Niet Lief!
Lagonda
Minister Verdonk gaat werk maken van het uitzetten van imams die wat al te enthousiast gewag maken van hun walging voor het vrije westen. Uitstekend natuurlijk, maar waarom raast er weer gelijk een stuip van verontwaardiging door de vaderlandse media? Er is nog niet veel bekend over wat deze imams precies gezegd hebben, maar het lijkt me niet te hoog gegrepen om hierover alvast een schot voor de boeg te wagen; ze zullen hun volgelingen ongetwijfeld hebben gewezen op de moreel inferieure staat van onze samenleving, en dat het een goede zaak zou zijn indien onze samenleving vervangen zou worden door een waar Allah het voor het zeggen heeft. De publieke omroepen hebben in ieder geval al bij voorbaat het onderzoek van de AIVD naar de prullenbak verwezen. Onbegrijpelijk dat er in Nederland nog steeds mensen te vinden zijn die deze korankabouters koste wat kost de hand boven het hoofd willen houden. Waarom willen sommige mensen blijven geloven dat het de plicht van Nederland is om zelfs de mensen die ons haten het naar de zin te maken? Waarom staan sommige weldoeners erop dat we per se over ons heen laten pissen?
Ik kan me vergissen, maar ik heb de indruk dat Nederland er zo’n beetje alles aan doet wat redelijkerwijs mogelijk is om de moslims zich hier thuis te laten voelen. Goed, het verloopt allemaal verre van vlekkeloos, en alle betrokken bevolkingsgroepen tonen zich niet altijd even toeschietelijk. Maar Moslims kunnen hier hun eigen geloof behouden (iets waar de moslims die, pak ‘m beet, Indonesië naar hun hand zetten heel anders over denken), en de staat betaalt zelfs van harte mee aan de bouw van moskeeën (iets dat een groep christenen in, pak ‘m beet, Iran niet voor elkaar zou krijgen). En dan neemt er een door de staat gesubsidieerde imam in een door de staat gesubsidieerde moskee het woord, en die gaat vervolgens vertellen dat diezelfde staat een verwerpelijk bolwerk van decadente joodse tollenaars en christenvarkens is, waar dringend een oorlog tegen gevoerd moet worden. Op zo’n moment is het toch duidelijk dat daar onze gastvrijheid op dient te houden?
Stel je nou eens voor dat je een etentje geeft voor je familie, en dat je ook je nieuwe buren wilt uitnodigen. De nieuwe buren nemen je uitnodiging van harte aan, maar ze vertellen je dat zij vegetariërs zijn. Dus je doet je uiterste best om naast de reguliere gerechten twee volledig vegetarische gangen te bereiden. Je hebt nog nooit eerder vegetarisch gekookt, dus de kaaskarbonade lukt niet helemaal, maar je komt toch een heel eind. De buren komen, eten alles tot de laatste kruimel op en laten zich ook de wijn goed smaken. Maar tijdens het nagerecht vallen ze uit hun rol, en zeggen ze botweg tegen jou en je gasten dat ze wel eens beter vegetarisch hebben gegeten, en dat ze zich vreselijk hebben geërgerd aan al die walgelijke mensen die tijdens het diner vlees hebben gegeten. Zou je die buren ooit nog uitnodigen? Sterker nog: zou je ze ooit nog aankijken?
Elk volk worstelt met zijn specifieke zelfbeeld. De Britten zuchten onder hun klassenmaatschappij en een door de stiff upperlip onderdrukt gevoelsleven. De Duitsers hebben van orde en reinheid een obsessie gemaakt, waardoor Duitsers geen fouten maken, behalve de allergrootste. En de Fransen laten zich door hun compulsieve chauvinisme van de rest van de wereld vervreemden, omdat van ieder wiel dat uitgevonden wordt ook een Franse versie gemaakt moet worden, die dan net niet past op alle andere wielen. Maar Nederlanders, ach gut! Nederlanders willen graag leuk en lief gevonden worden door niet-Nederlanders. Hoe verder de niet-Nederlander van de Nederlandse cultuur afstaat (deze grootheid is recht evenredig aan de donkerte van diens huid), hoe meer ons de waardering van de vreemdeling waard is, en hoe dieper we door het stof zullen gaan om deze waardering ook te krijgen.
Het is haast aandoenlijk schattig, en hartverscheurend tegelijk. Als een zich ontwikkelende dreumes willen we door “de grote ander” erkend worden, en we zijn als de dood dat papa en mama ons misschien wel niet lief vinden. Dit is voor ons een nationale obsessie; Nederlanders zijn er dol op om te weten hoe er in het buitenland over ze wordt gedacht. Zodra er iets opzienbarends gebeurt in dit landje, willen we gelijk weten hoe er in de buitenlandse media over bericht wordt. En dan hebben we nog het liefst dat we een beetje gek en apart gevonden worden. Ja ja, wij zijn me het volkje wel, met onze hagelslag, onze legale wiet, en onze oranje voetbalsupporters met opblaasklomp op de kop. Ook het feit dat Japanners in de gouden eeuw alleen maar met Nederlanders zaken wilden doen (omdat wij zo lief waren natuurlijk), vervult ons met een diepe trots.
Veelbetekenend zijn de reacties als we in het buitenland eens een keer NIET lief gevonden worden. Als bijvoorbeeld, zoals deze week het geval was, Nederlandse toeristen zich blijken te misdragen in Tirol. Dat staat dan in grote koppen op voorpagina’s, en de RTL Boulevard’s en Editie NL’s doen hun uiterste best om zo verontwaardigd mogelijk te spreken over de raddraaiers die ons in het buitenland een slechte naam bezorgen. Heel het land gaat dan collectief op de achterste benen staan. Hilarisch, natuurlijk. Ik denk niet dat bijvoorbeeld een Australiër er wakker van ligt als een paar van zijn landgenoten een hotelkamer in Italië kort en klein slaan.
Ook krijgen Nederlanders een ongemakkelijk gevoel als er in het journaal wordt gesproken over landgenoten die in het buitenland niet lief zijn geweest, en daar in de bak zitten; niet-Nederlanders die er achter zijn gekomen dat sommige Nederlanders niet lief zijn — daar willen we liever niks over horen. Kunt u zich die Nederlandse zakenman c.q. drugssmokkelaar herinneren die in Singapore ongeveer 12 jaar geleden werd opgepakt, en ondanks verwoedde pogingen van de Nederlandse diplomaten de doodstraf kreeg? Nee? Ik ook niet — dat komt omdat er sindsdien met geen woord meer over hem is gesproken. De nationale schaamte voor zijn misdragingen heeft deze herinnering verdrongen. Dat hij drugs had gesmokkeld maakte ons niets uit, maar dat hij als de zwaarst mogelijke crimineel veroordeeld werd, is onverdraaglijk voor ons.
Zie ook de reacties inzake Lubbers. Lubbers werd ook niet lief gevonden deze week, en moest er uit. Volkomen terecht natuurlijk, want meneer kon zijn handen niet thuishouden, en dat zou het hele verhaal moeten zijn. Een voetnoot in de geschiedenisboeken. Maar Nederland ziet dat als een persoonlijke aanval; onze toppoliticus wordt niet lief gevonden! Groot nieuws! Omdat we ons niet kunnen voorstellen dat iemand die wij drie keer tot premier hebben verkozen (alsof dat iets zegt; we hebben mannetje playmobil ook al voor een tweede keer laten aantreden, en we hebben zelfs ooit die gevaarlijke gek van de PvdA drie jaar lang de teugels in handen gegeven) helemaal uit zichzelf iets stouts zou doen, verzinnen we allemaal rare complottheorieën. Namelijk dat “de Amerikanen” Lubbers gewipt zouden hebben. Kom nou toch! Lubbers was binnen dat hele VN-circus een politicus van de B-garnituur, uit een landje van niks, op een postje van niks — daar zal geen Amerikaan last van hebben gehad. Nee, als de Amerikanen van ons iets geregeld willen krijgen, regelen ze juist een hoge post voor een Nederlander, zoals voor mannetje playmobil of De Hoop-Scheffer. Want Nederlanders die je over hun bolletje aait, eten uit je hand.
Nederlanders staan zich niet voor op hun voorsprong, hun rijkdom, hun vrijheden en ontwikkeling (Ik las laatst overigens dat uitgerekend Europeanen — vanwege hun eeuwenlange blootstelling aan pest en cholera — de meeste kans hebben een resistentie tegen HIV op te bouwen. Ook dat nog! Moeten we ons ten opzichte van Afrika binnenkort ook nog schamen voor onze gezondheid! En we kunnen er niet eens iets aan doen. Benieuwd welke draai Jan Pronk daaraan gaat geven), omdat we het vermoeden hebben dat sommige volkeren jaloers op ons zouden kunnen zijn, en ons daarom dus niet lief vinden. Dus gaan we op de hurken zitten, en zetten we ons schattigste smoeltje op, in de hoop zelfs de meest rabiate moslimfundamentalist op andere gedachten te brengen. Maar imams zijn helemaal niet jaloers op ons; die kijken op ons neer, denken dat ze de hemelse wijsheid in pacht hebben, en bidden voor de dag waarop Allah ons wel eens even een poepje zal laten ruiken.
Die realisatie doet ons veel pijn, maar we moeten eens wat harder en onafhankelijker leren worden. Papa vindt ons dus niet lief. Nou en? Schijt! De tiefus voor papa! Het wordt tijd dat Nederland zijn puberteit betreedt, en eens een tijdje niet meer lief gevonden hoeft te worden. Dat zou veel duidelijkheid scheppen.
Lagonda schreef al teksten op een weblog, puur voor het eigen plezier, totdat FrontaalNaakt besloot hem aan de vergetelheid te ontrukken. Lagonda is 49% mannelijk, 51% vrouwelijk en 100% esotericus. Haar schrijfstijl wordt door sommigen ervaren als ‘een warm bad’, door anderen weer als ’totaal genadeloos’. Het is maar hoe de pet staat. Meer op de Lagonda blogspot.
Algemeen, 26.02.2005 @ 01:44