Hoe dan, Jan?
Thomas Cool / Thomas Colignatus
Hoe dan, Jan? is een verslag in boekvorm van een gesprek dat journalisten Karel Glastra van Loon en Kees Slager hadden met SP-voorman Jan Marijnissen. Wijzelf hebben er nooit een geheim van gemaakt dat wij het goed met Jan en zijn partij kunnen vinden, zonder dat we overigens lid zijn”, verklaren de journalisten. “We voelen ons serieus betrokken, maar houden wel graag onze journalistiek onafhankelijke opstelling.
Op 31 januari 2005 had de Volkskrant een paginagrote foto van Jan Marijnissen, vriendelijk glimlachend en met een biertje in de hand. Met 44.299 leden is de SP zojuist de derde partij van Nederland geworden, vertelde hij, even alleen naar de leden kijkend en niet naar de kiezers. We weten uit peilingen dat er zo’n 800.000 fans rondlopen die nog geen lid zijn. Welnu, hier een persoonlijke uitnodiging: wordt [sic] lid, en steun onze sociale en kritische aanpak. En, voor wat hoort wat: u krijgt het boek dan gratis.
Dat een politieke partij zijn nieuwe leden een onafhankelijk journalistiek boek geeft is opmerkelijk. Men vermoedt haast dat er niet zodanig kritische beschouwingen in staan dat de leden meteen weglopen. Dat de journalisten geen lid zijn en alleen vragen stellen wil niet zeggen dat het effect van een hagiografie daarmee vermeden is. Het is nuttig om te zien waar een en ander toe geleid heeft, en of de vragen, die helder zijn, ook relevant en kritisch zijn.
Kenmerkend voor de geschiedenis van Marijnissen (hieronder JM) en zijn SP is dat zij voor zichzelf zijn begonnen en zich niet bij de PvdA hebben aangesloten. JM presenteert zich als de leider en anderen mogen op hem stemmen. JM zal niet snel een andere leider boven hem erkennen. De stemmen die in 2003 naar de SP gingen, gingen niet naar de PvdA, en verzwakten zo de positie van de PvdA in de kabinetsonderhandelingen. Voor rechts’ Nederland is het prachtig dat links’ Nederland zo verdeeld is. JM en de SP zeggen wel dat ze voor de verdrukten opkomen, maar ondertussen maken ze de politiek van Jan Peter Balkenende mogelijk die voor die verdrukten juist nadelig is – welke verdrukten dan bij de SP mogen komen uithuilen. Hoe meer Verelendung’ over de laatste vijftien jaar hoe stabieler de aanhang van de SP, schijnt het. Het boekje dient deze politiek en nergens is er de reflectie of dit allemaal wel zo verstandig is.
De belangrijkste uitspraak van JM in het boekje is deze:
Het is eigenlijk moeilijk te begrijpen hoe het neoliberalisme vanaf het begin jaren tachtig zo’n zegetocht heeft kunnen maken en links in het defensief heeft gedrongen. Niet alleen hier maar over de hele wereld.
Hiermee geeft JM aan dat hij de laatste vijfendertig jaar in een soort Wonderland heeft geleefd. Het is hem ontgaan dat in 1970-1985 een grote economische crisis ontstond, met massale werkloosheid en ontsporende overheidsfinanciën, en dat de regeringen van westerse landen, onder leiding van de economische wetenschap, bewust kozen voor neoliberaal’ beleid. Ook de PvdA heeft die ommezwaai gemaakt, al vroeg met het éénprocentsbeleid van Duisenberg. JM toont geen enkel begrip voor de les die Wim Kok wél geleerd had:
Premier Kok had in 1994 moeten zeggen: Ik erf een geweldig groeiende economie, daar gaan we nu eens iets moois voor dit land uit halen.’ Maar wat deed hij? Hij gaf 30 miljard lastenverlichting weg aan de individuele burgers.
Maar het waren juist de economische ontwikkeling en de ontwikkeling in de economische wetenschap die Kok tot inkeer brachten. JM doet alsof dat allemaal niet nodig was.
JM en de SP hameren op een gunstige doorrekening van hun verkiezingsprogramma door het Centraal Planbureau (CPB). De lezer doet er goed aan om zijn of haar vingers nog eens goed na te tellen. Het boekje Hoe dan, Jan? staat vol met allerlei plannen. Laten we dit geheel X noemen. Voor doorrekening door het CPB is maar een beperkt gedeelte geselecteerd. Laten we dit Y noemen. Het blijkt vervolgens dat de doorrekening van Y een voor de SP politiek gunstig’ resultaat oplevert. Vervolgens suggereert JM dat de doorrekening door het CPB ook X onderbouwt. JM is hier als iemand die aan een marathon begint en na honderd meter zegt ik voel me nog goed, dus de rest kan ook.
Ik besef maar al te goed dat we dat wat in twintig jaar is scheefgegroeid, niet morgen allemaal kunnen veranderen. Dat is te veel gevraagd. Het zal altijd stap voor stap gaan en soms met erg kleine stapjes. Zoals de stapjes die wij voorstellen in onze alternatieve begroting. De rekenmeesters van het Centraal Planbureau zeggen daarover dat het kán. Voor hetzelfde geld kan een ander – in mijn ogen beter – beleid gerealiseerd worden.
Hopelijk ziet men in dat de logica niet deugt. Niet X is doorgerekend maar alleen het verkiezingsprogramma Y. Wil men stellen dat X onderbouwd is dan zal men X toch eerst moeten doorrekenen.
Wie vervolgens de CPB-publicatie Keuzes in kaart 2003-2006. Economische effecten van acht verkiezingsprogramma’s (2002) erop naslaat, leest vervolgens dat het SP programma nadelig is voor structurele groei en structurele werkloosheid:
De SP tenslotte kiest voor een verhoging van uitkeringen en een stevig milieubeleid. De hogere replacement rate en de forse lastenverzwaring leiden structureel tot een hogere werkloosheid: de evenwichtswerkloosheid stijgt naar meer dan vijf procent. De herverdeling van inkomens betekent op korte termijn een bestedingsimpuls, zodat de BBP-groei tijdens de kabinetsperiode niet wordt geschaad. Maar de structurele groei komt iets lager uit, zodat ook het structurele begrotingssaldo relatief laag uitkomt. Daartegenover staat wel winst op milieugebied.
Hoezo heeft het CPB doorgerekend dat het kan’ ? Te hopen valt dat de auteurs met hun journalistiek onafhankelijke opstelling dit alles in een volgende herdruk meenemen.
De ideeën van Marijnissen en de SP zijn op cruciale punten wereldvreemd, deels inconsistent, en ten aanzien van het Centraal Planbureau (CPB) ongeloofwaardig. De 800.000 sympathisanten die overwegen lid te worden of het boek in de winkel te kopen zijn beter af met een studie van het vele materiaal op het internet. Een probleem wel is dat het CPB toch ook wel steken heeft laten vallen bij de gevolgen van het belastingtarief van tweeënzeventig procent van de SP en bij de aanpak van de werkloosheid, dus de sympathisanten moeten iets meer huiswerk doen dan zij wellicht denken. Hopelijk vergeten de economen in Nederland niet dat niet alleen de SP maar ook het CPB af en toe een kritische blik gegund mag worden.
Karel Glastra van Loon en Kees Slager, Hoe dan, Jan? Een gesprek over nieuw optimisme in tijden van crisis, L.J. Veen 2005, 159 pagina’s, 12,-
Thomas Cool is voorzitter van het Sociaal Liberaal Forum en voor het SLF kandidaat voor president van de EU. Colignatus is sinds zomer 2003 zijn wetenschappelijke naam als econometrist (oud CPB) en wetenschapper, om misverstanden ten aanzien van zijn politieke positie te verkomen. Een uitvoeriger boekbespreking van zestien pagina’s staat hier.
Algemeen, 18.02.2005 @ 14:28