Bali (4)
Peter Breedveld
Bij het vallen van de avond (dat is vroeg op Bali, tussen zes en zeven uur) stonden we op een brug in het centrum van het drukke Ubud, en beneden in de rivier stond een jonge naakte vrouw zich te wassen. Totaal onbekommerd, zonder enige valse schaamte, ondanks het feit dat Ubud, een bijzonder veelzijdige en mooie stad, vergeven is van de toeristische pottenkijkers.
Een paar uur eerder waren we ook al tegen een pubermeisje en een groep kinderen aangelopen die zich in een soort kanaal voor hun huis aan het wassen waren. De kinderen, allemaal meisjes, wilden maar al te graag op de foto. Daarna wilden alle jongetjes van de buurt ook. We hebben snoepjes uitgedeeld die ze elegant aannamen.
Dit was net buiten het centrum van Ubud, op het platteland, waar we uren tussen de rijstvelden hebben gewandeld. Dat was een geweldige wandeltocht. Vanuit het drukke stadscentrum, met het voortrazende verkeer, de opdringerige verkopers en taxichauffeurs en de massa’s, massa’s toeristen loop je via een zijstraatje zo het platteland op, waar vogeltjes fluiten, duizendkleurige vlinders fladderen en de wind door de kokospalmen ruist. Verder is het stil, een totaal surrealistische ervaring.
Het landschap is overweldigend: rijstvelden met palmen op de achtergrond en hier en daar een altaar ter ere van de rijstgodin. Toeristen zie je hier nauwelijks, behalve van die serieuze, zoals wij. Af en toe passeert er een vrouw met een vracht op haar hoofd. Een paar keer passeerden drie vrouwen die het gewicht van een betonnen steunpaal over hun hoofden verdeelden. De vrouwen doen hier het zware werk. De mannen rijden op brommertjes rond, met balen rijst op de bagagedrager. In de verte zie je boerinnen met van die typische punthoeden op. Het was alsof we door het decor van een Amerikaanse Vietnam-film liepen. Ik verwachtte elk moment door de Vietcong onder vuur te worden genomen.
Indonesische vrouwen zijn nogal gek op Hassnae. “You are beautiful!” roepen ze haar toe. Op het vliegveld van Yogyakarta was er ook al een verkoopster, zwaar gehoofddoekt, die getroffen werd door Hassnae’s schoonheid. “I think you is very beautiful”, zei ze zachtjes. Volgens Hassnae zei ze dat alleen maar omdat ze iets wilde verkopen. Niets is minder waar. Regelmatig draaien vrouwen hun nek in het stuurslot, als Has voorbij komt lopen. Eerst kijken ze naar haar gezicht, dan met ontzag naar haar billen.
Omdat deze wandelroute in verschillende reisgidsen staat, staan er her en der winkeltjes waar schilderijen worden verkocht. Bali moet de grootste schilderspopulatie ter wereld hebben. Bijna elke mannelijke Balinees lijkt zich te verbeelden dat-ie schilder is. Maar de meeste schilderijen zijn troep en het is sowieso allemaal massaproductie, maar af en toe zit daar wel wat charmants tussen. Een felgekleurde vis tegen een kobaltblauwe achtergrond, in zwierige lijnen getekende danseressen, topless boerinnen in een rijstveld – tempo doeloe. We hebben drie ingelijste werkjes gekocht van een tekenaar die ook eieren beschilderde met pornografische afbeeldingen uit de Kama Sutra.
Tussen de rijstvelden werden we aangesproken door een vrouw. “Waar gaan jullie heen?” Ik zei Jalan Raya Ubud en ze wees in de enige mogelijke richting. “Wil je een kokosnoot?” Ze pakte een kokosnoot, begon er routineus op in te hakken, maakte een gat, stak er een rietje in en presenteerde de kokosnoot aan ons.
Het ding was nogal zwaar en er leek een oneindige voorraad kokossap in te zitten. Het raakte maar niet op! Op zeker moment heb ik ‘m langs de kant van het pad gelegd.
Denk overigens niet dat deze wandelroute iets is voor stramme vogelaars en bloedarmoedige amateurantropologen. We hebben gebalanceerd op glibberige paadjes langs diepe afgronden, we hebben geklommen, afgezien in de brandende zon.
Terug in het drukke stadscentrum hebben we gelounged in een hippe tent waar ze een lekker frisse Balinese champagnoise hadden en smakelijke Balinese canape’s. De toiletten waren er eilandjes in een goudvissenvijver, heel apart.
Balinezen zijn beslist geen preuts volk, is me inmiddels duidelijk. Ze doen niet moeilijk over naakt en ze maken graag grappen over seks. In een buurtwinkel werden we geholpen door een jongen en een meisje, en toen ik Hassnae wees op display met glijmiddelen naast de kassa, prees de jongen die aan: “Heel goed!” Ik vroeg ‘m of-ie het middel had uitgeprobeerd en hij zei “jahaa”. En hij wees naar het meisje. Die vond dat heel grappig en moest er vreselijk om lachen.
Peter Breedveld, Reizen, 01.08.2010 @ 17:05
9 Reacties
op 01 08 2010 at 18:14 schreef Leo schmit:
Peter, Hassnae,
Geniet er maar van.
Leuke reisverslagen, deze keer foto’s 3 en 5, mooi. vorige series ook hoor, al die beelden.
Hebben jullie nog paddo-omelet geproefd? Of gesurfd op het Jimbaran strand, flinke golven daar.
Terzijde, in reactie op een van je vorige verslagen maakte Mas Rob een opmerking over het onderliggende geweld in Bali (eigenlijk in heel Indonesia), ofwel het trauma van de slachtpartijen van ’65 en ’66. Niks van gemerkt neem ik aan, maar wel onderhuids aanwezig.
Waarmee ik niets aan jullie fijne reisverslag wil afdoen.
op 02 08 2010 at 04:20 schreef Peter:
We zijn op het strand van Jimbaran geweest, maar surfen doe ik niet (vroeger wel – windsurfen) en drugs vind ik niks aan. Hassnae mag trouwens geen paddo’s. Vanwege de islam!
op 02 08 2010 at 04:44 schreef Cees:
Tja, ontwikkelingshulp, vroeger deelden we kralen en spiegeltjes uit.
op 02 08 2010 at 04:46 schreef Peter:
Jij niet; jij hield alle kraaltjes en spiegeltjes voor jezelf.
op 02 08 2010 at 05:19 schreef Cees:
Klopt, hoe weet je dat ? Ik maakte toen al foto’s van naakte meisjes !
op 02 08 2010 at 10:57 schreef hj:
Wat wist Mohammed van paddo’s dan?
op 02 08 2010 at 18:00 schreef Leo schmit:
Ik was ook geen beste surfer en kreeg de plank op mijn hoofd. Maar zijn paddo’s tegenwoordig ook al drugs?
op 02 08 2010 at 18:23 schreef Leo schmit:
Nog even wat betreft de kokosnoot. Terecht dat je hem langs de weg hebt gelegd. Kokosmelk valt te vergelijken met zwaar water. In de tijd van de Politionele Acties (’46-’49) was het gewoonte voor de dorpsvrouwen om onze mannen een kokosnoot aan te bieden. Eenmaal leeg, sloeg de vermoeidheid toe en daarna kwamen de ‘pelopors’.
Wat wel aantrekkelijk is van de kokosnoot is de ‘kelapa muda’, het jonge vruchtvlees dat je uit de wand kunt schrapen. Maar niet alle noten zijn ‘muda’.
op 02 08 2010 at 18:30 schreef Peter:
Hé, dat wist ik niet. Kokosmelk is erg lekker, maar je krijgt er inderdaad een zwaar gevoel van.
Paddo’s zijn in Nederland verboden omdat de Telegraaf een bericht had over een Franse toerist die van een flatgebouw afsprong nadat hij paddo’s gegeten had.