Vóór de jacht
Frans Smeets
Nederland zit vol natuurgebieden, fantastische mooie gebieden, die bevolkt worden door een veelvoud aan organismegenoten. Zo woon ik naast het Lauwersmeergebied, waar je heerlijk kunt ronddolen tussen de Schotse hooglanders en waar af en toe eens een stuk hert voorbij jumpt. In Nederland bestaan er, niet schrikken, zeshonderd natuurgebieden!
Maar ook de landbouwgrond is de laatste decennia van een groene fosforgraswoestijn geëvolueerd naar een veel meer divers gebied dat een veelvoud aan wild herbergt. De waar-een-zwaan-schijt-daar-vreet-geen-koe-boer heeft zich geëvolueerd tot een scheikundige ondernemer op HBO-niveau die tot in het kleinste detail berekent hoeveel natrium, fosfor en stikstof zijn land behoeftigt. De oevers worden niet bemest en het water wordt schoon gehouden.
En wat te zeggen van onze tuinen die een heel ecosysteem op zich zijn geworden. Kleine wildparkjes voor de meest diverse soorten planten en dieren. Elke vlinder wordt gekoesterd, de bomen geknuffeld, de molshoop met liefde geëgaliseerd, en de egel als de nieuwe Messias binnengehaald.
Allemaal goed nieuws, want het maakt Nederland mooi!
Het is ook mooi om te zien hoe snel de natuur zich aanpast aan een mens die laat leven. Werd dertig jaar geleden nog elke vogel ter bescherming van de kers uit elke boom geschoten, nu bouwen we huisjes en zorgen we dat onze gevleugelde vrienden heelhuids en zonder te veel vermageringsverschijnselen de winter doorkomen. De kikkers huppelen vrolijk van vijver naar vijver en worden met liefde geholpen bij het oversteken van de wegen. Zwaluwen hebben de auto verdreven uit het nieuwe broedgebied die we car-port noemen en de vleermuis krijgt nestvriendelijke pannen. De tuincentra bieden vlinder en hommelvriendelijke struiken aan. Werd een buizerd nog niet zo lang geleden met uitsterven bedreigd, nu zitten ze stoïcijns te wachten op een paal van de Wegenwacht om hun geplette maaltje muis of rat van de snelweg af te schrapen. In Groningen zitten de reigers gedwee naast de sportvisser te wachten totdat deze beet heeft. Het moet allemaal niet veel gekker worden!
Nederland is een natuurvriendelijk land geworden, maar dat wil niet zeggen diervriendelijk. De diertjes voeden onze idylle als een soort achtergrondmuziek van het natuurleven op de vierkante meter. Dit terwijl we de barbecue vol leggen met een veelvoud aan dood dier. Voor de Tokkies de schnitzel, frikadel en gehaktbal, voor de verantwoorde mens de delicatesse. De restjes voeren we aan de vogels. Het moet natuurlijk wel leuk blijven. De dood omheind met een aangeharkt leven.
Door de veranderde houding van de Nederlander tegenover zijn natuurlijke omgeving stikt het op het moment in Nederland van de paarden, pony’s, hooglanders, half verwilderde runderen, zwanen, reigers, buizerds, wilde zwijnen, vossen, ganzen en andere eetbare organismegenoten.
Wie in Duitsland een natuurgebied ingaat, kan ongegeneerd zijn tanden zetten in de meest diverse wildsoorten met als klassieker natuurlijk de Wildschweinbraten. De praktijk om wilde zwijnen en uitgezette runderen bij te voederen om ze voor de winter af te schieten, is in Duitsland heel normaal. Goed voor de locale economie.
Ga je echter in Nederland na een bezoek aan een natuurgebied op zoek naar een goed stuk Schotse hooglander, dan kun je hoogstens terecht voor wat eten bij een patatwagen, een schnitzelrestaurant of, als je geluk hebt, een geïmporteerd hert tegenkomen. Want wij keurige Nederlanders doden niet. Een oorlog is een vredesmissie of politionele actie, en dieren doden heet: inslapen, ruimen, verwerken. Alleen het woord slacht’ heeft in het grote wegkijken stand weten te houden.
In Nederland leidt het bijvoederen en afknallen van dieren tot een oneindige en hilarische strijd tussen dierenknuffelaars en jagers en alles wat hier tussen in ligt. Zo besloot Staatsbosbeheer in de Oostervaartse Plassen om de vele herten, paarden en runderen niet bij te voeren om de natuur zoveel mogelijk zijn gang te laten gaan. Het gevolg was dat de dieren ieder jaar bij bosjes crepeerden van de honger en uitputting. Een doodstrijd van enkele maanden. De dierenbescherming spande een kort geding aan om te eisen dat de dieren bijgevoederd zouden worden, hetgeen ze verloren. In werkelijkheid schoot staatsbosbeheer de beesten toch maar dood om ze uit hun lijden te verlossen.
Je kunt er inderdaad voor kiezen om de natuur de natuur te laten en de beesten in de winter te laten verhongeren. Daarbij wordt vergeten dat datgene wat wij natuur noemen in feite omheinde parken zijn die gestuurd en gemanipuleerd worden. Alle vogels, zoogdieren en zelfs insecten worden keurig geteld en daar wordt beleid op gemaakt. Beleid over grondwater, kap, soortintroductie van plant en dier, jacht. Wij maken een natuurpark waarvan wij denken dat dit het beste past bij hoe het geweest zou moeten zijn zonder menselijk ingrijpen. Dit doen we dus met menselijk ingrijpen. En dit lukt ons verdomd goed!
Het mooiste park vind ik de Oostervaartse plassen bij Almere, alleen toegankelijk met gids van staatsbosbeheer. Je waant je werkelijk op een Afrikaanse savanne vol wild. Machtig om te zien. De vliegtuigen van Flevo-airport en de tjoekkie-tjoekkie herinneren je eraan dat je midden in een geïndustrialiseerd gebied zit. Het blijven uiteindelijk parken.
En die uitgezette beestjes planten zich voort, vermeerderen zich en kunnen geen kant op. Links Heras-hekwerk, rechts de oprukkende Vinex van Almere. Dus gaan deze dieren een pijnlijke dood tegemoet in de winter, omdat ze te weinig voedsel hebben. Het beeld van de evenwichtige natuur wordt dan verstoord door vermagerde wisents en Schotse hooglanders die in hongerige wanhoop tegen de hekken van het park staan aan te rammen op zoek naar voedsel. De wilde zwijn gaat, wegens het gebrek aan Heras, in zijn doodstrijd op zoek naar locale groentetuintjes, boerenland, vuilnis en zet werkelijk alles op zijn kop en wroet ieder stuk land om. Varkens staan bekend om hun vernielzucht en wie ooit een wilde zwijn in zijn tuin heeft gehad pakt het jachtgeweer.
Waarom doen we toch ontzettend moeilijk hier in Nederland over die jacht en de slacht van wild? De grootproducent en consument van water -en plofvlees die op zijn achterste poten gaat staan als er een haas of zwijn wordt afgeschoten. Gezien het aantal beesten dat wij met industriële precisie de kling over jagen slaat dat werkelijk kant noch wal. Het hele land staat vol met bio-industrie, maar oh wee als een jager een dier dat in vrijheid geleefd heeft de kogel geeft. Dat is ineens wreed en primitief. De vervreemde mens die het niet meer aankan om te zien dat een beest wordt doodgeschoten, dat het bloed uit zijn schedel loopt en nog erger, dat een jachthond zijn tanden erin zet. Dat vinden wij onbeschaafd. Het moet wel netjes blijven!
In werkelijkheid is de jacht (het afschieten in natuurgebieden) en de wilde slacht de meest diervriendelijke en eerlijke vorm van vleesproductie. Diervriendelijk, omdat het beest in vrijheid heeft geleefd en zijn lijdensweg veel korter is dan een tocht naar een industrieterrein. Eerlijk, omdat het de afstand verkort tussen datgene wat wij in onze mond stoppen en hoe het geproduceerd wordt. Geen weggestopte hygiënische gebouwen met machines en keurige mensen in witte pakken, maar schreeuwende malloten, modder en bloed. Je weet wat je eet en dat proef je ook.
Wild heeft altijd een soort bitterheid, een smaak waar je aan moet wennen, maar die eenmaal gewend een prikkeling voor de zintuigen is. De smaak van leven.
Waarom zouden we onze vele natuurgebieden, vrije landbouwgronden en braakliggende terreinen niet gebruiken als productieterrein’ voor dierlijk vlees door de beesten bij te voederen? Het is namelijk het enige vlees dat de integriteit van de soort niet aantast en dat ook nog verdomd lekker is. Het zou ook het einde betekenen van onze omslachtige, maar bovenal, hypocriete houding tegenover dier -en vleesproductie.
En dit kun je heel breed trekken. Naast een Nationale Dierendag ook een Nationale Slachtdag, waarbij de verwende kindertjes, na een jaar de dieren verzorgen op de kinderboerderij, hun geliefde geitjes, ezeltjes, zwijntjes en konijntjes gaan slachten. Pappa en mamma hakken het hoofd eraf of snijden de hals door en de kinderen mogen meehelpen met het plukken of ontvellen. Een gezellig dagje uit en bovenal leerzaam. Mogen ze s avonds de beloofde patatjes met knakworst!
Hoezo kredietcrisis? Koop een echte Smeets!
Algemeen, 05.11.2008 @ 12:38
8 Reacties
op 05 11 2008 at 18:35 schreef Ozymandias:
Mooi stuk, Smeets.
En de menselijke hypocisie kent inderdaad geen grenzen zodra het over dierenleed gaat.
Paardenmeisjes die geen paardenvlees willen eten, maar ander vlees geen probleem vinden. Vleeseters die vrolijk hun tanden in een bio-industrielap zetten, maar niet willen horen waar het vandaan komt. De grote verontwaardiging over halalslachten van diezelfde vleeseters. Vegetariers die de knuffelbare zoogdieren niet willen eten, geen enkele probleem hebben met die lelijke vis op het bord.
op 06 11 2008 at 07:47 schreef Paco:
Ozy, wat zou je vinden van een heerlijk bord erwtensoep met flink wat varkensvlees erin.
op 06 11 2008 at 12:36 schreef Ozymandias:
Erwtensoep vind ik vies en op spekjes ben ik ook niet zo dol.
Ik zou wel graag de stukjes worst eruit vissen, mits ze van een diervriendelijke slager komen.
op 06 11 2008 at 12:58 schreef Laila:
Paco ik vermoed dat achter alle Spaanstalige namen op Frontaal een en dezelfde persoon schuil gaat.
(zoals je ziet heb ik ook al last van het syndroom; achter ieder pseudoniem een ander menen te herkennen) Keesje Maduraatje is namelijk ook al zo geobsedeerd met erwtensoep en dan met name met de varkensvlees die er naar zijn recept in behoort te zitten.
Waarom jij er zo van overtuigd bent dat erwtensoep typisch hollands is mag mij een raadsel heten.
Unoxrookworst heeft naast de varken ook een rundervariant : ) Welliswaar niet hallal maar daarom niet minder lekker.
op 06 11 2008 at 13:20 schreef Peter:
Beetje minder kwistig graag met je ellen, Laila.
Hafid verdenk je ervan Carmo da Rosa te zijn, vertelde hij me.
op 06 11 2008 at 18:47 schreef Paco:
Laila, Paco is Paco en één keer El Pobre, meer niet. Peter kan wel zien wie wie is. Voor zover ik weet is erwtensoep specifiek nederlands hoor en rookworst vind ik niet lekker evenals paardenworst, rooksmaak is vies.
op 06 11 2008 at 20:20 schreef Paco:
Moet je eens een rookmelder opeten, dan piep je wel anders.
op 07 11 2008 at 09:27 schreef Laila:
Hoeveel ellen zijn dat er bijelkaar opgeteld Peter?