Home » Archief » Sint Nikolaas en de vrouwen


[01.12.2006]

Sint Nikolaas en de vrouwen

Jona Lendering

Sint (229k image)

Godfried Bomans wist het al. Sinterklaas is een mysterie des geloofs. Hoe het mogelijk is dat hij met paard en al door de schoorsteen komt, hoe hij én in de hemel kan zijn én uit Spanje kan komen, en hoe er één Sinterklaas kan bestaan doch in meerdere personen – het zijn mysteriën die wij blijmoedig en kinderlijk moeten aanvaarden, tot zij ons in het hiernamaals door de heilige zelf zullen worden uitgelegd. Alleen het mysterie waarom Sinterklaas meer aan rijke dan aan arme kinderen geeft, zal ons, zo meende Bomans, reeds op aarde duidelijk worden.

Toch staan wij gelovigen minder onwetend tegenover het heerlijke mysterie dan Bomans zegt. Zij die door het bereiken van de jaren des onderscheids zijn ontgroeid aan de categorie der beminde gelovigen en toegetreden tot die der volwassen gelovigen, weten dat de kindervriend zijn carrière in de vierde eeuw is begonnen als bisschop van de havenstad Myra in het zuidwesten van het huidige Turkije, dat op een zesde december van een onbekend jaar een einde is gekomen aan zijn aardse bestaan, en dat zijn stoffelijke resten in 1087 zijn overgebracht naar Bari, een stadje in de hak van Italië dat lange tijd door de koning van Spanje werd bestuurd – zodat de goedheiligman, al dan niet per stoomboot, elk jaar uit Spanje weer aankomt.

Veel meer zekerheid lijkt er op het eerste gezicht niet te zijn, en het is niet erg geruststellend dat een van de oudste vermeldingen van de heilige, een lofrede die patriarch Proklos van Constantinopel rond 440 zou hebben uitgesproken, al verwijst naar vooral legendarisch materiaal. Een contemporaine biografie, zoals we hebben van de formidabele Martinus van Tours (“Sint-Maarten”), ontbreekt, en evenmin bezitten we door de heilige geschreven teksten, die we wel bezitten van een hele reeks kerkvaders, met als hoogtepunt de Belijdenissen van Augustinus van Hippo. Het oudste heiligenleven van Nikolaas van Myra, geschreven door een verder onbekende Michaël de Archimandriet, wordt op z’n vroegst rond 700 gedateerd, drie-en-een-halve eeuw nadat Sinterklaas de eeuwigheid had betreden.

Nu hoeft dit ons niet te verontrusten. De meeste bronnen over het leven van, pakweg, Alexander de Grote zijn ook vele eeuwen na zijn overlijden geschreven. Ze gaan terug op contemporaine kronieken en de mémoires van Alexanders kolonels, en daardoor zijn we redelijk op de hoogte van Alexanders oorlog tegen de Perzen. Als we de bronnen van Michaëls heiligenleven zouden kunnen opsporen, zouden we een flinke stap zetten op weg naar de historische bisschop van Myra. Helaas is dat niet mogelijk – al staat vast dát er eerdere bronnen zijn.

Maar eerst: wat houdt de Nikolaaslegende in? Michaëls Leven, werken en wonderdaden van onze heilige vader Nikolaas, aartsbisschop van Myra in Lycië is een korte tekst. De Nederlandse vertaling van Aart Blom, opgenomen in zijn Nikolaas van Myra en zijn tijd (1998), telt slechts tien bladzijden. Nikolaas zou zijn geboren in Patara (§3) en zou een voorbeeldige jeugd hebben gehad (§8); vooral zijn kuisheid sprong in het oog (§4). Zijn heiligheid bleek al vroeg toen de zuigeling elke week op vrijdag, de dag waarop Jezus is gekruisigd, de moederborst weigerde (§5). Nikolaas’ als voorbeeldige christenen levende ouders overleden toen Nikolaas nog jong was, en een onbekrompen schenken kan een aanvang nemen (§9).

Dan volgt in §§10-17 een bekend verhaal. Nikolaas hoort dat ergens een verarmde man leeft die zijn dochters geen bruidsschat kan meegeven. Het is zelfs zo erg met de meisjes gesteld dat “geen enkele jongeman van hun eigen stand hen als vrouw wilde. Zo arm waren ze. Zelfs niemand van een lagere stand, al bezat hij nog minder dan zij, zag er toekomst in. Dus overwoog de man ze aan een bordeel af te staan om zo zichzelf en zijn gezin tenminste enig levensonderhoud te verschaffen.” Gelukkig grijpt Nikolaas in door heimelijk een bundel met geld door een open raam het huis van de arme mensen binnen te gooien, zodat de oudste dochter kan worden uitgehuwelijkt.

Dit herhaalt zich, en dan is het de beurt van de derde dochter. “Daar was Nikolaas weer,” schrijft Michaël, die er, niet werkelijk terzake, aan toevoegt “vereerder van de Drievuldigheid en dienaar van die ene Persoon van de Heilige Drieëenheid, onze ware God Christus.” De gulle gever wordt dit keer door de wakker gebleven vader betrapt, en hoewel Nikolaas zijn protégee laat zweren dat hij het niemand ooit zal vertellen, is het verhaal toch uitgelekt.

Dit werd een van de populairste anekdotes over de man uit Myra, die in de Middeleeuwen werd aangeroepen door vrouwen die een geschikte echtgenoot zochten. Onze uitdrukking “goedheiligman” is een verbastering van “goedhuwelijkman”. Ook ons gebruik elkaar cadeautjes te geven gaat op dit verhaal terug. Maar er is méér aan de hand. In de rooms-katholieke sociale leer geldt het als prijzenswaardig als rijken geven aan de armen, zonder dat dezen daarvoor een tegenprestatie hoeven leveren of de gever zich op zijn weldaad mag laten voorstaan. De aarde is de mensheid als collectief bezit gegeven, en degene die daarvan een groter deel bezit, geeft de arme hooguit terug wat al van hem is. Als contrapunt bij het kapitalisme is de heilige Nikolaas onverminderd actueel.

Terug naar de legende. Korte tijd nadat hij zijn bezittingen heeft weggegeven, wordt Nikolaas bisschop van Myra, waar hij zich onderscheidt door de tempel van de godin Artemis neer te halen (§29). In andere verhalen worden drie ten onrechte gevangen gezette generaals gered doordat de heilige ’s nachts verschijnt aan de verantwoordelijke bewindspersonen, hoewel Nikolaas tegelijkertijd in Myra in zijn studeerkamer zit te lezen. Een variant op dit verhaal betreft de redding van drie ter dood veroordeelden, wier vonnis na een interventie van de bisschop wordt gewijzigd. Bij herhaling danken zeelieden in nood hun redding aan Nikolaas (§§34-36 en §§45-48), wat ervoor heeft gezorgd dat hij de patroon werd van de zeevarenden en hem uiteindelijk een kerk bezorgde in vrijwel elke Europese havenstad. Ook een hongersnood wordt op wonderbaarlijke wijze beëindigd (§§37-39), maar uiteindelijk komt een einde aan het aardse bestaan van de heilige, die vanuit de hemel ook nog enkele wonderen verricht.

Vrijwel niets in deze levensgeschiedenis is origineel, en –erger nog– er zijn vooral niet-christelijke parallellen. In de vroege derde eeuw schreef de Griekse belletrist Filostratos een vie romancée van de Pythagorese wijze Apollonios, afkomstig uit het niet heel ver van Myra gelegen Tyana. Ook deze leeft een kuis leven (uniek in de heidense wereld), schenkt zijn bezittingen weg, zorgt ervoor dat een verarmd heerschap zijn vier dochters een bruidsschat kan meegeven, intervenieert in rechtszaken, redt een ter dood veroordeelde en bezit het vermogen der bilocatie.

Het is niet uniek dat een christelijke heilige zich tooit met de verhalen die eigenlijk horen bij een heidense cultus. De leeuw van Sint-Hiëronymus is eigenlijk van een zekere Androkles; Sint-Joris, de prinses en de draak zijn imitaties van Perseus, Andromeda en het watermonster; en de cultus in Santiago de Compostella voor Sint-Jakobus (de broer van Jezus) is een voortzetting van de verering van de goddelijke Tweelingen.

Het valt te begrijpen dat geleerden nogal kritisch hebben gekeken naar dergelijke verhalen. De Duitser Gustav Anrich publiceerde in 1913 en 1917 zijn Hagios Nikolaos, waarin hij geen spaan heel liet van de historische Nikolaas, en in feite geldt dit nog steeds als het laatste woord. Toch valt er wel wat op af te dingen. Aan het begin van de twintigste eeuw waren veel Altertumswissenschaftler in de ban van wat later “hyperskepsis” werd genoemd: een doorgeschoten vorm van kritiek, ingegeven door het idee dat geschiedenis pas een wetenschap is als ze elk romantisch idee opoffert.

Maar soms is de waarheid romantisch en inspirerend, en men is teruggekomen van de hyperskepsis. In 1987 publiceerde de Italiaan Gerardo Cioffari een nuttige correctie, San Nicola nella Critica Storia. De al genoemde Nederlander Blom benadert de heilige in zijn verrukkelijke Nikolaas van Myra en zijn tijd door te beschrijven wat in de vierde eeuw werd verwacht van een bisschop, en daarna te kijken welke elementen van de Nikolaaslegende daarmee overeenstemmen. Dat levert een beter boek over het vroege christendom dan bijvoorbeeld het bekendere Pagans and Christians van Robin Lane Fox.

Een van de conclusies van Cioffari en Blom is dat de topografische beschrijvingen van Myra in de legenden redelijk accuraat zijn. Er zijn wel wat vergissinkjes –een “Weg van de Dioskouroi” wordt ineens een “heiligdom van Dioskorides”– maar het lijkt er sterk op dat de latere legenden teruggaan op een bron waarvan de auteur wist hoe Myra er in de vierde eeuw heeft uitgezien. Er was inderdaad een tempel voor Artemis in de Lycische stad en archeologen hebben in de haven de door Michaël de Archimandriet genoemde staatsgraanpakhuizen opgegraven.

Het is ook opvallend dat de kerk van Sint-Nikolaas buiten de stadsmuren ligt, waar in de eerste helft van de vierde eeuw de grafvelden waren. Destijds verbood de Romeinse wet namelijk dat mensen binnen de stad ter aarde werden besteld. (In Nederland ligt bijvoorbeeld Sint-Servatius begraven buiten de grenzen van het antieke Maastricht.) Toen de overwinning van het christendom rond 350 eenmaal een feit was, kwam het steeds vaker voor dat de kerken die aan vrome bisschoppen werden gewijd, verrezen binnen de stadsmuren. De plaatsing van de Nikolaaskerk suggereert dus een eerbiedwaardige ouderdom voor de cultus van de heilige, en het is misschien waar dat Nikolaas is overleden in 342 of 343, zoals wel eens wordt vermeld.

Inmiddels hebben Russische archeologen ook de eerste kerk van Myra opgegraven, die niet ver van de haven stond. Niet in het stadscentrum dus, maar in een buitenwijk, en dat is significant. In 337 overleed de christelijke keizer Constantijn de Grote, en hij werd opgevolgd door zijn zoon Constantius. Het behoud van datgene wat de christenen in de voorgaande kwart eeuw hadden bereikt, was gegarandeerd, en na 337 hadden de christenen voldoende zelfvertrouwen om kerken te bouwen in het tot dan toe door tempels van de traditionele goden gedomineerde centrum. De plaatsing van de kerk van Myra suggereert dat het gebouw dateert uit de periode tussen 311, waarin een einde kwam aan de christenvervolgingen, en 337.

De opgravers van de havenkerk nemen aan dat Nikolaas de bouwheer is geweest en hoewel ik het in het Russisch en Turks gepubliceerde opgravingsverslag niet kan lezen, neem ik aan dat ze niet zonder goede redenen tot deze conclusie zijn gekomen. Misschien verklaart de plaats van deze kerk Nikolaas’ populariteit bij de zeevaarders. Het kan geducht spoken voor de rotsige kust van Lycië, en menig zeeman zal hebben gebeden dat hij de beschutting mocht bereiken van de haven van Myra, waar de kerkelijke gemeenschap het als zijn taak kan hebben gezien hem op te vangen.

Moeten we Nikolaas’ optreden en de bouw van zijn havenkerk dateren tijdens de regering van Constantijn de Grote? Het lijkt erop. Misschien is er nog een extra aanwijzing: er is geen legende over het moment waarop hij besloot te kiezen voor het christendom. Omstreeks 375 publiceerde Sulpicius Severus het heiligenleven van Martinus van Tours, waarin het beroemde verhaal is opgenomen dat Sint-Maarten een arme bedelaar te hulp schiet door hem een deel van zijn mantel af te staan; onmiddellijk daarna neemt hij het doopsel aan. In 397 volgen de Belijdenissen van Augustinus, waarin het moment van inkeer ook een opvallende plaats heeft. Sindsdien behoort het bekeringsverhaal tot de biografie van vrijwel elke heilige. Zo niet de legenden van Sint-Nikolaas, waarvan we misschien andermaal mogen concluderen dat ze teruggaan op een vrij vroeg geschreven bron.

Zou Nikolaas hebben geleefd ten tijde van Constantijn de Grote, dan is aannemelijk dat hij aanwezig is geweest op het concilie van Nicea, een belangrijke kerkvergadering in 325. Het belangrijkste discussiepunt was de organisatie van de kerk, maar er werd ook gesproken over het heikele vraagstuk of God de Zoon wezensgelijk was aan of wezensgelijkend met God de Vader. In gewone mensentaal: is Jezus van Nazareth zelf God, of lijkt hij erop? Het laatste standpunt is eenvoudiger te rijmen met het monotheïsme: Jezus is dan het voornaamste schepsel van God, en niet, zoals in het eerste standpunt, zélf God. Niettemin is dat wel wat het Evangelie van Johannes schrijft, en de bisschoppen kozen daarom uiteindelijk voor dit laatste, welbeschouwd niet begrijpelijke standpunt: er is één God, maar in drie personen (God de Vader en schepper, de Zoon Jezus en de Heilige Geest). Hoe dit mogelijk is, is een geloofsmysterie dat gelovigen blijmoedig en kinderlijk moeten aanvaarden, tot het ons in het hiernamaals zal worden uitgelegd.

In het heiligenleven van Michaël de Archimandriet wordt er voortdurend op gehamerd dat Nikolaas een “vereerder van de Drievuldigheid was en een dienaar van die ene Persoon van de Heilige Drieëenheid, onze ware God Christus.” Het is ook geen toeval dat hij drie meisjes van een bruidsschat voorziet, drie generaals redt en erin slaagt drie ter dood veroordeelden te redden. Michaël is duidelijk beïnvloed door latere dogmatische discussies, maar het is niet uitgesloten dat Nikolaas inderdaad aandacht heeft besteed aan dit onderwerp – al moet hij in zijn havenkerk vooral concretere zaken aan zijn hoofd hebben gehad.

We kunnen misschien nog een stap verder gaan. De notulen van het concilie van Nicea zijn verloren gegaan, maar men heeft geprobeerd de lijst van aanwezigen te reconstrueren. Van deze tekst, het Synodikon, zijn elf varianten bekend, geschreven in zes talen. Drie hiervan noemen Nikolaas, en van één daarvan kan worden gezegd dat die behoort tot de betere handschriften. Op het eerste gezicht zou je zeggen dat niet valt uit te maken of Nikolaas wel of niet aanwezig is geweest in Nicea.

Een nogal late legende vermeldt echter een opmerkelijk detail: dat de man uit Myra tijdens een van de discussies in Nicea, begeesterd door apostolische ijver, een andere bisschop een klap heeft verkocht. Dit is niet bepaald herderlijk optreden en het verbaast niet dat de voorzitter van de vergadering Nikolaas zou hebben verboden nog langer een bisschopsmantel te dragen. In feite is de anekdote nogal gênant, en we mogen daarom wellicht aannemen dat ze waar is, temeer daar in de tijd waarin dit incident voor het eerst wordt vermeld, de grote discussies over de Drieëenheid voorbij waren.

Samenvattend zouden we kunnen zeggen dat Sinterklaas, voor er een einde kwam aan zijn aardse bestaan, bisschop is geweest van de Lycische havenstad Myra tijdens de regering van Constantijn de Grote. Het is moeilijk in de legenden een historische kern te ontwaren, want veel ervan hebben parallellen in Filostratos’ Leven van Apollonios en behoren dus tot de verhalen die destijds in Turkije werden verteld over elke charismatische, al dan niet christelijke godsdienstleraar. Zonder parallel in die verhalentraditie is de anekdote dat Nikolaas een bisschop een klap heeft uitgedeeld, maar die is wel erg laat aan het papier toevertrouwd.

Er is echter nóg een detail zonder parallel. We vinden het in het verhaal over de drie meisjes. Het verhaal zélf is niet uniek. Ook Apollonios schoot een arme vader te hulp. Er is echter een significant verschil: de motivatie. Filostratos maakt geen woorden vuil aan het lot dat de meisjes van een arme familie wacht. In de Nikolaaslegende wordt daar wel op ingegaan: ze zullen moeten gaan werken in het bordeel. Dit is uniek in de antieke letteren. Ik kan niet beweren dat ik álles heb gelezen dat is geschreven voor pakweg 600, maar uit het deel dat ik ken zijn mij geen voorbeelden bekend van heidense of christelijke religieuze leiders die bruidsschatten uitdelen uit zorg om de vrouwen. Die zorg past wel binnen het vierde-eeuwse christendom, waarin vrouwen een belangrijke rol speelden. Later, toen het christendom de massagodsdienst van het Mediterrane gebied was geworden, kregen de oude attitudes ook vat op het christendom en verslechterde de positie van de vrouwen. Nikolaas’ feminisme past meer in de vierde eeuw dan in de tijd van Michaël de Archimandriet. In feite is dit verhaal, dat ook al geen miraculeuze opschorting van de natuurwetten veronderstelt, uniek. De conclusie lijkt onvermijdelijk dat het gewoon waar is.

En dat maakt Sinterklaas tot een hoogst actuele heilige. Een recent rapport leert dat momenteel tussen de 113 en 200 miljoen vrouwen demografisch “zoek zijn” als gevolg van eerwraak, huiselijk geweld, ruzies om bruidsschatten en andere vormen van geweld tegen vrouwen. Elk jaar sterven tussen de anderhalf en drie miljoen vrouwen aan wat “gender related violence” wordt genoemd, een uitdrukking waarvoor onze taal geen vaste vertaling heeft omdat het feminisme zich in Nederland vooral concentreert op de positie van vrouwen op de arbeidsmarkt.

Jammer eigenlijk, want ook in ons land, waar het allemaal zo goed geregeld lijkt, worden vrouwen mishandeld en verdwijnen kwetsbare vrouwen in de prostitutie. Sinterklaas zou bij een volgend bezoek aan Amsterdam eens een bezoek moeten brengen aan de Wallen, waar de Oude Kerk staat, die ooit aan hem was gewijd.

Jona Lendering is historicus, de man achter de website Livius en mede-oprichter van Livius Onderwijs, waar cursussen worden gegeven over de oude Mediterrane samenlevingen. Binnenkort verschijnt zijn nieuwe boek Oorlogsmist.

Jona Lendering, 01.12.2006 @ 22:46

[Home]
 

4 Reacties

op 02 12 2006 at 12:00 schreef Michiel Mans:

Ha ‘meester’,

Weer het nodige geleerd. Dat Sint grotendeels folklore is, was bekend. Veel nieuws toch wel. Het financieren van ‘uithuwelijkingen’, kan natuurlijk niet meer in deze tijd. Voor zolang die nog duurt. Hij liet, a la de Taliban, historische, afwijkende religeuze ‘symbolen’ (gebouwen) vernielen. Nu eveneens erg fout natuurlijk.

Daar de gedachte achter de folklore mooi en goed is, moet Sint blijven. Sint is denk ik ook niet de controverse. Piet geeft aanstoot. Kun je daar nog wat verhelderend licht op laten schijnen? Zie de maan schijnt door de…

op 02 12 2006 at 14:56 schreef Winston Hermelijn:

Interessant artikel over de goede Sint. Zo steek je steeds weer heel wat op op deze interessante site.
Ik wil graag van de gelegenheid gebruik maken om te zeggen dat ik vind dat zogenaamd progressieve Nederlanders bezig zijn om deze traditie om zeep te helpen met hun gedoe over Zwarte Piet. Nu weer die Regenboogpiet van de politiek correcte NPS. Ondergetekende is een gekleurde Nederlander die met veel plezier terugdenkt aan zijn kindertijd in Suriname toen hij daar Sint en Piet mocht ontmoeten.
Nederlanders hebben de neiging om over veel dat te maken heeft met allochtonen oververhit te raken. Onverstandig en onnodig; wees trots op uw tradities!

op 02 12 2006 at 18:03 schreef Michiel Mans:

Bedankt Winston. Als echt kaashoofd doen me je opmerkingen goed. Ik ben trots op mijn land en mijn Nederlanderschap. Sommige tradities vind ik wat minder maar Sint is een geweldige. Of die traditie op correcte historie rust is minder relevant. Ook ik heb er spannende, deel van de pret, en zeer feestelijke herinneringen aan.

op 05 12 2006 at 21:27 schreef TnT:

Dat geflikflooi met die geitjes daar in Myra is meer iets voor Klaas Vaak.

Makkers staakt uw wild geraas, de roe, de gard, te paard over de daken,
allemaal door priesters verzonnen en uuh geïmplementeerd zeker?

Het verhaal van een avontuurlijke verwant (een Klaas) die ieder jaar terugkeert (sinter-) uit den vreemde met een zak vol verrassingen.

Sinter- duidt een proces dat zich herhaalt (ook in sint-,zond-vloed).
Klaas is ‘de snuiter’ uit de folklore, een avonturier.

Dat sinterklaas een verbastering van sintnicolaas zou zijn, is uitgesloten.

Nieuwe reactie
Naam:
E-mail:
Homepage:
  Afbeelding invoegen
 

 


Home

Archief

 

STEUN FRONTAAL NAAKT MET EEN TIKKIE!

 

 

OF VIA PATREON!

 

 

CONTACT
Stuur uw loftuitingen en steunbetuigingen naar Frontaal Naakt.

NIEUWSBRIEF
Ontvang gratis de Frontaal Naakt nieuwsbrief.

 

pbgif (88k image)
 

Let op: Toelating van reacties en publicatie van opiniestukken van anderen dan de hoofdredacteur zelf betekenen geenszins dat hij het met de inhoud ervan eens is.

 

pbgif (88k image)
 

MEEST GELEZEN IN OKTOBER

O Het grote anti-Joodse haatcomplot

O De Blitzkrieg tegen de critici van Jan van de Beek

O De mondsnoerende feiten van Hein de Haas

O De hoogopgeleiden hebben het weer gedaan

O De Charlatan regeert

O Wilders bedreigt een burgemeester

O Goede Joden, slechte Joden

O Chris Kuch en de Wetenschapper

O Swingen is het nieuwe Tupperware

O Regeerprogramma über Alles

 

MEEST GELEZEN EVER

O Caroline van der Plas, dwangmatige leugenmachine

O Caroline van der Plas is de Nederlandse Donald Trump

O YouPorn

O Iedereen haat Sander Schimmelpenninck omdat hij écht onafhankelijk is

O Wierd Duk de pro-Russische complotdenker

O Domme Lul

O Frans Timmermans kan het einde van de domrechtse ijstijd zijn

O Wierd Duk en Jan Dijkgraaf, hoeders van het fatsoen

O De koning van het uittrekken van de damesslip

O Haatoma

 

pbgif (88k image)
 

BLURBS
“How does it feel to be famous, Peter?” (David Bowie)

“Tegenover de enorme hoeveelheid onnozelaars in de Nederlandse journalistiek, die zelfs overduidelijke schertsfiguren als Sywert, Baudet en Duk pas ver in blessuretijd op waarde wisten te schatten, staat een klein groepje van ondergewaardeerde woestijnroepers. Met Peter op 1.” (Sander Schimmelpenninck)

“Frontaal Naakt dient een publiek belang” (mr. P.L.C.M. Ficq, politierechter)

“Peter schrijft hartstochtelijk, natuurlijk beargumenteerd, maar zijn stijl volgt het ritme van zijn hart.” (Hafid Bouazza).

“Ik vind dat je beter schrijft dan Hitler” (Ionica Smeets)

“Peter is soms een beetje intens en zo maar hij kan wél echt goed schrijven.” (Özcan Akyol)

“Jij levert toch wel het bewijs dat prachtige columns ook op weblogs (en niet alleen in de oude media) verschijnen.” (Femke Halsema)

“Literaire Spartacus” (André Holterman)

“Wie verlost me van die vieze vuile tiefuslul?” (Lodewijk Asscher cs)

“Pijnlijk treffend” (Sylvana Simons)

네덜란드 매체 프론탈 나크트(Frontaal Naakt)에 따르면, 네덜란드 라 (MT News)

“Echt intelligente mensen zoals Peter Breedveld.” (Candy Dulfer)

“De Kanye West van de Nederlandse journalistiek.” (Aicha Qandisha)

“Vieze gore domme shit” (Tofik Dibi)

“Ik denk dat de geschiedenis zal uitmaken dat Peter Breedveld de Multatuli van deze tijd is.” (Esther Gasseling)

“Nu weet ik het zeker. Jij bent de antichrist.” (Sylvia Witteman)

“Ik ben dol op Peter. Peter moet blijven.” (Sheila Sitalsing)

“Ik vind hem vaak te heftig” (Hans Laroes)

“Schrijver bij wie iedereen verbleekt, weergaloos, dodelijk eerlijk. Om in je broek te piesen, zo grappig. Perfecte billen.” (Hassnae Bouazza)

“Scherpe confrontatie, zelfs als die soms over grenzen van smaak heen gaat, is een essentieel onderdeel van een gezonde democratie.” (Lousewies van der Laan)

“Ik moet enorm lachen om alles wat Peter Breedveld roept.” (Naeeda Aurangzeb)

“We kunnen niet zonder jouw geluid in dit land” (Petra Stienen)

“De scherpste online columnist van Nederland” (Francisco van Jole)

“Elk woord van jou is gemeen, dat hoort bij de provocateur en de polemist, nietsontziendheid is een vak” (Nausicaa Marbe)

“Als Peter Breedveld zich kwaad maakt, dan wordt het internet weer een stukje mooier. Wat kan die gast schrijven.” (Hollandse Hufters)

“De kritische en vlijmscherpe blogger Peter Breedveld” (Joop.nl)

“Frontaal Naakt, waar het verzet tegen moslimhaat bijna altijd in libertijnse vorm wordt gegoten.” (Hans Beerekamp – NRC Handelsblad)

“De grootste lul van Nederland” (GeenStijl)

“Verder vermaak ik mij prima bij Peter Breedveld. Een groot schrijver.” (Bert Brussen)

“Landverrader” (Ehsan Jami)

“You are an icon!” (Dunya Henya)

“De mooie stukken van Peter Breedveld, die op Frontaal Naakt tegen de maatschappelijke stroom in zwemt.” (Sargasso)

‘De website Frontaal Naakt is een toonbeeld van smaak en intellect.’ (Elsevier weekblad)

“Frontaal Gestoord ben je!” (Frits ‘bonnetje’ Huffnagel)

“Jouw blogs maken hongerig Peter. Leeshonger, eethonger, sekshonger, geweldhonger, ik heb het allemaal gekregen na het lezen van Frontaal Naakt.” (Joyce Brekelmans)

‘Fucking goed geschreven en met de vinger op de zere plek van het multicultidebat.’ (jury Dutch Bloggies 2009)

Frontaal Naakt is een buitengewoon intelligent en kunstig geschreven, even confronterend als origineel weblog waar ook de reacties en discussies er vaak toe doen.’ (jury Dutch Bloggies 2008)

‘Intellectuele stukken die mooi zijn geschreven; confronterend, fel en scherp.’ (Revu)

‘Extreem-rechtse website’ (NRC Handelsblad)

‘De meeste Nederlanders zijn van buitengewoon beschaafde huize, uitzonderingen als Peter Breedveld daargelaten.’ (Anil Ramdas)

‘Peter Breedveld verrast!’ (Nederlandse Moslim Omroep)

‘Breedveld is voor de duvel nog niet bang’ (Jeroen Mirck)

‘Nog een geluk dat er iemand bestaat als Peter Breedveld.’ (Max J. Molovich)

‘Godskolere, ik heb me toch over je gedróómd! Schandalig gewoon.’ (Laurence Blik)

 

pbgif (88k image)
 

LINKS

 

 


 

(Advertentie)
 

 

 

RSS RSS