijn resusnegatieve, Baskische bloed. Ik zag de voormannen- en vrouwen ervan rond de fonteinen zitten, dronken en/of stoned, met hun vieze voeten, hun ongewassen haar en die blijkbaar verplichte eeuwige hond met conformistische halsdoek. Dat gaat helemaal goedkomen.
Spaanse bars
Tapas hebben we gegeten in Bar Gaucho, in een zijstraat van de Calle de la Estafeta. Ze waren lekker, maar niet zo lekker als ik ze eerder in Bar Otano en Bar Museo heb gegeten. Een zakje van bladerdeeg met eend, kabeljauw met tomatensaus, pasteitjes met spinazie en kaas. De wijn die ze in Spaanse bars schenken, is altijd superieur. En het is altijd gezellig. Spanje is op zijn best in de bars en restaurants. Over Frankrijk maken Nederlanders wel eens het grapje dat het zo’n mooi land is, maar dat het jammer is dat er zoveel Fransen wonen. Spanje zou ik een stuk minder leuk vinden zonder de Spanjaarden. Als u begrijpt wat ik bedoel.
De plaatselijke kathedraal heeft een belendend klooster waar een sfeervolle tentoonstelling was te zien. Bij vrij recente opgravingen (begin jaren negentig) op de plek zijn de overblijfselen van ik geloof het oudste Baskische dorp ooit gevonden. We liepen over de fundamenten van de muren van dat dorp heen en bekeken de vondsten: potten, sieraden, het skelet van een peuter in zijn grafje. Ook waren er, naast Romeinse, islamitische munten gevonden.
Van daar ging de tentoonstelling verder over de geschiedenis van het klooster. Ze was erg dramatisch ingericht, met betrekkelijk weinig objecten. Een paar fraaie beelden, een kistje, een filmpje. Er werd veel gedaan met licht, op dezelfde manier waarop het Groninger Museum eens een door Peter Greenaway ingerichte tentoonstelling over de Middeleeuwen had. Veel suggestie, erg mooi, maar uiteindelijk weinig concreet.
Iets met islam!
Op de vloer kwamen we het opschrift: ‘De islam arriveert’ tegen, maar wat volgde was een kakofonie van geluid en beelden van vechtende riddersilhouetten en een multimediale weergave van een Middeleeuws boek waardoor je kon bladeren door het computerscherm aan te raken. De tocht door het klooster (de keuken met vier schoorstenen sprak erg tot de verbeelding) eindigde met een knalroze, levensgroot poppenhuisinterieur met een zwamverhaal over relativisme en hoe de wereld kapotgaat aan het gebrek aan vaste waarden of zoiets.
Buiten zagen we een oude man met een vogeltje in zijn hand. Hij begon tegen ons te mompelen (blijkbaar interesseerde het hem geen fuck of we Spaans verstonden of niet) dat het jonge vogeltje ergens uit zijn nest moest zijn gevallen. Hij vroeg of de kinderen het vogeltje wilden vasthouden, maar nee, dat wilden ze niet. Hij zette het vogeltje in een bloembak en liep verder. Daarna wilde Dante het vogeltje opeens wél vasthouden. Het liet zich zonder protest oppakken. Dante wilde het mee naar huis nemen maar ik zei nee. Vervolgens meende hij het vogeltje overal naar hem te horen roepen maar ik zei dat dat zijn neefjes en nichtjes waren, die zich over de hele stad hadden verspreid.
Vervallen en droefgeestig
Pamplona is een mooie stad, een beetje vervallen en droefgeestig hier en daar. De architectuur is strenger dan in San Sebastian, echt wel de gezelliger stad van de twee. We kwamen langs een chocoladebar waar ze churros con chocolate hadden. Churros zijn van die dikke, zoete, gefrituurde deegslierten met suiker erop. Je krijgt er een kopje dikke, vloeibare chocola bij waarin je de deegslierten doopt. In Sevilla ging ik ze altijd halen op een brug na een avondje drinken. Mijn kinderen hadden ze nog nooit gehad.
De churros waren een groot succes. In de bar was het erg gezellig, met bijna uitsluitend vrouwen en kinderen. Na de churros besloten we huiswaarts te rijden.
Ik besloot een omweg te nemen via het bergdorp Roncesvalles. Daar is een groot klooster waar pelgrims overnachten op hun weg naar Santiago de Compostela. Er is een Romaans kerkje bij. Het bevindt zich in de bergen, waar het hard regende. Het kerkje was dicht. In het klooster was een gang waaruit gezellige eetgeluiden klonken. Er was nog een kerk die open was, en waar in het donker drie pelgrims hardop zaten te bidden. Ik heb even overwogen er te overnachten, maar besloot toch verder te rijden.
Dat was een wat ongelukkige keuze. We moesten een uur over een slingerweg door de bergen, achter een superlangzaam rijdende vrachtwagen. We kwamen wel door allerlei mooie dorpjes.
In Frankrijk werden we bij een tolpoort weer opgewacht door de politiedouane. Nu werd ik gestopt door een vrouw. Ze keek me aan en zei dat ik door mocht rijden. We kwamen heel, heel laat weer bij La Jenny aan.
Is het Vrije Woord u écht lief? Steun dan het jubilerende (tien jaar!) Frontaal Naakt. Doneer aan de enige dwarsdenkende, onafhankelijke site van Nederland. Stort wat u missen kunt op rekeningnummer NL59 RABO 0393 4449 61 (N.P. Breedveld, Rabobank Rijswijk), SWIFT BIC RABONL2U o.v.v. ‘Frontaal Naakt’. Lees hier waarom dat niet met PayPal kan. Nog liever heb ik dat u op Frontaal Naakt adverteert of mij inhuurt. Mail mij.
Peter Breedveld, Reizen, 02.08.2015 @ 11:15
8 Reacties
op 02 08 2015 at 11:38 schreef John de Beer:
Mooi verhaal over een bijzonder en mij onbekend gebied. Topvakantie Peter!
op 02 08 2015 at 12:21 schreef Thomas E:
Lieve kinderen heb jij hoor, dat zij zonder sputteren een aardige portie cultuur ondergaan. Waarschijnlijk heb je ze er van jongs af aan mee opgevoed.
op 02 08 2015 at 12:58 schreef maruja:
Mooi reisverhaal. Je minpuntjes hebben volgens mij voornamelijk met de crisis te maken, die in Spanje extra hard heeft toegeslagen.
Horchata de Chufa is trouwens van origine Arabisch.
Islamisering, wederom!
op 02 08 2015 at 17:44 schreef MNb:
Misschien kan ik je dochter hiermee een plezier doen:
http://www.poetryfoundation.org/uploads/authors/ernest-m-hemingway/448x/ernest-m-hemingway.jpg
Je noemt Roncevalles zonder te vermelden dat Karel de Grote daar in de pan werd gehakt. Toevallig schrijft Jona L erover. Eerste aflevering:
http://mainzerbeobachter.com/2015/07/29/karel-de-grote-in-spanje/
op 02 08 2015 at 20:29 schreef Peter:
Was dat niet Karels zoon Roelant, die in de pan werd gehakt? Door DE MOSLIMS?
op 02 08 2015 at 22:42 schreef MNb:
Nee. Dat is alleen maar wat het Roelantslied beweert. De feiten liggen ietsje anders. Zie de serie van Jona L. Voor het geval je daar geen zin in hebt: de Franken hadden Pamplona geplunderd, de Basken ten noorden daarvan wachtten de Franken op en plunderden Karels leger (terug). En de Basken waren toen al een tijdje christen.
op 03 08 2015 at 13:19 schreef machiel:
Leuk verslag. Kleine kanttekening: de wil tot onafhankelijkheid reikt verder dan alleen de “perroflautas” zoals ze hier genoemd worden (letterlijk “honden-en-blokfluiten), het schommelt in Baskenland ergens boven de 30% geloof ik, en nog veel meer beschouwen zichzelf eerst Bask en pas daarna (misschien) Spaans. Dat aantal is in Catalonia trouwens nog veel hoger. In Girona de mensen aanspreken als spanjaard zou je bepaald niet in dank worden afgenomen. Persoonlijk hoop ik dat dat wel weer overwaait, maar daar zou ik best wel eens heel erg ongelijk in kunnen hebben.
op 03 08 2015 at 13:40 schreef Thomas E:
Die onderste foto zou zo een magisch-realistisch schilderij van Willink kunnen zijn. Oud weerspiegeld in modern. En dan die onwerkelijke leegheid. Bijzonder.