Al twintig jaar dagelijks wakker worden in een onguur, racistisch kutland
Peter Breedveld
Scène uit The Dick Van Dyke Show.
Zij riepen dat ze vluchtelingen in tienen wilden hakken; wij schreven dat ze zich ergerden aan hondenpoep en zwerfvuil. Ze wilden moslims vergassen; wij nodigden ze uit in onze praatprogramma’s.
Ze trokken een nazi-uniform aan en bedreigden kinderen met een kapmes, en werden veroordeeld wegens zware mishandeling; wij schreven een pagina-grote hagiografie in NRC over dat ze zo dol op vogeltjes waren.
Zij richtten een nazipartij op, wij maakten een documentaire over hen, waarin hun warme, menselijke, kwetsbare kant werd uitgelicht.
Hun leider riep op tot geweld tegen Marokkanen en asielzoekerscentra, dat lieten ze zich geen twee keer zeggen, die centra gingen in de hens; wij wezen erop dat hij wél al vijftien jaar lang werd bedreigd.
Zij wilden Sylvana Simons lynchen; wij gaven ze twee pagina’s in NRC.
Zij bedreigden kinderen, politici moesten onderduiken; wij schreven dat Nederland tegen zijn sociale grenzen was aangelopen.
Zij stonden voor een asielzoekerscentrum te schreeuwen dat de zwarten naar Auschwitz moesten; wij zeiden dat ze zorgen hadden over schaalvergroting en de verschraling in de zorg.
Zij riepen “vuile kankerzwarten”; wij schreven dat je alles wel racisme kunt noemen.
Zij riepen “Daar moet een piemel in!”; wij schreven dat ze schreeuwden om warmte en troost.
Zij riepen: “Je moeder is een kankerhoer!”; wij maanden de mensen die daar aanstoot aan namen, dat ze uit hun ivoren toren moesten komen en naar PVV’ers moesten luisteren.
Zij riepen dat de westerse beschaving ten onder ging aan massa-immigratie van niet-westerse volken; wij vroegen of ze al een vriendinnetje hadden.
Zij zaaiden angst tegen immigranten en vluchtelingen; wij stookten dat vuur flink op met verhalen over terroristen en verkrachters, die tegen de achtergrond van een bloedrode lucht aan onze kusten aanmeerden.
Zij zeiden dat moslims hyena’s uit achterlijke zandbaklanden waren; wij wilden alles weten over hun poezen Heinz en Heinrich.
Zij zeiden dat Adolf was vergeten Arnon Grunberg te vergassen; wij deden net alsof we dat niet hadden gehoord.
Zij zeiden dat het jammer was dat de mooie ovens van Adolf niet meer werden gebruikt; wij deden net alsof we dat niet hadden gehoord.
Zij schreven dat de rijke en machtige Joden kilometerslange, gevoelige tenen hadden; wij zeiden dat dat satire was.
Zij fotoshopten Dolf Jansen als Dachau-lijk; wij schreven dat dat een soort van “film noir” was.
Zij gaven iedereen, met wie ze het niet eens waren, een Hitler-snorretje en een nazi-uniform; wij moesten daar om grinniken.
Toen zei een Marokkaan dat hij niet zo dol was op Jodenkoeken; twee weken lang gingen de talkshows nergens anders over en er was een spoeddebat in de Tweede Kamer.
Ze zeken twintig jaar lang over de islam en dat moslims de nieuwe nazi’s waren; wij schreven dat niemand het over de islam durfde te hebben.
Hun leider was de grote inspirator van massamoordenaar Anders Breivik; wij schreven dat daarover gezwegen moest worden, want dat was “vingerwijzen”.
Zij bedreigden en intimideerden antiracisten en bestookten ze met vuurwerk, overgoten hun auto met brandbare vloeistof en dreigden die met fakkels aan te steken; wij zeiden dat beide partijen fout waren.
Zij veegden hun reet af met onze grondrechten; wij schreven dat het de wil van het volk was.
Toen behaalden de fascisten een monsterzege en schreven wij dat het allemaal de schuld van Links was, en van woke, vanwege Gaza.
Is het Vrije Woord u écht lief? Steun me dan met een financiële bijdrage. Doneer aan de enige dwarsdenkende, onafhankelijke (maar echt) site van Nederland. Rekeningnummer NL24 ASNB 8832 6749 39 (N.P. Breedveld, ASBN Rijswijk), BIC ASNB NL21.
Peter Breedveld, 10.12.2023 @ 11:20